een storm ergens, ver weg

editoriaal
24/11/2013
🖋: 

Vooreerst: moge schaamte en scheurbuik ons allen in het midden van de nacht bekruipen. De Filipijnse tragedie kan de gulle Belg geen hol schelen. Misschien niet verwonderlijk. Hebben we al niet genoeg aan het goede doel gegeven, hoor ik u denken? Het zijn altijd Aziaten of Afrikanen die humanitaire hulp nodig hebben. Wie moet weer dokken? Hebben we niet genoeg aan de GAS-boetes?

Het onheilspellend rad van fortuin op ’s werelds meest gevaarlijke oorden. De toorn Gods passeert er elk jaar wel de revue. Van een vernietigende zondvloed en apocalyptische vulkaanuitbarstingen tot een nucleaire meltdown; er valt altijd wat te beleven. Misschien moeten de reclamecampagnes van reismaatschappijen zich daar op concentreren: “Zuidoost-Azië. Zoveel meer dan vogelpest en napalm. Boek nu en krijg het H5N1-virus er gratis bij."

 

Neen, wij doneren liever een boeket bloemen aan Bart De Wever omdat hij een diepe infectie aan zijn luchtwegen heeft. Gelukkig staat in deze tijden van misère de verjaardag van Jezus voor de deur. De barmhartige Samaritaan die – naar mijn weten – nooit een geldsom heeft gedoneerd. Akkoord, het opwekken van de doden en het verzorgen van de melaatsen zijn zeer aimabele en filantropische doeleinden. Over een plas water lopen en water in wijn veranderen daarentegen, neigt eerder naar dikdoenerij.

 

Kan iemand het ons echt kwalijk nemen? We hebben reeds geld gegeven aan malariapatiënten, aidsslachtoffers en racekakkers, for goodness sake. Onze generositeit kende geen grenzen. We voelden ons helden op aarde. We reikten onze hand uit naar mensen die last hadden van spetterpoep en keken vervolgens naar een dakconcert van alle kandidaten van The Voice van Vlaanderen en Milow.

 

Desalniettemin stuurden we wel een hulpteam naar het getroffen eiland Leyte. Bravo daarvoor! Ondertussen haalde Nederland op een kwartier tijd acht miljoen euro binnen, verdubbelde dat bedrag nog eens losjes en zette trots het Koningslied in. Wij vonden een team van veertig mensen meer dan in orde. In barbershop zongen we ’what have you Asians done for us lately?’