wetteloosheid in de rechtenfaculteit

zorgen over stijgende examenfraude

05/11/2022

Ondergetekende, in deze fase van zijn leven rechtenstudent, kreeg in de eerste lessen van het jaar te horen dat het aantal fraudegevallen bij examens Rechten het afgelopen jaar is gestegen. Om hier het fijne van te weten, maakte ik een afspraak met Sigrid Pauwels, voorzitter van de fraudecommissie Rechten.

In twee jaar tijd is het aantal fraudezaken in de rechtenfaculteit meer dan verdubbeld. Het voorbije academiejaar waren er een vijftiental gevallen van examenfraude, zo goed als allemaal in de bacheloropleiding. “Het lijken misschien relatief lage aantallen, maar soms is de wijze waarop we verregaande fraude op het spoor komen zo toevallig dat we bezorgd zijn dat het het topje van de ijsberg is”, vertelt Sigrid Pauwels.

“Bij een melding van mogelijke examenfraude komt onze fraudecommissie binnen de drie dagen samen”, gaat ze verder. “Dat gebeurt enkel tijdens de examenperiodes, noem het dus gerust seizoensarbeid. Als het een makkelijke zaak is, volgt de uitspraak vrijwel aansluitend. Bij complexe overwegingen vraagt het beraad veel meer tijd. Bij twijfel proberen we dingen ook echt uit te zoeken. Soms stapt iemand bijvoorbeeld naar de examenlocatie om te verifiëren of de beweringen van de student kloppen. Hoe dan ook moeten we binnen een termijn van tien dagen uitspraak doen, maar we zorgen ervoor dat de student binnen de week de sanctie kent. Als er zoiets boven je hoofd hangt, wil je immers zo snel mogelijk de uitkomst van je lot kennen, zeker in een belastende periode als de examentijd.”

“Het is ons de voorbije jaren steeds gelukt om tijdig een uitspraak te doen, maar evident is dat allerminst”, benadrukt Pauwels. “Als we de werklast van alle betrokken collega’s optellen, neemt de afwikkeling van één dossier gemiddeld dertig manuren in beslag. Bovendien moet iedereen stand-by staan midden in de examenperiode. Op personeelsgebied is deze ontwikkeling een erg zware belasting, die nachtwerk vereist.”

 

preventief beleid

Uit gesprekken met frauderende studenten ontwaart Pauwels twee drijfveren. “Enerzijds heb je studenten die vooraf een stiekem plan uitdokteren en de risico’s erbij nemen. Anderzijds heb je studenten die, vaak vanwege het thuisfront, onder enorme druk staan, bijvoorbeeld omdat hen een studiekeuze wordt opgedrongen. Zij frauderen eerder uit onzekerheid of wanhoop.”

Onder examenfraude kan worden verstaan: elke vorm van spiekgedrag en identiteitsfraude. Voor sommige rechtenstudenten zijn de dikke wetboeken vol kleine lettertjes die ze tijdens hun examens nodig hebben en steekproefwijs worden gecontroleerd te verleidelijk om er niet op een andere manier van gebruik te maken. Een professor gaf in de les als voorbeeld hoe een student een codex helemaal namaakte, maar dan met aan de binnenkant de cursus. Het is rechtenstudenten ook toegestaan om te onderstrepen of met fluostift te markeren in hun wetboek, hele woorden en zinnen welteverstaan. Het gebeurt dat studenten in hun beperkte bloktijd wonderwel de tijd vinden om in hun codex afzonderlijke lettertjes aan te duiden die samen definities vormen.

Om mensen niet op een verkeerde manier te inspireren, wil Pauwels niet te hard in detail treden over cases. Wel wil ze kwijt dat de fraudecommissie een sterker preventief beleid zal voeren. “Ik ben de laatste hand aan het leggen aan het jaarverslag van de fraudecommissie. Dat verslag wordt overhandigd aan ons faculteitsbestuur en bevat enkele beleidsaanbevelingen om preventief te werken. We gaan bijvoorbeeld een infosessie organiseren voor onze toezichthouders. Zij werken vanuit vertrouwen – wat hen siert – maar in de huidige context moeten we strenger controleren. We zullen ook vragen om het aantal toezichthouders te verhogen. Daarnaast vragen de codices, smartphones en bepaalde examenlocaties die fraudegevoeliger blijken extra aandacht, net als sanitaire pauzes tijdens het examen. Je kan studenten uiteraard geen toiletbezoek weigeren. In mijn tijd aan de UFSIA, zo’n 35 jaar geleden, was zoiets bijvoorbeeld ondenkbaar. Nu zijn we wat dat betreft studentvriendelijker, maar we stellen helaas vast dat er soms misbruik van wordt gemaakt.”

Wat als je als student getuige bent van examenfraude? “Een cultuur waarin studenten elkaar rapporteren, is onwenselijk”, benadrukt Pauwels. “Dat is slecht voor de groepssfeer en een mogelijkse bron van conflicten. We moeten ervoor zorgen dat ons preventief beleid werkt door de controle aan te scherpen en studenten bewust te maken van de consequenties van fraude. We willen deze stijgende tendens keren. Het is een smet op onze faculteit die prima draait en heel mooi werk levert.”

 

sancties

Pauwels vindt het belangrijk te benadrukken dat de sancties bij examenfraude niet min zijn. “We merken dat studenten soms verbouwereerd zijn wanneer ze worden gesanctioneerd. Ze denken vaak dat ze ermee wegkomen door hun excuses aan te bieden. Zo werkt het dus niet. Het gaat immers niet alleen over een overtreding van materiële rechtsregels; fraude is ook een schending van het vertrouwen van professoren en medestudenten, en van de waarden die onze universiteit uitdraagt. Bovendien verwachten we van aankomende juristen dat ze belang hechten aan rechtvaardigheid en afspraken binnen sociale structuren.”

Het kan misschien ironisch klinken, maar Pauwels benadrukt dat bijstand door een advocaat je zaak niet altijd vooruithelpt. “Als het heel duidelijk is dat er sprake is van bedrog, is het als student vaak wijzer om open kaart te spelen en bijvoorbeeld niet te zoeken naar mogelijke procedurefouten. Advocaten zijn uiteraard heel welkom en moeten hun rol voluit kunnen invullen, wie zijn wij om daar iets tegen te hebben? Alleen moeten studenten goed beseffen dat een advocaat je niet miraculeus kan vrijpleiten wanneer de fraude duidelijk vaststaat.”

“Er zijn gradaties in de sancties. De lichtste straf is dat je geen credit behaalt voor het betrokken opleidingsonderdeel, maar die spreken we enkel uit als we de fraude als ‘niet-intentioneel’ beschouwen. Hoe ernstiger de fraude, hoe zwaarder de sanctie. Dat kan zelfs gaan over uitsluiting van alle examens in dat semester of in het hele academiejaar, inclusief de tweede zittijd. Zeer zware opzettelijke fraude, bijvoorbeeld een andere identiteit aannemen tijdens een examen, waar bovendien recidive aan de orde is, leidt tot uitsluiting uit de universiteit. Om die reden werd in het voorbije academiejaar aan twee studenten van onze faculteit gevraagd om onze universiteit te verlaten. Je zet door te frauderen dus heel wat op het spel.”