UA ook een beetje AA

Alcohol- en drugpreventie binnen de Associatie Antwerpen
19/09/2008

Tien procent van de mannelijke studenten vertoont een verhoogd risico op alcoholverslaving. Studenten drinken en sommigen nemen illegale drugs of medicatie om de examenperiode beter door te komen. Wie zijn wij om u dat te vertellen en welke studie moet dat nog aantonen. Maar 10 procent, daar schrikt u toch even van: een overdreven percentage of één die de inperking van gratis biervaten en happy hours legitimeert?

In 2005 organiseerde de UA, samen met het Stedelijk Overleg Drugs Antwerpen (SODA), het Centrum Geestelijke Gezondheidszorg Vagga en de Vereniging voor Alcohol- en andere Drugproblemen (VAD), een studentenbevraging in de Associatie Universiteit & Hogescholen Antwerpen (AUHA). De frequentie, plaats en motieven van middelengebruik werden uitvoerig onderzocht, om op basis van de resultaten richtlijnen te vinden voor preventie. Guido Van Hal is medisch socioloog aan de UA en voorzitter van het Universitair Wetenschappelijk Instituut voor Drugproblemen (UWiD). Hij stond aan de wieg van de campagne.

 

Guido Van Hal Uit ons onderzoek van 2005 – het eerste grootschalige onderzoek naar middelengebruik bij Belgische studenten – bleek dat 10 procent van de mannelijke en 2 procent van de vrouwelijke studentenpopulatie een verhoogd risico op alcoholverslaving vertoont, wat concreet betekent dat ze kwalijke gevolgen ondervinden van hun drankgebruik en/of meer dan eenentwintig – of voor vrouwen veertien – glazen per week consumeren. Je kan er moeilijk van uitgaan dat deze hoge score een artefact is, want de test die we gebruiken is een gestandaardiseerde en gevalideerde test, namelijk de AUDIT.

 

U wil die kwetsbare groep begeleiden, onder andere via de website www.eentjeteveel.be. Is zo’n korte elektronische interventie wel effectief?

Van Hal Zo’n korte interventies werken blijkbaar. Na twee weken had de site toch al tweeduizend bezoekers. Binnenkort moeten we de resultaten voorleggen aan de Vlaamse overheid en bij goedkeuring is het de bedoeling het project in alle Vlaamse universiteiten te gebruiken. Verder willen we tegen 2009 een alcohol- en drugbeleid introduceren binnen de Antwerpse Associatie.

 

Regels kunnen ook averechts werken. Op uw voorstel om het aantal gesponsorde biervaten voor studentenclubs streng te limiteren, kwam heel wat reactie.

Van Hal Men neemt vaak aan dat studenten wel verantwoordelijk zijn, maar sommigen kunnen niet goed om met hun vrijheid. Daarom moeten we zorgen dat die groep niet zomaar in contact komt met gratis vaten en happy hours. Daarmee wil ik niet in aanvaring komen met de gebruikelijke cultuur – gratis vaten zijn nu eenmaal ingeburgerd – maar het zou geen goed signaal zijn van de universiteit om zomaar alles toe te laten. Het is ook niet omdat 10 procent van de mannelijke studenten een verhoogd risico vertoont, dat we alcohol voor iedereen drastisch moeten inperken.

 

Het is maar de vraag in hoeverre zo’n maatregel impact zal hebben. Willen studenten drinken, dan doen ze dat toch – alleen moet dat dan tegen een hogere prijs.

Van Hal Er is wel degelijk een verband tussen de kostprijs en het gebruik. Daarenboven heeft die limitering een symboolfunctie: de Associatie moet het signaal geven dat de campussen geen plaatsen zijn voor middelengebruik. Het alcohol- en drugbeleid dat we aan het ontwikkelen zijn, zou onder andere moeten voorkomen dat op de campussen douchesponzen worden uitgedeeld met reclame voor whisky. Bij de drugwetgeving is er heel wat te doen rond het luikje cannabis, dat naar mensen wordt gecommuniceerd alsof het een legaal product geworden is. Het is een ramp dat de overheid die verkeerde indruk wekt. Hetzelfde geldt hier: het is belangrijk een signaal te geven dat alcohol en drugs risico’s inhouden.

 

De beroepsfederatie van Belgische brouwers werkt toch aan een ethische code die de beperking van gratis vaten vrijwaart?

Van Hal Natuurlijk is dat goed, maar niet voldoende. Sinds kort staat op bierflesjes een icoon dat duidt op het gevaar bij zwangerschap. Tegen de wetenschappelijke evidentie dat drinken nadelig is voor de foetus kunnen biermerken nu eenmaal niet meer op. Maar je moet dat icoontje wel met een vergrootglas zoeken. Het is moeilijk het verbruik te gaan fnuiken als je je inkomen haalt uit de verkoop van alcohol. Zo is er ook een fonds dat werkt rond tabakspreventie en dat wordt gesponsord door tabaksproducenten. Preventie kan je best aan onafhankelijke instanties overlaten – en die hebben het geld niet om hierover een groot onderzoek te voeren.

 

Binnenkort zijn er weer studentendopen. In Antwerpen bestaat er geen bindend reglement voor alcoholgebruik. Enkele studentenclubs namen wel zelf het initiatief om algemene regels op te stellen. Zo mogen er geen chemische producten worden gebruikt en moet minstens één iemand een EHBO-cursus hebben gevolgd.

Van Hal Als de studentenleiders zelf stomdronken zijn, kan je moeilijk verwachten dat er geen problemen komen. Ook de reglementering voor alcoholgebruik bij dopen kan kaderen binnen het algemeen drugbeleid aan onze Associatie. In Gent is er bijvoorbeeld al wel een bindend reglement.

 

Zulke regels wil u invoeren eenmaal de instellingen de intentieverklaring hebben ondertekend. Welke maatregelen wil u nog opnemen in het alcohol- en drugbeleid?

Van Hal Er moet meer aandacht komen voor de thematiek in het studiecurriculum. Ik ben zelf titularis van een kortdurend opleidingsonderdeel 'Verslaving', waarin ik de risico’s maar ook de positieve kanten van producten belicht en aangeef wat de preventieve en curatieve mogelijkheden zijn om verslaving te verhelpen. We proberen die cursus ook in te voeren in andere richtingen, omdat iedereen daar baat bij heeft en omdat het vak niet puur medisch is en dus ook toegankelijk voor niet-geneeskundestudenten.

 

Op www.eentjeteveel.be kunnen studenten een vragenlijst invullen die peilt naar hun alcoholperceptie. Wat wil u met de resultaten bereiken?

Van Hal Die vragenlijst kadert binnen een Europees onderzoek dat wil nagaan wat perceptie doet met alcoholgebruik. Het is namelijk bewezen dat mensen het drankgedrag van hun omgeving overschatten en daardoor zelf meer drinken. Hoe groter de sociale afstand, hoe groter de mispercepties. Studenten zijn ervan overtuigd dat hun vrienden meer drinken dan zijzelf, en dat de doorsneestudent nog meer drinkt dan hun vrienden. Als we de perceptie op een juist niveau brengen, dan kunnen we ook het eigen drinkgedrag naar omlaag halen. Op de site zullen we dus de nodige feedback geven en een zo correct mogelijk beeld proberen te schetsen van het effectieve drankgedrag van studenten.

 

Van het feesten naar het studeren: uw onderzoek toont aan dat 5,7 procent van de AUHA-studenten ooit stimulerende medicatie heeft gebruikt. Vierhonderd studenten zouden in de examenperiode dagelijks stimulerende middelen nemen.

Van Hal Ik kan me wel inbeelden dat in bepaalde situaties die middelen medisch verantwoord zijn. Maar in de meeste gevallen is het probleem te verhelpen door beweging, gezonde voeding en rust. Wat ik echter vrees is dat studenten die middelen nu op een grotendeels sluikse manier verkrijgen, via valse doktersbriefjes of artsen die het spel meespelen, via vrienden of op de zwarte markt. Rilatine wordt sowieso al veel voorgeschreven en wordt ten onrechte als studeerpil beschouwd. Zowel stimulerende als kalmerende middelen wreken zich naderhand: je kan terugvallen in depressies, uitgeput en verslaafd raken – zeker aan kalmerende middelen en al na korte tijd, zij het psychisch. Studenten die zo’n pilletjes geregeld nemen hebben vaak het idee dat ze zonder niet meer normaal kunnen functioneren.

 

Breindoping is ook wetenschappers niet vreemd: het wetenschappelijk tijdschrift Nature ondervroeg 1 400 academici in zestig landen. Een vijfde van hen zei regelmatig Rilatine te gebruiken. Vindt u het ethisch verantwoord om mentale vermogens kunstmatig te verhogen?

Van Hal Iedereen heeft het recht om met zijn lichaam en geest te doen wat hij wil, zolang hij niemand schaadt. Wat je als preventie-expert wel kan doen is waarschuwen voor de gevaren, maar tegelijkertijd mag je niet ontkennen dat het mogelijk is om baat te hebben bij die middelen en dat je zelfs cocaïne kan nemen op een vrij gecontroleerde manier. Als mensen enkel de negatieve boodschap horen, dan geloven ze op den duur onze verhaaltjes niet meer en dan gaat elke boodschap, ook als die terecht is, de mist in.