Zero- of meertaligheid?

Eigen gelijk eerst
13/04/2007
🖋: 
Auteur extern
Kris Van Dijck en Jef Verschueren

Vlaams minister van Onderwijs Frank Vandenbroucke merkte onlangs op dat een ondoordachte keuze voor meertalig onderwijs tot 'zerotaligheid' zou kunnen leiden. Dit raakte een gevoelige snaar bij heel wat politici en academici: voor- noch tegenstanders lieten zich onberoerd in het debat. dwars zocht N-VA-fractievoorzitter Kris Van Dijck op, die meent dat meertalig onderwijs geen goed idee is. Jef Verschueren, decaan van de faculteit Letteren en Wijsbegeerte, is het hier echter niet mee eens.

Contra

Meer talen in het onderwijs: ja! Voor de N-VA blijft een zeer goede Nederlandse taalvaardigheid het eerste streefdoel. Het onderzoek van Jan Adé (2000) toonde op pijnlijke wijze aan dat het bijzonder slecht gesteld is met de taalbeheersing van het Nederlands, ook bij studenten van wie Nederlands de moedertaal is! De vraag naar scholieren en studenten met een betere beheersing van het Nederlands klinkt steeds luider.

De discussie over het meertalig onderwijs heeft ook een belangrijk sociaal aspect. Kiezen voor meertalig onderwijs is kiezen voor duaal onderwijs. Het zullen immers in eerste instantie ouders zijn die hun kinderen een ideale omkadering kunnen geven die zullen kiezen voor meertalig onderwijs. Voor sociaal zwakkeren, kinderen met leerproblemen… zal meertalig onderwijs een extra drempel zijn. Hetzelfde voor allochtonen die naast het Nederlands meteen met een bijkomende vreemde taal zullen worden geconfronteerd. Bovendien druist meertalig onderwijs volledig in tegen het gevoerde beleid in de Rand, dat zich juist richt op Nederlandse taalversterking.

De slinkende voorsprong van Vlaanderen op het vlak van talenonderwijs moet men ook niet overdrijven. Vlaanderen scoort op Europees vlak nog steeds zeer hoog inzake meertaligheid. Het is zelfs een van de weinige indicatoren uit het Pact van Vilvoorde die we zeker zullen realiseren tegen 2010. Meertaligheid is een absolute noodzaak in een groeiend Europa waarin interne mobiliteit steeds meer nadruk zal krijgen, daaraan twijfelt niemand. Werken aan meertaligheid moet dan ook een van de kerntaken van het onderwijs blijven. De N-VA gelooft in meer talen in het onderwijs om dit te bereiken, maar niet in meertalig onderwijs. De N-VA is immers niet bereid om de resultaten van de jarenlange strijd voor een democratisch onderwijs op de helling te zetten.

 

Kris Van Dijck, N-VA-fractievoorzitter in het Vlaams parlement

 

Pro

Er is niets mis met eentalig onderwijs. Op voorwaarde dat het ten dienste staat van een eentalige maatschappij.

Aan die voorwaarde voldoet Brussel niet. Tweetalig onderwijs lijkt dus aangewezen, waarbij een tweede taal voorwerp én medium vormt voor een deel van het curriculum. Er is mij geen studie bekend die aantoont dat deze benadering nadelig zou zijn voor de leerlingen. De beheersing van beide instructietalen gaat erop vooruit en de eindcompetenties zijn niet alleen nuttig voor de toekomstige manager of ambtenaar, maar ook voor de loodgieter en de fabrieksarbeider.

Ook Vlaanderen in zijn geheel voldoet niet aan de voorwaarde. In één op zes gezinnen wordt een andere taal dan het Nederlands of naast het Nederlands gesproken, in stedelijke omgevingen nog meer. Ook daar zou een vorm van tweetalig onderwijs voor doelgroepen met een voldoende kritische massa nuttig zijn. Buitenlandse voorbeelden tonen aan dat actieve meerderheidssteun voor het taalbehoud van minderheden de sociale cohesie versterkt, terwijl het op geen enkele wijze belemmerend is voor de verwerving van de dominante taal van de omgeving.

Het begrip ‘zerotaligheid’ dat minister Vandenbroucke onlangs lanceerde in een pleidooi tegen tweetalig onderwijs in Brussel kan alleen een politieke agenda dienen. Met begrippen in dienst van een politieke agenda is niets mis, als die agenda verstandig is. De minister houdt een warm pleidooi voor meertaligheid, maar alleen als elitaire constructie bovenop een fundament dat de ontmanteling van reeds bestaande meertaligheid vooronderstelt. Is het verstandig om op deze wijze de illusie van het eentalige Vlaanderen als uitgangspunt te blijven gebruiken?

 

Jef Verschueren, decaan van de faculteit Letteren en Wijsbegeerte aan de Universiteit Antwerpen