een hart voor klimaat of vooral gepraat?

klimaatbeleid UAntwerpen doorgelicht

16/05/2023

In 2019 stelde het Climate Team voor UAntwerpen een klimaatactieplan op. Het Climate Team is een bottom-up gegroeide groep van mensen verbonden aan UAntwerpen die zich vrijetijdshalve ontfermen over de klimaatkoers van onze universiteit. Vier jaar later is er een geactualiseerde versie. dwars keek dit klimaatactieplan in dat inmiddels door de raad van bestuur van UAntwerpen is goedgekeurd en zet de belangrijkste zaken op een rijtje.

Wie dagelijks door de universiteitsgebouwen struint, staat er niet bij stil dat de universiteit best wat CO2 de atmosfeer injaagt. Logischerwijs wil de universiteit haar klimaatimpact beperken. Op de website luiden de intenties zo: “Universiteit Antwerpen gaat vol voor klimaatneutraliteit in 2030 en wil in 2050 volledig fossielvrij zijn.” Een klimaatneutrale universiteit houdt in dat de universiteit niet meer broeikasgassen in de atmosfeer pompt dan dat ze eruit haalt. Een fossielvrije universiteit is een universiteit die draait op energiebronnen die niet olie, steenkool of gas heten. Het klimaatactieplan laat zien dat er nog een diepe kloof gaapt tussen werkelijkheid en wens. 

cijfermateriaal

In 2019 werd er voor het jaar 2018 een nulmeting gehouden. Bij zo’n nulmeting worden de verschillende uitstootbronnen in kaart gebracht. Zo blijken – niet geheel verrassend – transport en energie, samen goed voor 83% van de uitstoot aan onze universiteit, de grote energievreters te zijn. In 2018 bedroeg de totale CO2-uitstoot van UAntwerpen 41.882 ton. Concreet komt dat neer op de jaarlijkse koolstofvoetafdruk van 2.100 personen ofte 160 miljoen kilometer met de wagen rijden.

Het spreekt voor zich dat tussentijdse rapportage essentieel is om het klimaatbeleid te evalueren. In maart 2023 verscheen voor het eerst sinds de nulmeting een rapport dat de voetafdruk van de universiteit berekent, met name voor het jaar 2021, over de twee belangrijkste uitstootbronnen: transport en energie. Een bijzonder sterke CO2-daling situeert zich op vlak van elektriciteit. UAntwerpen heeft in de meetperiode grijze stroom ingewisseld voor lokaal geproduceerde groene stroom. Kanttekening hierbij is dat dit een winst is die maar eenmaal te boeken valt. Een essentiële stap is nu om zelf groene stroom te produceren en blijvend in te zetten op een daling van het elektriciteitsverbruik. Zo dalen niet alleen de energiekosten, maar creëert de universiteit ook bijkomende groene capaciteit en kan de energie van windmolens die nu elektriciteit aan UAntwerpen leveren elders worden gebruikt. Vereist is nu om deze oefening jaar na jaar te maken om een getrouw beeld van de evolutie te krijgen en zo uitschieters door omstandigheden, al dan niet van epidemiologische aard, uit te vegen.

transport en infrastructuur

Wat betreft transport heeft het coronavirus het op afstand vergaderen versneld ingeburgerd. Een maatregel die de krantenkolommen bereikte is dat UAntwerpen haar personeel verbiedt het vliegtuig te nemen wanneer een treinreis minder dan 8 uur bedraagt. De grote CO2-slokop zijn evenwel de intercontinentale vluchten en uit de CO2-rapportage zal de komende jaren moeten blijken in hoeverre de uitstootdaling hier louter te wijten valt aan de coronajaren. UAntwerpen kan daarnaast weinig doen aan de achterstand die de stad op fietsvlak heeft in te halen, maar kan de eigen ruimte wel zo geschikt mogelijk inrichten. Voldoende fietsenstallingen die ook voldoende groot zijn, die dag en nacht toegankelijk zijn en slechts met een studenten- of personeelskaart van UAntwerpen vallen te openen, doen veel fietsershartjes van opwinding sneller slaan.

De olifant in de kamer is zonder meer het financiële plaatje. Tegenover een fossielvrij UAntwerpen in 2050 staat een investering van een slordige 280 à 320 miljoen euro. Met het huidige budget en het huidige patrimonium is een fossielvrije universiteit fictie. De duurzame renovatie van energieslurpende gebouwen neemt een flinke hap uit dat budget. Geen gemakkelijke boodschap voor een universiteit die wil groeien. Groeien zonder uit te breiden is geen idee waar de geesten zich automatisch rijp voor achten. Nochtans is het een onvermijdelijke oefening die beter vandaag dan morgen wordt gemaakt: hoe de infrastructuur naast energiezuinig maken ook efficiënt in gebruik nemen? De plannen om gebouwen B en C op Campus Drie Eiken af te breken ten voordele van een klimaatneutraal gebouw lijken een stap in deze richting. Uit de informatie opgevraagd bij de universiteit blijkt dat gebouw B niet geschikt is voor renovatie.

De budgetten om gebouwen B en C te renoveren worden daarom aangewend voor een klimaatneutrale nieuwbouw die bovendien uit 30% minder vloeroppervlakte zal bestaan dan gebouwen B en C tezamen. De kleinere oppervlakte is energie-efficiënter, maar is ook ingegeven uit financiële noodzaak. In een latere fase worden gebouwen A en D vervangen door een nieuwbouw. Dat betekent dat wanneer de nieuwbouw er is, gebouwen A, B, C en D worden afgebroken. Al is dat laatste zeker niet voor morgen, benadrukt de universiteit nog. In dat opzicht is het belangrijk aan te stippen dat de universiteit heel wat gebouwen bezit, wat betekent dat er heel wat daken vallen te vullen met zonnepanelen. Toch is er op dat vlak een inhaalslag te maken. Gevraagd naar een reactie kregen we van de universiteit een overzicht van de daken waarop zonnepanelen liggen of komen te liggen, maar cijfers die weergeven hoeveel procent van de daken of van de potentieel geschikte daken bezet zijn met zonnepanelen zijn er niet. Nochtans is dat een waardevolle parameter met het oog op het zelf opwekken van je elektriciteit.

voorbeeld stellen

Het klimaatactieplan geeft aan dat het niet alleen om de harde cijfers gaat, maar dat de universiteit ook een voorbeeldrol heeft en mentaliteitswijzigingen kan aanwakkeren bij studenten en personeel. Zo kunnen de eetpatronen op de universiteit ook de eetpatronen thuis worden. Een ander punt dat het klimaatactieplan nadrukkelijk vermeldt, is het belang van verstandig omspringen met grondstoffen, de levensduur van producten verlengen en de reductie van afval. Circulair denken is ook niet zonder belang in termen van CO2-uitstoot: de site van UAntwerpen zegt dat de totale omvang van het potentieel voor een meer circulaire aanpak aan UAntwerpen ongeveer 16% van de totale uitstoot bedraagt. Aankopen aan de universiteit vinden momenteel plaats op een gedecentraliseerde manier. Dat wil zeggen dat niet één orgaan zicht heeft op alle aankopen, wat het moeilijk maakt om aankoopbeslissingen te sturen en een langetermijnstrategie te ontwikkelen.

Een voorbeeld kan UAntwerpen ook stellen op het vlak van financiën en onderzoek. Eerder kwam in dwars 149 al aan bod hoe de commissie ethisch beleggen, een van de werkgroepen die aan onze universiteit werken rond klimaat, geen inzage krijgt in de beleggingen die ze moet evalueren. In dwars 150 werd zichtbaar hoe ExxonMobil onderzoek aan UAntwerpen financiert.

Het is duidelijk dat het laaghangend fruit stilaan is geplukt. Behalve noodzakelijk vanuit klimaatoogpunt zijn deze maatregelen ook kostenbesparend. Hoeveel budget had UAntwerpen tijdens de energiecrisis minder moeten uitgeven aan energiekosten met beter geïsoleerde gebouwen in een situatie van optimale bezetting van zonnepanelen op de daken? Zonder de nu ontbrekende langetermijnstrategie en budgetten is een klimaatneutrale en fossielvrije universiteit meer een pr-operatie dan een reëel vooruitzicht