Van steden en mensen

Al lezend door de buik van de stad met prof. em. Jacques Claes
01/12/2003
🖋: 
Auteur extern
Gert Van Langendonck

Stel je eens voor, … je bent een oude man geworden; Oud van jaren welteverstaan. Je hele leven was je academicus, hoewel eigenlijk maar gewoon hoogleraar in pakweg de psychologie aan de universiteit van Antwerpen, maar dat mag nu niet meer, want het pensioen is aangebroken. Antwerpen blijft liggen waar het ligt, de Schelde stroomt verder naar de zee, maar de deuren van de universiteit worden onherroepelijk gesloten. Wat doe je dan? Het overkwam Jacques Claes en hij schreef een boek … van mensen en steden.

Met enige schroom ga ik op zoek ga naar de juiste woorden om dit pittoreske boekje te omschrijven. Het is namelijk een heel intiem werkje geworden, vol knipogen en verwijzingen, ontboezemingen, humor en fijne taalspelletjes. Je leert er de mens Claes (ik zou al bijna Jacques zeggen) mee kennen als liefhebber van steden, van de stad, van ‘het stad’.

 

Die verfijnde speelsheid die zo eigen is aan dit boek begint al nog voor je de kaft opendoet. Als illustratie werd namelijk een kleurige antieke stadskaart van Antwerpen gekozen waarop, net na de laatste letter van de boektitel, jawel, het oude Hof van Liere, inmiddels het kloppende hart van de UA staat. Een knipoog naar een vorig leven?
En ook de tekst zelf is een strak gestructureerd maar speels uitgewerkt geheel. Een deeltje over de stad die ruimte toont (richting, boven en onder, open en gesloten) krijgt als tegenhanger de stad die tijd meldt (ritme, tijdperken en toekomst). Telkens komen in korte gestileerde tekstjes, het lijken wel cursiefjes, typische aspecten van het stadsleven aan bod. Op onverwachte plaatsen duiken filosofische beschouwingen op over mens en samenleving die stralen van eenvoud en verfijnde ironie. En tenslotte is het boek doorspekt met zoveel verwijzingen naar concrete Antwerpse gebouwen, wijken of gebeurtenissen dat het boek even goed te gebruiken en veel beter te smaken valt dan de steriele gekloonde gidsen uit toeristenkiosken. Herhaaldelijk duiken overbekende Antwerpse straten en monumenten op, worden even vanuit een onverwachte hoek belicht om afgelost te worden door alweer een groter en nieuwer beeld, straat, plein of gebouw. De onuitputtelijke rijkdom van Antwerpen wordt hier gebracht met de afstand van een echte filosoof maar ook met de warme betrokkenheid van een echte stadsmens.

 

‘Van mensen en steden’ is een spitsvondig boek geworden, ook letterlijk, een ode aan de spits van de kathedraal. Je voelt dat je een boek leest van een mens die over de stad nadenkt, maar ook méévoelt. Een man die hier eindeloze wandelingen heeft gedaan, alleen met zijn gedachten. Van kind tot emeritus was hij thuis in zijn stad, die hij door en door kent. En wanneer de auteur soms wat te scherp wordt, wanneer je een mening niet kan delen of een wat al te vrije associatie niet meer volgen kan, toch blijf in je in iedere zin, in ieder woord de stad ruiken en proeven. Antwerpen wordt zo anders, hoger en lager, opener en geslotener, meer binnen en buiten de tijd.

 

Na het lezen van de laatste zin van dit kabbelend stukje fijne proza, waar staat: “de stad is het geprivilegieerde oord, waar te zien is hoe de hoogzwangere werkelijkheid zich in telkens nieuwe barensweeën probeert te verlossen…”, ja …, dan heb je als lezer alleen maar amen te zeggen. En met een warm gevoel stort je jezelf weer in de drukte van alledag.

 

Iedere student die in deze stad graag wil thuiskomen moet dit boek maar eens lezen.

 

 

Gert Van Langendonck
De auteur is verbonden aan de Pastorale Dienst van de UA