one for all time

monogamie als waarheid

16/10/2017
🖋: 

Je lief bedriegen is absoluut not done. Spreken over overspel binnen een huwelijk, schreeuwt moord en brand altegader! Het klinkt akelig dat trouw trouwen niet zou bestaan, maar statistieken duiden vaak op een lelijke waarheid. Maar zijn wij als soort wel gemaakt om te sterven, na een godgans leven te hebben gespendeerd met één partner? dwars gaat op zoek naar antwoorden.

We verbinden monogaam zijn bijna automatisch met trouwen, maar dat is slechts de echtelijke monogamie. Je huwt dus met één partner, maar dat wil dus niet per se zeggen dat je seks hebt met één persoon. Je kunt ook sociaal monogaam zijn samenwonen en het meeste van je tijd doorbrengen met elkaar  maar als je in een open relatie zit, kan dat ook meerdere bedpartners betekenen. Als je seksueel monogaam bent, hou je het wél bij één stoeipoes of -kater.

 

tot de dood u scheidt

Laten we even inzoomen op echtelijke monogamie. Het huwelijk, dat in de gemiddelde chick flick oneindig en sprookjesachtig schijnt te zijn, duurt in België gemiddeld slechts 15 jaar. Al op 20-jarige leeftijd beginnen de eerste koppels te scheiden en op 47 jaar piekt het aantal scheidingen. Die hoge cijfers houden zo’n 10 jaar aan en daarna is er een sterke daling. Als de uitspattingen van de midlifecrisis zijn getemperd, misschien? We kunnen in het algemeen stellen dat tussen 1830 en 2015 het aantal huwelijken daalt en het aantal scheidingen stijgt, al is die stijging vooral tot 10 jaar terug te zien is. De laatste jaren houden huwelijken meer stand.

Wij als studenten zijn natuurlijk nog niet zo bezig met trouwen, maar wel met vlinders en vrijen. Studenten kunnen in hun relaties dus sociaal en/of seksueel monogaam zijn. dwars hield echter vorig jaar een grote seksenquête waaruit bleek dat 26 procent zijn of haar lief al eens bedrogen had, en dat 29 procent al eens bedrogen werd. Wellicht geen leuk idee dat meer dan een vierde van de relaties ontrouw blijkt.

        

Bron: Statbel – FOD Economie

deeldogma

Meerdere bedpartners hebben terwijl je in een relatie zit, het wordt veelvuldig scheef bekeken, maar niet door iedereen. Er zijn mensen die een vrijere verstandhouding verkiezen, een open relatie dus. We gingen kort in gesprek met een student in zo'n situatie. "Mijn vriendin en ik zijn nu drie jaar bij elkaar en gelukkig samen. Zij heeft vanavond een date, ik vind dat spannend voor haar. Wij zijn over elk aspect in ons leven eerlijk, dus ook als wij goesting krijgen om een afspraakje te hebben met iemand anders. Mijn lief is mijn beste vriendin, zij weet alles van mij." 

"Dit betekent niet dat we onze onenightstands tot in de puntjes beschrijven, die details zijn ook niet van belang. Wat wel belangrijk is voor ons, is dat wij de meeste tijd met elkaar doorbrengen en aan het einde van de dag van elkaar zijn. Wij weten dat sommige mensen het niet begrijpen, maar dat is niet erg. Ze vragen dan, 'maar ben je dan niet jaloers, word je daar niet ongelukkig van?'. Het is net het tegenovergestelde. Ik hoef niet jaloers te zijn, ik weet waar ze uithangt en met wie ze een pint gaat drinken. Wie weet stopt het daten met anderen ooit, als onze wilde haren wat zijn gladgestreken, maar voorlopig gaat het prima zo (lacht).

 

globale getrouwheid

In België worden monogame relaties vaak beschouwd als de norm, maar volgens de Etnografische Atlas zijn er van 1231 samenlevingsgroepen slechts 186 sociaal monogaam. Occasionele polygamie komt voor in 453 groepen en frequente polygamie in 588. Polyandrie, waar de vrouw één of meerdere mannen heeft, heerst onder 4 samenlevingsgroepen. Deze cijfers horen wel genuanceerd te worden, omdat de individuele bevolkingsgroepen niet worden meegerekend in deze grotere samenlevingsgroep. De monogame culturen zijn dus duidelijk in de minderheid. In het dierenrijk komt monogamie ook voor. Vooral vogels vogelen niet met anderen, zo'n 90 procent van de vogels heeft één ware wederhelft. Bij mensen is monogamie op een specifieke manier geëvolueerd.

 

echtelijke evolutie

Bepaalde theoretici beweren namelijk dat monogamie het conflict binnen een groep vermindert, waardoor groepen die monogaam zijn een evolutionair voordeel hebben. Genetisch bewijs rond menselijke monogamie dateert van 10 000 tot 20 000 jaar geleden, wat in de geschiedenis van de mens redelijk recent is, aangezien wij als soort ongeveer 300 000 jaar oud zijn. Antropoloog Jack Goody heeft een statistisch verband gevonden tussen de aanwezigheid van ploegagricultuur en monogamie. Het zware veldwerk werd meestal uitgevoerd door mannen en dat hangt dan weer samen met het houden van privégronden, die binnen de familie werden behouden door monogame huwelijken. Ook is er een verband gevonden met een groeiende gemeenschap, en ook religie en monogamie zouden hand in hand gaan.

 

huwelijkshistorie

Cultuur en status spelen ook een belangrijke rol: sociale regels en wetten leggen sociale monogamie op om rijkdom of macht te beschermen. Keizer Augustus moedigde huwelijk en het voorzien van nakomelingen aan, zodat de aristocraten hun macht en rijkdom onder hun erfgenamen konden verdelen om het nalatenschap hiervan te verzekeren.

Ook door de Kerk werd dit gepromoot; rijkdom werd overgedragen aan de dichtste mannelijke bloedverwant. Meestal was dit de oudere broer zonder een mannelijke erfgenaam. Dit resulteerde in een situatie waarin de jongste broer celibatair bleef, en zo de rijkdom binnen de kerk gehouden werd. De regelstellende, rijke elitegroep wilde daarentegen dat deze rijkdom binnen de familie bleef. Zodoende zorgden zij voor een hogere reproductie, waardoor hun genetische invloed verder vloeide in de toekomstige generaties.

Mogelijk als reactie hierop, moedigde de kerkelijke wet aan dat ook arme mannen zouden trouwen. De kloof tussen rijk en arm nam bijgevolg af, waardoor monogamie zich snel verspreidde binnen de Westerse wereld. Meer dan duizend jaar later geven wij elkaar nog steeds knikkend, al dan niet voor de Kerk, het jawoord.

 

biologie en monogamie

Al deze evolutionaire en geschiedkundige verklaringen zijn plausibel, maar wat de mens tot mens maakt, is zijn brein. In onze hersenen sturen minuscule stofjes ons gedrag. Bij onze verre neven, de muizen, werden verschillende van die stofjes bestudeerd in functie van sociaal gedrag. Bij muizen die in een sociale gemeenschap leefden, kwamen tijdens het paren affectiehormonen, oxytocine en vasopressine vrij. Dat was niet zo bij muizen die eerder alleen doolden en hun kinderen ‘langs de straat’ maakten. Alleen de sociale muizen hadden receptoren voor deze stoffen, die hen gevoelig maken voor de geur van de partner. Die geur stimuleert het paargeheugen en zou zo monogaam gedrag in de hand werken.

Laat je lief dus maar lekker aan je oksels ruiken na de daad, dan blijven jullie misschien wel voor eeuwig samen.