nieuw project van UAntwerpen zal studenten helpen met iets

doorbraken

25/04/2022
🖋: 

De dienst Communicatie van UAntwerpen liet notuleren dat er binnen afzienbare tijd een nieuw project dat in de pijplijn zit op poten gezet zal worden opdat het in de steigers kan staan met als doel studenten te ondersteunen. De details zullen bepaald worden na een initiële aftoetsende fase. Er wordt budget vrijgemaakt voor een nieuwe website en campagne. De vragen over wat het project exact zal inhouden, welke parameters een indicatie geven dat er nood is aan het project en welke doelstellingen men wil halen om het project als geslaagd te beschouwen zullen later ontweken worden. 

Dat het project initieel vaag blijft, is op zich geen probleem. Projectverantwoordelijke Els Komkommerwals: “Dat is de modus operandi van het hedendaagse communicatieparadigma. Studenten hebben al genoeg concrete dingen om zich zorgen over te maken; wij bieden ondersteuning door middel van buzzwords, opgewaardeerd met beeld en quotes van steeds hetzelfde twintigtal studenten op hoogkwalitatief drukwerk. Hoe hoger de productiekosten, hoe breder de boodschap bij de modale student genegeerd kan worden. Het kernwoord is ‘drempelverlagend’, studenten van allerlei slag moeten zich halfslachtig kunnen vinden in het beeld van de universiteit dat we hun opdringen. Daarom hebben we in de loop der jaren een mooie verzameling foto’s aangelegd van studenten die tot minderheidsgroepen behoren, zo tonen we hoe inclusief onze benadering is.” 

Er worden zoals altijd ook studenten betrokken bij het project. Komkommerwals: “Wij hechten grote waarde aan de input van de student, vooral als die student in dezelfde richting denkt als wij.” Favorieten bij uitstek zijn de studentenvertegenwoordigers. Een van hen liet weten: “Als je als stuver een uitnodiging krijgt voor een participatief overlegmoment weet je dat het je kans is om van de universiteit een betere plek te maken. De eerste vergadering was constructief: iedereen kende elkaar al, maar we deden toch een voorstelrondje en er was ook een powerpoint.” Toch reageert niet elke student positief: “Vroeger, voor corona, kreeg je op dat soort vergaderingen broodjes”, liet een oudere stuver zich ontvallen, “als het me louter zou gaan om de illusie koesteren dat ik een belangrijke student ben die de wereld verandert, zit ik wel op Twitter.” 

De organisatoren gaan prat op het belang van hun project, al kan niemand zich echt toeleggen op de uitwerking ervan. Komkommerwals: “Er zijn nog tal van andere taken en projecten waar niemand van gehoord heeft die ook allemaal héél belangrijk zijn. Die hebben eveneens stuk voor stuk drempelverlagende communicatiestrategieën nodig. Soms wordt het dan druk voor ons, maar we vergaderen zoveel als nodig tot het campusleven van de student beter wordt.” De vraag stelt zichzelf dan of er niet beter geïnvesteerd kan worden in personeel dat wel werkt? “Dat moet haast wel! Er zijn gewoon zoveel projecten die we artificieel in leven houden. Daarom gaan er stemmen op om naast het huidige project nog een ander nieuw project te organiseren waarbij we de communicatie kunnen stroomlijnen. Zo kunnen de studenten die ons niet op mute hebben staan weten dat we hen kunnen helpen met iets. Misschien stellen we zelfs een halftijdse werknemer aan die het communicatieve en organisatorische werk van de universiteit op haar studenten afschuift. Je weet wel, communitybuilding.”