"Op zoek naar een betere wereld en een nieuw lief"

editoriaal
27/10/2011

Vorige zaterdag verzamelden op de Antwerpse Groenplaats een 250-tal ‘verontwaardigden’ die in navolging van Occupy Wall Street hun ongenoegen uitten tegen het kapitalistische systeem. Net als de bezetters in New York en de indignados in Madrid tolereerden de vreedzame betogers niet langer de vermeende hebzucht en corruptie van de maatschappelijke elite. Een enkeling hoopte er met zijn boodschap ook een potentieel lief te overtuigen.

 

In de Verenigde Staten is Wall Street de zondaar. Wall Street, dat is “die ene procent die alles heeft”. Bovendien, zo schreef Paul Krugman, is een tiende van die ene procent welvarender dan de overige negen tienden – inderdaad, ongelijkheid discrimineert niet. Wie of wat Occupy Antwerp net viseerde was niet helemaal duidelijk. Ook over wat de juiste oplossingen voor het falende systeem zijn, blijven de Occupy-bewegingen vaag, maar volgens andersglobaliste Naomi Klein kan die vaagheid de betogers niet worden kwalijk genomen. Verderop in dit nummer geeft Riccardo Petrella hierover zijn mening.

 

Occupy Wall Street zegt zich te inspireren op de Arabische lente. Ook in Tunesië, Egypte, Jemen, Syrië en Libië pikken gewone burgers niet langer dat de zogenaamde top van de samenleving alle rijkdom voor zich houdt. In bovenvermelde landen richt de woede van het volk zich doorgaans tot een dictator, zodat de dood van Kadhafi of de val van Moebarak het symbolische einde een systeem markeert. In het Westen lijkt de keuze van een vijand moeilijker. Als alle bestuurders van Dexia één voor één zeggen dat zij geen fouten hebben gemaakt, heeft de massa het moeilijk een schuldige aan te duiden. Dat is maar goed ook, want al wie materiële vooruitgang nastreeft, kan beschouwd worden als verantwoordelijke van de financiële en economische crisis. Een streven dat overigens niemand kwalijk kan worden genomen.

 

Wat in afwachting van systeemveranderingen wel alvast anders kan, is de manier waarop bedrijven/overheden communiceren met hun klanten/burgers. Een toonbeeld van hoe het niet moet is de Europese Unie. Het gebrek aan krachtdadigheid in Brussel vertaalt zich namelijk naar een kakofonie van verklaringen over de crisis die de onzekerheid van de markt aanwakkert en de burger nog meer eurosceptisch maakt. De markt en de burger delen namelijk terecht de eis om meer duidelijkheid. De reden is dezelfde: ze willen zekerheid over hun kapitaal.

 

Wereldwijd heerst een geweldig wantrouwen tegen vele instellingen. Dat is wel duidelijk. Daarom, zo zegt prof. Frank Willaert, is het essentieel dat een universiteit haar geloofwaardigheid koestert. Jammer dus dat een kritische column van Sven Speybrouck niet werd gepubliceerd in het nieuwe Magazine Universiteit Antwerpen. Ook daarover meer in deze dwars.