doopwijzer

is dopen echt zo'n probleem?

30/10/2017

Je laat je dopen om erbij te horen. Dat is althans de grove samenvatting van wat de media de laatste weken weer eens bracht rond studentendopen. Is hier iets van aan? Kan je enkel in een praesidium als gedoopt lid? En ondervinden de studentenverenigingen hinder door de negatieve berichtgeving?

Om te beginnen is het boeiend om eens na te gaan hoeveel studentenclubs er nog daadwerkelijk een doop organiseren. Op de Stadscampus niet eens de meerderheid, zo blijkt. Tien van de 23 clubs die een zitje hebben in de kringraad, houden de dooptraditie nog in ere.

De duur van deze doop hangt af van de studentenclub in kwestie. De kortste vind je bij Abundantia en Nordkempus, waar de inwijding slechts een avond duurt. Dagdopen zijn in de aanbieding bij De Chips, PTP, Klio, Lingua en Prisma. Voor de studenten die hiermee nog niet genoeg hebben, zijn er nog de evenementen die een week duren bij PSW, Sofia en Translatio. De laatste omschrijft haar activiteiten als een verkoop, verkoopweek en dagdoop. De verkoop, die laat Sofia sinds kort wel achterwege.

 

ledenaantal

Herman Van Goethem is niet de enige die zich de laatste weken negatief rond de studentendopen uitsprak. Brengt dit moeilijkheden met zich mee voor de verenigingen?

De praeses van Translatio, Bert Faes, zegt alvast het effect van de negatieve berichtgeving te voelen. “Veel mensen krijgen een vertekend beeld van de verkoop en de verkoopweek. Het schrikt de studenten af. Velen laten zich daardoor eerder dopen bij clubs die enkel een dagdoop of doopcantus houden. Hierdoor ligt ons aantal schachten elk jaar relatief laag.”

Felix De Buyser, praeses van Klio, beaamt het grootste deel van dit verhaal. “Hoewel het dit jaar meevalt, was de impact vorig jaar sterk voelbaar. We merken vooral dat er weinig eerstejaars bij het praesidium willen. Door de negatieve beelden mogen studenten van hun ouders vaak niet meer bij een studentenclub.”

Translatio nuanceert de spelende problematiek bij hun verenging: “Het vullen van het praesidium is daardoor niet altijd evident. Niet alleen bij ons, ook bij andere clubs met dagdopen hoor ik dezelfde moeilijkheden wel eens terugkomen. Ik sluit aldus niet uit dat het gewoon een probleem kan zijn van clubs met een lager aantal schachten.”

Prisma ondervindt naar eigen zeggen geen weerslag van alle negatieve commentaar en benadrukt dat die vaak wordt geleverd door mensen die zich nooit hebben laten dopen. “Dat is sneu. Een doop is immers leuk en je leert er veel mensen kennen. We merken dit jaar dat onze schachten een heel hechte groep gevormd hebben.”

Dat herkent Abundantia: "We zijn een club waar gastvrijheid en eensgezindheid centraal staan. Daarom houden we onze dopen luchtig, kort en binnenshuis. Abundantia gelooft niet in vernederende praktijken die de schacht kunnen kwetsen", benadrukt Yunus Kaya.

Lingua mocht op zijn beurt dan weer de positieve kant van dergelijke berichtgeving ontdekken. “Met het verschijnen van dergelijke artikels zien we dat onze schachten en commilitones actief voor ons in de bres springen.” Hun schachtenaantal ligt dit jaar zelfs hoger dan afgelopen academiejaar.

 

gedoopte praesidia

Allemaal goed en wel, het aantal schachten dat zich jaarlijks laat dopen. Maar raak je ook als ongedoopte student aan een plaatsje in een praesidium? In het merendeel van de verenigingen die we kunnen spreken niet – al is daar enige nuance te bespeuren.

Zo vertelt Benjamin Heirbaut, praeses van Lingua, dat het een (ongeschreven) vereiste is dat de preasidiumkandidaten gedoopt zijn. “De sollicitaties vallen voor de ontgroening, maar ook dat laatste wordt van je verwacht wanneer je opkomt.” Het komt echter wel voor dat er ongedoopte sollicitanten opduiken. “Dan werken we met een soort van nadoop.” Wat we daarvan mogen verwachten? Niet meer dan de huishoudelijke taken gedurende het praesidiumweekend, plus een aantal ludieke taken.

Iets soortgelijks hoor je bij Klio: “Het is zeker mogelijk om als ongedoopte student deel uit te maken van het praesidium, maar dan wordt er wel verwacht dat je je het jaar erna laat dopen. Dat geeft grappige situaties, zo’n praesidiumlid als schacht.”

Translatio is resoluter: “Je kan je bij ons alleen kandidaat stellen voor het praesidium wanneer je gedoopt bent bij onze club.” Abundantia hanteert dezelfde regels. Niets daarvan vind je bij Prisma, die zichzelf graag presenteert met de softere doop van onze universiteit. Agata Kulina, praeses van Prisma, kwam ongedoopt in het praesidium terecht. “Door omstandigheden kon ik me niet laten dopen op het moment dat die gebeurtenis plaatsvond, maar toch werd ik warm ontvangen in het praesidium.” In de tussentijd stemde ze wel in met een nadoop: ook bij Prisma is dus de praeses gedoopt.

 

de dopers

Of ook externe personen mee schachten en porren komen dopen, vroeg onze rector zich af tijdens de laatste Stuvoraad. Wel, het hangt ervan af hoe je ‘externe mensen’ definieert. De vijf studentenverenigingen zijn unaniem: ben je niet gedoopt in de club, dan ben je niet welkom om mee te dopen.

Benjamin benadrukt dat je enkel schachten kan dopen, wanneer je ook daadwerkelijk gedoopt en ontgroend bent bij Lingua. Of ik als drie jaar afgestudeerde gedoopte Lingua’er zou kunnen aansluiten? “Je bent welkom, maar ieder jaar stellen wij een doopmeesterlimiet. Hierbij kiezen we meestal voor actieve leden.”

Ook bij Translatio is dat de werkwijze. “In principe zou je als oud-student welkom zijn, maar alleen wanneer je nog actief bent in de vereniging. We maken elk jaar een Facebookgroep aan met de actieve leden, die nadien uitgenodigd worden om mee te dopen. Wanneer je dus enkele jaren niets van je laat horen, kan je niet even schachten komen treiteren. Het hangt samen met actief lidmaatschap.”

“Iedere doopmeester of ancien moet zich verbinden aan een contract waarmee ze beloven zich aan het streng vastgelegde doopcharter te houden”, laat Klio weten. “De schachtenmeester en praeses staan in voor de controle en de organisatie opdat misbruik kan worden tegengegaan.”

Zover hoeft het bij Abundantia zelfs niet te gaan. Zij laten enkel praesidiumleden een actieve doopfunctie uitoefenen.

 

ongedoopten zijn welkom

Goed, en wat nu? Moet ik me als ongedoopte student een buitenbeentje voelen tussen al die schachten en porren? Val ik er nu bij alle activiteiten tussenuit?

Welnee, drukt Bert me op het hart. “Dat je gedoopt moet zijn om in het praesidium te zetelen, wil niet zeggen dat je er op geen andere manier kan bij horen. Elk jaar zijn er studenten die naar onze activiteiten komen zonder gedoopt te zijn. Zij horen er even erg bij. Zo ben ik zelf ook bij Translatio geraakt: pas na enkele jaren activiteiten bijwonen, besliste ik me te laten dopen.” 

Felix geeft me dezelfde boodschap mee: “Onze peter- en meterwerking staat bijvoorbeeld open voor iedere student Geschiedenis. Lid of geen lid!”