topsport is voor iedereen

Special Olympics
27/09/2014

Je kon er niet echt naast kijken de voorbije twee maanden. De reclamecampagne gelanceerd door de organisatie van de Special Olympics waarin voetballer Kevin De Bruyne, sprintster Kim Gevaert en pingpongspeler Jean-Michel Saive hun gezichten lieten modificeren, bewoog Antwerpen en de rest van Vlaanderen. ‘Does De Bruyne deserve fewer supporters now?’ Tja, bent u gaan kijken? België won zomaar eventjes 268 medailles. Kevin wie?

Van 9 tot 20 september 2014 vonden de Special Olympics in België plaats. Elf dagen lang vormde Antwerpen de thuishaven voor verstandelijk gehandicapte sporters van over de gehele wereld. De term ‘olympisch’ doet vermoeden dat het sportevenement het strijdtoneel vormt voor de toptalenten onder de G-sporters. Dat ze als bloeddorstige gladiatoren voor het goud vechten en alles en iedereen achter zich laten. Maar het tegendeel is waar: de organisatoren van de Special Olympics zetten nadrukkelijk het competitieve aspect op de tweede plaats. "Het belangrijke in het leven is niet de triomf, maar de strijd, het essentiële is niet om te hebben gewonnen maar om goed te hebben gestreden", zijn de gevleugelde woorden van baron de Coubertin uit 1908 die hier centraal staan. Dat wil echter niet zeggen dat mensen met een verstandelijke handicap niet aan topsport doen, of het niet zouden kunnen doen. Maar waar kunnen zij terecht?

 

verwarring

Ook al worden er aan de winnaars medailles uitgereikt, toch is het doel van de Special Olympics niet de beste G-sporter in een bepaalde discipline te bepalen. Een persbericht van Parantee, de Vlaamse liga van het Belgian Paralympic Committee, schept hierover duidelijkheid: “De Special Olympics worden exclusief georganiseerd voor personen met een verstandelijke handicap. Om deel te nemen zijn er geen sportieve kwalificatiecriteria. In de filosofie van de Specials staat het plezier beleven in de sport centraal, elk op zijn eigen niveau.” In het bericht wordt ook uitgelegd waar verstandelijk gehandicapte sporters met topsport ambities wel kunnen meedingen naar een felbegeerde medaille: “De Paralympische Spelen zijn de Olympische Spelen voor personen met een handicap. Aan de Paralympische Spelen nemen zowel atleten met een fysieke, visuele als verstandelijke handicap deel. Deze Spelen vinden om de vier jaar plaats, kort na de Olympische Spelen, op dezelfde locatie. Bij de Paralympische Spelen nemen enkel topsporters deel die zich hebben gekwalificeerd en voldoen aan prestatiegerichte, sportieve criteria.”

 

De weg naar de Paralympics is een hele onderneming. Gelukkig worden de topsporters bijgestaan door medewerkers van Parantee. "Parantee vzw is in Vlaanderen de enige erkende sportfederatie voor G-topsporters. G-sporters met een verstandelijke handicap met topsportambities kunnen zich dus wenden tot onze federatie. Op paralympisch niveau zijn momenteel drie sporten waaraan atleten met een verstandelijke beperking kunnen deelnemen: atletiek, tafeltennis en zwemmen", aldus Steven Van Beylen, topsportcoördinator van Parantee.

 

weinig verschil

Wie met de besten wil wedijveren, moet zich toewijden aan zijn werk. Dit is niet anders voor verstandelijk gehandicapte topsporters. “Het niveau van deze G-topsporters op internationaal vlak is dermate hoog dat veel trainen een must is. Verschillende van onze atleten trainen tot tweemaal per dag om het vereiste niveau te behalen. Je ziet daarom ook dat onze topsporters aangesloten zijn bij reguliere clubs en samen trainen met valide atleten. Er is voor hen natuurlijk wel een individuelere aanpak nodig. Mits een trainer of club zich hiervoor wil inspannen kunnen ze perfect functioneren in een trainingsgroep. Die zoektocht naar de juiste club en omkadering is dikwijls het moeilijkste stuk van de puzzel,” legt Van Beylen uit.

 

In essentie is er dus geen verschil tussen het trainingsprogramma van een topsporter zonder een verstandelijke handicap en een G-topsporter. Ook een verschil in topsportstatuut is onbestaande. "Een topsportstatuut behaal je enkel als je voldoet aan sportieve prestatiecriteria. Deze criteria zijn per (paralympische) sport vastgelegd door het Belgian Paralympic Committee. Elke G-topsporter moet jaarlijks aan deze criteria voldoen om zijn of haar statuut te behouden, zowel de G-topsporter met een visuele, fysieke of verstandelijke beperking", laat Van Beylen weten.

 

Dat topsport voor verstandelijk gehandicapten een serieuze zaak is, weerspiegelt zich ook in de opvolging van de sporters. ‘‘Een eerste belangrijke aspect is de opvolging van de classificatieprocedure. Er komt toch wel wat bij kijken vooraleer een sporter in het paralympische circuit zijn classificatie als atleet met een verstandelijke beperking heeft. Deze procedures zijn internationaal vast gelegd zodat er geen verschillen tussen de verschillende landen ontstaan."

 

"Het zoekwerk start bij het verbeteren van de omkadering van de atleet. De meeste atleten hebben wel een degelijk niveau als ze richting de internationale top willen doorgroeien, maar er is nog een kloof met de absolute top te overbruggen. We bekijken gericht wat nodig is en gaan hiernaar op zoek, steeds in overleg met de ouders, want in de praktijk zijn en blijven zij verantwoordelijk voor hun zoon of dochter. Vervolgens verschilt de aanpak niet zozeer van de opvolging van de atleten met een fysieke of visuele handicap. Sportwetenschappelijke screenings, voedingsadvies, mentale begeleiding indien nodig, al de aspecten die voor andere topsporters worden ingeschakeld gelden ook voor hen’’, aldus Van Beylen.

 

olympics zkt. fans

Quinten Bruyninckx is 19 jaar oud. Hij is afkomstig uit Mortsel en won twee bronzen medailles op de Special Olympics. Eentje bij de vloeroefening, de andere op de herenbrug. “Het is ongelooflijk. Ik voel me koning te rijk. Natuurlijk had ik graag het goud in ontvangst willen nemen, maar ik schoot net dat beetje tekort.” Bruyninckx is een onwaarschijnlijke verschijning. Hij is breedgeschouderd, groot en leeft echt voor zijn sport. “Ik heb keihard getraind. Minstens elf uur per week,” kondigt hij trots aan. “Het gevoel dat je krijgt als je wordt aangemoedigd door je vrienden en fans duwt je vooruit.” Wat hij vond van de reclamecampagne? “Supertof! Daardoor liepen onze tribunes ook vol. Je werd direct naar de poster gezogen.”

 

Maar. Fans. Dat is wat deze Olympia miste. Als we toch moeten muggenziften dan was het een gebrek aan supporters. Nochtans zal het niet aan de spraakmakende reclamecampagne gelegen hebben. Overal waar je kwam zag je de nu al bekende posters. Op de buis verscheen een reclameblok gericht naar de fans. Kom kijken, schreeuwde de Special Olympics uit. De wedstrijden werden over heel Antwerpen – en Lommel – georganiseerd. Op het Steenplein vond de voetbalcompetitie plaats. Voor badminton kon u terecht in de Antwerp Expo. De lijst was eindeloos. Maar de grote volksverhuizing bleef spijtig genoeg een beetje uit. “Tja, natuurlijk is het spijtig dat er niet meer volk was,” zegt Bruyninckx, “maar dat betekent niet dat we ons niet gesteund voelden.” Een vragenronde door de Agora op de stadscampus bevestigt de verrassende desinteresse om het evenement bij te wonen. De overgrote meerderheid van de studenten laat het een beetje koud. Anderen weten zelfs niet dat het kampioenschap plaatsvindt. 2000 deelnemers, 58 landen. Dat kan toch tellen. “Ik heb me geamuseerd,” zegt Quinten. “De volgende keer sta ik er weer.”