spreekbuis van kinderen en jongeren

Humans of UAntwerpen

29/10/2021

Kunstenaar of topsporter, bejaarde of ondernemer, geen enkele soort ontspringt de dans. Je wordt op een dag wakker met de intense drang om je aan Universiteit Antwerpen in te schrijven. Het gevolg: zo veel vreemde vogels dat het uitzonderlijk wordt om normaal te zijn. Elke maand zetten wij een bijzondere student in de kijker.  

Deze klus had ik me beter bespaard. Het idee klonk nochtans niet mis: Amir Bachrouri interviewen, voorzitter van de Vlaamse Jeugdraad en net als ondergetekende tweedejaarsstudent Rechten. Begin dit jaar, toen corona hopelijk aan zijn laatste adem toe was, vielen zijn parler-vrai en onverzettelijke houding om politici aan het bestaan van jongeren te herinneren me op. Mij niet alleen. Inmiddels heeft elk zichzelf respecterend medium Amir al geïnterviewd: Amir in het groot in De Tijd, 4000 woorden levenswijsheden van Amir in Humo en Amir op wandel met De Zondag. En nu dus ook in dwars. Maar wat valt er aan deze 18-jarige nog te vragen zonder open deuren in te trappen? Deze beginvraag heb ik al. Ik heb er vertrouwen in dat de rest vanzelf volgt.  

Amir lacht. “Laat ik beginnen met te vertellen wat de Vlaamse Jeugdraad is. De Vlaamse Jeugdraad is het officiële adviesorgaan van de Vlaamse regering voor kinderen en jongeren. Wij formuleren adviezen en laten onze stem horen in het maatschappelijke debat over kwesties die hun aanbelangen. In onze organisatie gaan jongeren actief in gesprek met elkaar, schrijven ze zelf adviezen en dan gaan ze in debat met politici. Voor ons is het essentieel dat ze zelf hun zegje kunnen doen en van in het begin actief betrokken worden bij de besluitvorming.”  

De Vlaamse Jeugdraad beperkt zich niet tot louter adviezen schrijven. Tijdens de pandemie verdedigde Amir de jongerenbelangen met vuur. “We zijn ook een drukkingsgroep. We willen thema’s op de politieke agenda zetten of nemen in maatschappelijke debatten een standpunt in. Natuurlijk hebben niet alle jongeren dezelfde mening. Hoe gaan we dan te werk bij bijvoorbeeld een acuut actueel thema? We hebben een adviesraad en in die adviesraad zitten zestien jongeren met elk een verschillende achtergrond die met elkaar in debat treden. Wat we niet doen: handje opsteken en zien welk standpunt wint. We zoeken naar een breed gedragen consensus die we samen nastreven en voor de buitenwereld willen verdedigen.” 

Dialoog en participatie komen meermaals in ons gesprek naar voren. Ook wanneer ik Amir vraag naar zijn focuspunten als voorzitter. “Onze focusthema’s dit jaar zijn klimaat, gelijke kansen, lokale participatie en democratie – het versterken van de stem van jongeren – en mentaal welzijn, iets wat deze crisis heel hard aan de oppervlakte is gekomen. Ons doel is mee het schip in de goede richting te sturen. We zijn momenteel aan een advies bezig over de relatie van jongeren en politie in een grootstedelijke context. Dan gaan we eerst in gesprek met verschillende stakeholders zoals jongeren, politie, politici, jongerenorganisaties en onderwijs met de vraag wat er beter kan. Het probleem benoemen is één, maar ik zou graag hebben dat ik het probleem niet meer zou moeten benoemen. Dat het probleem opgelost is.” 

“Ik zou niet zeggen dat ik persoonlijke impact heb. Maar met de Vlaamse Jeugdraad kunnen we wel wat stenen in de rivier verleggen. Vlaams minister van Jeugd Benjamin Dalle luistert echt naar ons en vertegenwoordigt met verve de jeugd in het parlement en op ministerraden. Op die manier hebben we impact. Het is onvermijdelijk dat je veel moeite in bepaalde zaken steekt en dat het resultaat vervolgens onbevredigend is. Er zijn gelukkig ook momenten dat je één zin zegt en dat die letterlijk wordt overgenomen. Ik denk aan de discussie over de verplichte PCR-tests op jeugdkampen. Daar hebben we van bij het begin een duidelijke streep getrokken dat dit voor ons no pasarán was. Na vele gesprekken zijn deze tests op jeugdkampen er ook nooit gekomen.” 

Vanwaar komt Amirs engagement? “Dat vind ik moeilijk om aan te duiden. Ik kan niet zeggen welke trigger er is geweest die het vuur in mij heeft doen aanwakkeren. Ik denk eerder aan een samenloop van ervaringen in mijn omgeving die me hebben doen beseffen: ik heb een stem, maar in hoeverre mag ik die stem ook daadwerkelijk laten horen? Respect en dialoog zijn hierbij mijn kernwaarden. Bereidwillig zijn om te luisteren naar elkaar. En met elkaar gedachten uit te wisselen. En natuurlijk mogen meningen dan clashen. Flink clashen zelfs. Voor mij is het belangrijk dat je elkaar tegemoet kunt treden in die dialoog.” 

Voor Amir voorzitter werd van de Vlaamse Jeugdraad was hij al actief in het Antwerpse jeugdwerk en schreef hij voor StampMedia. “Ik werd er omringd door gepassioneerde en idealistische mensen. Een zegen om mee samen te kunnen werken. Heb ik één groot voorbeeld? Eigenlijk niet. Ik haal uit eenieders verhaal inspiratie. Ik vind die bij familie en vrienden, maar evengoed bij een minister, een voetballer of een schoonmaakster. Het gaat niet over wat je functie is, maar over wat je betekent in de samenleving. Kun je jongeren doen geloven in zichzelf? Mijn voorbeelden zijn heel vaak mensen die in mij en in mijn generatie geloven.” 

Amir neemt stelling in en is goed zichtbaar op sociale media, niet het meest fijnzinnige oord dat de mensheid heeft geschapen. Hoe gaat hij met negatieve reacties om? “’When they go low, we go high’, zei Michelle Obama. Ik denk dat je het onbewust wel opneemt en dat het je raakt. Ik weet nog dat ik in de eerste weken van mijn voorzitterschap heel veel positieve reacties kreeg, maar dat die ene negatieve dan ’s avonds bleef hangen. Aan de andere kant: zo erg zal het wel niet zijn, als er zo veel positieve zijn. Als je je door de reacties laat leiden, kun je beter stoppen. De dag dat er alleen maar negatieve reacties zijn en geen enkele positieve, ga ik me wel zorgen maken.” 

Amir heeft tot slot nog een boodschap voor de jongeren die in talrijke mate dwars lezen. “Wat ik aan de lezer nog wil meegeven: jaag je dromen na en geloof in jezelf. En laat je niet tegenhouden door denigrerende reacties naar jongeren toe. Reacties als: ‘je bent nog jong’, ‘je hebt me niks te leren’ of ‘je denkt nog naïef’. Het gaat over ons en onze toekomst. Het is niet omdat je jong bent dat je niet van je mag laten horen. Wel integendeel.”