de serie is de nieuwe film

15/09/2017
🖋: 

Vanaf eind augustus kon je in de Imax-zaal van Kinepolis Antwerpen kijken naar de eerste twee episodes van Inhumans. Wie bekend is met figuren als Iron Man en Thor zal een introductie al niet meer nodig hebben; ook deze Marvelreeks verhaalt immers over een handvol superhelden in een alternatief universum. Pakweg een maand na de Imax-release zijn de afleveringen van seizoen één wekelijks te zien op Amerikaanse televisie. Het gebeurt nog niet al te vaak dat cinema’s de handen ineen slaan met de producenten en exploitanten van tv-series. De box office van Inhumans liet bovenin te wensen over, al zouden de overwegend negatieve recensies daarin ook een rol gespeeld kunnen hebben.

Toch is deze bioscoopprimeur tekenend voor een bredere tendens. Geleidelijk lijken tv-series namelijk de aloude kloof met het medium film te dichten. Orange is the New Black, de serie is de nieuwe film. Of niet? In wat volgt begeef ik me kort langs de ontwikkelingen die voor deze bewust gechargeerde stelling spreken.
 

Eén van mijn favoriete tv-series is nog altijd het mysterieuze Lost. Zelf zag ik de serie pas toen ze (eindelijk …) afgelopen was, maar voor de fans van het eerste uur was er maar één optie: een week wachten tot de volgende aflevering werd uitgezonden. Nu, pakweg een decennium later, is het begrip wachttijd bij series bijna altijd relatief. De belangrijkste oorzaak daarvoor ligt natuurlijk bij de komst van Netflix en streamingdiensten die het succes van die grootverdiener willen kopiëren. Frank Underwoods gewetenloze machtsdrang in Netflix original House of Cards openbaart zich niet per aflevering, maar per seizoen. Steeds meer series volgen dat voorbeeld, terwijl oudere reeksen in hun geheel te raadplegen zijn. Lost kon je bijvoorbeeld tot dit voorjaar kijken via het (in Nederland beschikbare) on demand-platform Videoland.
 

Dat deze ontwikkeling indirect heeft geleid tot het fenomeen bingewatching, behoeft ongetwijfeld geen nadere uitleg. Met een Netflix-abonnement en een onvermijdelijke dosis menselijkheid (niemand kan leven met cliffhangers) is het aaneengesloten wegkijken van episodes meer regel dan uitzondering. Over het eerste seizoen van de veelbesproken young adult-serie 13 Reasons Why deden veel kijkers wereldwijd niet langer dan een dag. Eén aflevering per week? Wie eenmaal begon, kon net zo goed beweren dat hij of zij zich dit jaar voor de verandering eens wél aan alle goede voornemens ging houden.
 

Het gevolg is dat een seriekijker op een avond soms meerdere films kijkt. Die films zijn paradoxaal genoeg geen ‘echte’ films, maar een half seizoen van de nieuwste tv-serie. Het interessante daaraan is dat vrijwel niets die series daarbij nog onderscheidt van de films. Wie vaak Netflix gebruikt, weet dat het maar vijftien seconden duurt voor de credits van een nieuwe episode door je beeld schieten. Onlangs las ik dat die vijftien seconden in de toekomst misschien vervallen. Een serie is dan één lange film, die je alleen door een actieve ingreep kunt onderbreken. Waar de meeste films na twee uur wel gedaan zijn, is een serie in veel gevallen immers een bron van eindeloos vermaak.
 

Er zijn ook series die het onderscheid met het medium film zelf al verbreken. Het derde seizoen van cultklassieker Twin Peaks telt achttien episodes, maar de serie laat zich het best bekijken als een film van achttien uur. Sterker nog, Blue Velvet-regisseur David Lynch heeft zelf aangegeven dat seizoen drie met die gedachte is opgenomen.
 

Als ik nu zeg dat mensen ondanks die ontwikkelingen óók naar films zullen blijven kijken, voelt dat misschien aan als een loze uitspraak. Toch zou deze vanzelfsprekendheid in de toekomst wel eens onder druk kunnen komen te staan. Met name op visueel vlak zijn series immers aan een opmars bezig. De budgets voor HBO-speerpunten Game of Thrones en Westworld rijzen de pan uit, waardoor losse episodes steeds meer het voorkomen krijgen van een cinema-waardige filmbeleving. Tegenwoordig heeft het uitbrengen van een film boven de twee uur al een financieel risico, en zo komen serie en film steeds dichter bij elkaar. Wat is nu het wezenlijke verschil tussen een blockbuster van negentig minuten en een lange Game of Thrones-episode die het uur ruim passeert? Ter illustratie: bekijk onderstaand filmpje even - mits je up to date bent met de serie.

 

 

Terwijl distributeurs moeten zwoegen om hun films een succesvolle release in de schoot te werpen, bingewatcht een gemiddeld huishouden probleemloos een serie of vijf. Gelukkig bezoekt datzelfde huishouden waarschijnlijk nog steeds regelmatig de bioscoop. De cinema blijft iets speciaals hebben, toch? Het grote scherm, het avondje uit, of, voor de cinefiel: de 35 mm-projector in het plaatselijke filmhuis. Maar wat als series vaker hun weg naar de bioscoop zouden vinden? Zouden wij dan ook en masse die series bezoeken? Of zouden we Baby Driver in het lokale multiplex nog altijd liever zien dan de laatste dubbelaflevering van onze favoriete serie?
 

Ongeveer tegelijk met de release van Marvels Inhumans kwam het bericht dat Nederlandse bioscopen de zevende seizoensfinale van Game of Thrones zouden vertonen. Vijftien minuten later waren alle zalen stijf uitverkocht.