Vecht, jong Europa!

30/04/2009

Wat kan voor Europese studenten niet door de beugel? Waarvoor ijveren hun studentenvertegenwoordigers? Waarmee houden zij hun rector uit z'n slaap? Het Bologna Seminarie van de Europese studentenkoepel ESU verenigde zo'n 120 studentenvertegenwoordigers uit meer dan 30 landen, goed voor een achterban van bijna elf miljoen (!) studenten. Genoeg kandidaten en voldoende hete hangijzers.

Estland: "Red ons onderwijs!"

Allan Päll, nationaal studentenvertegenwoordiger. “High education is too expensive.” In de crisis verloor het hoger onderwijs in Estland al dertien procent van haar budget, maar er zal nog verder gesnoeid worden.

 

Het inschrijvingsgeld aan een Estse universiteit bedraagt maar liefst €1.500. Op basis van gestandaardiseerde tests wordt een deel van de studenten vrijgesteld van dit inschrijvingsgeld; goed voor de rijken, pech voor de sociaal zwakkere klassen met vaak minder voorkennis.

 

Beurzen zijn er wel, ook op basis van testresultaten, maar die €65 per maand is "not even enough to pay a student room." Om het geld te kunnen ophoesten, zijn er veel studenten die een voltijdse job combineren met voltijds studeren, waardoor ze minder tijd steken in hun studies dan in het verdienen van geld. En de universiteiten, die passen zich aan, waardoor de kwaliteit van het onderwijs daalt. “The quality is depressing.”

 

De Estse studentenkoepel van Allan wil het hoger onderwijs van inschrijvingsgeld ontdoen. Estland zit in een demografische crisis, met zeer weinig geboortes, waardoor het binnenkort niet zo heel veel zal kosten om iedereen gratis te laten studeren. De overheid wil dan weer dat iedereen (lager) inschrijvingsgeld betaalt, met een studentenleningsysteem erbij.

 

Diezelfde overheid is echter bang om dit – in crisistijd gevoelige – debat open te gooien. De studentenkoepel voert nu een onderzoek naar het financieringssysteem en er is, in samenwerking met de overheid, een werkgroep opgericht, “but these things can take time, a long time”.

 

Frankrijk: "Opstandigen, laat ons terug naar de les gaan!"

Claire Guichet, voorzitter nationale studentenkoepel FAGE. Al drie maanden teisteren stakingsacties van proffen en een deel van de studenten verschillende Franse universiteiten. Faculteiten worden geblokkeerd, lessen geschrapt, de resultaten van het eerste semester niet meegedeeld. “Une grève égoïste”, roepen spandoeken. “Une catastrophe pour les étudiants qui veulent obtenir leur diplôme”, verzucht Claire.

 

De actievoerders gaan niet akkoord met de wijziging van het onderzoekersstatuut en de universitaire autonomie die Sarkozy vooropstelt. Rectoren die te veel macht zullen krijgen, proffen die meer les moeten geven, een universiteit die bedrijfsmatig private middelen bijeenharkt, posten die verdwijnen: de redenen van het protest zijn veelvuldig.

 

Hoewel het decreet ondertussen al deels gewijzigd is, gaat het protest door, althans onder studenten. Claire: “Le bordèle continue. On ne veut que la grande victoire.” Van onderhandelingen is geen sprake. De manifestaties lopen helemaal uit de hand. Op sympathie van de publieke opinie kunnen de studenten niet rekenen, hun argumenten worden demagogischer met de dag en het imago van de universiteit verslechtert almaar. Er zijn ook conflicten tussen studenten die terug naar de les willen en hun protesterende collega's.

 

Er wordt nu gedacht aan lessen tijdens de zomer, maar zo blijven de (minder rijke) jobstudenten en internationale studenten in de kou. De studentenkoepel van Claire stelt voor dat studenten van stakende departementen les volgen op verplaatsing. De stakers gaan echter niet akkoord.

 

Vier jaar op rij heeft Claire steevast twee weken geen les wegens protestacties.

 

Ijsland: "Geef les in de zomer!"

Anna Sigridur Haflidadottir, studentenvertegenwoordiger in de Studentarad Haskola Islands (SHI). Hoewel deze studentenraad slechts één IJslandse universiteit vertegenwoordigt, zit op deze universiteit wel 70 procent van de IJslandse studenten.

 

De economische crisis, die het land op de rand van het bankroet bracht, heeft uiteraard ook een impact gehad op het hoger onderwijs. Daar waar er normaal zo'n dertigduizend studenten in de zomervakantie een studentenjob zouden hebben bij banken en bedrijven, zal dat nu slechts een fractie van een fractie zijn.

 

Ondanks een panelgesprek met de overheid, waarin de politici hun plannen voor het hoger onderwijs uit de doeken deden, spraken ze vooral “out of their asses”.

 

De oplossing die het SHI dan maar heeft bedacht, is om simpelweg van de zomer een derde semester te maken, met examens en al. Hierdoor kunnen de studenten ook tijdens de zomer een beurs krijgen. Omdat politici altijd moeite hebben om studenten serieus te nemen, besloten de studentenvertegenwoordigers een sit-in te houden voor het ministerie van Onderwijs, uiteraard met de nodige persaandacht. En kijk, dankzij de publieke druk is het plan aangenomen.

 

Anna ziet IJsland als eerste uit de recessie klimmen. Zolang niet iedereen naar het buitenland vertrekt om, je weet wel, een job te hebben.

 

Bosnië en Herzegovina: "Unief, ga met uw tijd mee!"

Sania Tepavcevic, international officer van de studentenkoepel Surs. Hoewel de studentenvertegenwoordigers een goede relatie hebben met hun overheid, blijven er veel problemen bestaan. Het is ondertussen al tien jaar geleden sinds Bosnië en Herzegovina het Bologna-akkoord ondertekenden. Maar de implementering laat op zich wachten. Een gebrek aan geld, of aan wilskracht, of beide. Bijgevolg is dit slechts het tweede jaar dat studenten binnen de Bolognastructuur (bama dus) studeren.

 

De problemen situeren zich voornamelijk op drie vlakken: mobiliteit, studentenaccomodatie en de ouderwetse lesmethodes van de proffen. Dat laatste is maar moeilijk te verhelpen: proffen die zichzelf als het middelpunt van alles beschouwen doen inzien dat het eigenlijk om de studenten moet draaien, is niet makkelijk. Maar langzaam maar zeker treedt er verbetering op.

 

De studentenaccomodatie heeft ondertussen een financiële boost gekregen na een verbeten strijd tussen de studentenvertegenwoordigers en de overheid. Maar het ene gevecht is amper gewonnen, of het volgende dient zich al aan. Bologna moet immers de mobiliteit vergroten, maar momenteel is die zelfs binnen het land vrijwel onbestaande. De enige manier om in het buitenland te gaan studeren is als je universiteit zelf akkoorden met andere universiteiten heeft afgesloten.

 

De overheid zou het studeren in het buitenland actief moeten promoten, onder meer door hier beurzen voor te creëren. Als de studentenverenigingen zich hier tegenaan gooien, kan dat niet lang meer duren. Sania vindt het alleen jammer dat ze bijna afgestudeerd is en al die verbeteringen niet meer actief mag meemaken.

 

Georgië: "Buit Bologna niet uit!"

Kate Chachava, verkozen lid van de Student Union Development Committee van ESU. Vóór het Bologna-akkoord was het hoger onderwijs in Georgië gratis, was er voldoende financiële steun en studeerde bijna 90 procent van de studenten die aan een hogere opleiding begonnen af.

 

Sindsdien steeg het inschrijvingsgeld al tot €800 (de overheid betaalt dit voor sommige studenten, maar voor de rest hoeven studenten niet op al te veel financiële steun te rekenen) en werd meer dan de helft van de hogeronderwijsinstellingen gesloten onder het mom van kwaliteitscontrole.

 

Naast goedkoop onderwijs is er ook van flexibiliteit in Georgië niet veel gekomen. De universiteiten die strikter zijn, soms zelfs in die mate dat een student 75 procent van de lessen moet volgen om te kunnen afstuderen, worden als de betere instellingen gezien. Streng is degelijk, nietwaar? Niet waar, maar streng is alleszins duur.

 

Kate was de eerste Bologna-expert van Georgië en ze is haar vertrouwen in het proces nog niet in verloren. Maar nog geen jaar na de oorlog, met een instabiele regering die betogingen als “destabiliserend” ziet, is het moeilijk om hier public awareness rond te creëren. De overheid probeert wel, maar lijkt te falen bij elke stap. Zo zijn er akkoorden gesloten met verschillende universiteiten om studenten in het buitenland te laten studeren, maar dit zijn voornamelijk dure elite-universiteiten, niet eens zo veel binnen Europa zelf.

 

Het spoor waar Georgië momenteel op zit is duidelijk het verkeerde, met duurder, minder flexibel en minder mobiel hoger onderwijs. Waar het in de toekomst naartoe gaat, is bang afwachten.

 

Ierland: "Kom op tegen de studentonvriendelijke regering!"

Bartley Rock, Ierland, education officer van de Union of Students in Ireland (USI). USI bestaat al vijftig jaar en is een van de meest professionele studentenkoepels van Europa. Ze beperkt zich al lang niet meer uitsluitend tot het hoger onderwijs, maar voert ook campagnes rond veilig vrijen, gendergelijkheid, holebirechten en natuurbescherming. Maar dat betekent niet dat het hoger onderwijs in Ierland perfect georganiseerd is.

 

Er is in Ierland geen inschrijvingsgeld voor het hoger onderwijs, maar er zijn wel administratieve kosten, de zogenaamde student services charge. In 1996 bedroeg die €100. Dit jaar is het €900 en volgend jaar zal het €1.500 zijn. Om deze trend te keren, pleit USI voor een progressief belastingsstelsel, waarbij je procentueel meer betaalt naarmate je meer verdient, en het sluiten van alle mazen in de belastingswet. Met het bijkomende geld dat hierdoor verkregen zou worden, kan ook de invoering van studentenleningen vermeden worden. Die zou volgens USI de lagere sociale klassen benadelen, omdat zij een grotere vrees hebben om zich in de schulden te steken.

 

Het hoger onderwijs zou centraal moeten staan in elk plan om de recessie te bestrijden (de economische groei in Ierland bedraagt momenteel -6 procent). De Ierse oppositiepartijen volgen USI hierin. De huidige regering lijkt er echter niet happig op om de plannen van USI tot uitvoer te brengen, waarop de studentenkoepel een registratiecampagne voor de verkiezingen op poten heeft gezet waarin expliciet wordt opgeroepen om niet op de huidige regeringspartijen te stemmen. Ze zullen de overheid eens laten zien wat voor een impact de 250.000 zielen tellende studentenpopulatie kan hebben als ze zich mobiliseert.