Het woord bij de daad

de dwarsdoorsnede
09/03/2016
🖋: 

dwars slijpt het virtuele fileermes en gaat langs de graat van boeken, films, series, games, muziek, theater, haarproducten en rubberen eendjes. Redacteur Robbe kijkt nog eens gelukzalig en nostalgisch naar het literaire debuut van de Vlaamse rockster en zijn persoonlijke idool Luc De Vos. 

“Het zal er hard aan moeten toegaan in mijn rotleven voor ik nog iets vraag aan mijn God. Ik ben dan wel even beroemd en aanbiddelijk als Will Tura geworden, maar omdat ik die goddelijke eed had gezworen moet ik tot op mijn laatste dag elke zondag in de kerk naar die zaagpreek van de pastoor gaan luisteren. En al mijn zuurverdiende spaarcenten heb ik moeten afgeven aan de weeskinderen in Kabul, die met mijn geld wellicht computerspelletjes hebben gekocht en dus in plaats van naar school te gaan op mijn kosten Nintendo zitten te spelen. Het is wraakroepend, zeg ik u.”

 

Luc De Vos zal altijd herinnerd worden als de zanger van Gorki. De man van het liedje Mia, een b-kantje dat per toeval is uitgegroeid tot een monster-hit. Heel Vlaanderen kent de naam, maar na de trefwoorden ‘Mia’, ‘Lieve Kleine Piranha’, ‘Anja’, ‘Gent’ en ‘zat dee ook is ni in de Slimste Mens ter Wereld?’ stopt verdere kennis over deze culturele duizendpoot bij de meesten. De eerlijkheid gebied mij te zeggen dat als ik niet was opgegroeid met Gorki  wekelijks door de luidsprekers in de woonkamer te horen  ik waarschijnlijk ook niet veel meer zou kunnen aanvullen. Het toeval wil echter dat dit wel het geval is. En dat Luc De Vos is uitgegroeid tot een van mijn grootste idolen.

 

Buiten zanger, gitarist, columnist voor Studio Brussel en Humo en een graag geziene gast in tal van televisieprogramma’s was De Vos ook schrijver. In 2001 kwam hij – na een verzameld werk van zijn columns – met zijn literaire debuut op de proppen: Het woord bij de daad. Het boek bestaat uit elf hoofdstukken, elf verschillende verhalen. Elk worden ze geschreven vanuit de ik-persoon, zodat grote delen van het boek autobiografisch aanvoelen. Maar er is altijd een fictieve twist zoals onder meer het touren van het hoofdpersonage met zijn muziekband in Zuid-Afrika, het deelnemen aan de Rock-Rally en zijn seksrelatie met – de toenmalige – prinses Mathilde. Zelfs onderhandelingen met de marmottenkoning om een Frans skihotel terug te winnen komen aan bod; je kan het zo gek niet bedenken. De verhalen lijken in dat opzicht wel wat op de liedjes van Gorki: de waanzinnige taferelen die geschetst worden ontsproten aan de absurde, ironische humor van De Vos. En hoewel de glimlach tijdens het lezen vaak op de lippen verschijnt, blijft er toch steeds een dromerig, vaak melancholisch gevoel als rode draad door het boek heen aanwezig. Ook het goochelen met dure woorden en verwijzingen naar grote schrijvers en filosofen worden niet gemeden. Enige kennis van filosofie en dergelijke is evenwel niet noodzakelijk. De Vos zegt zelf dat hij eigenlijk niets kent van Augustinus, Goethe, Shakespeare, Proust of Nietzsche. Hierdoor bewerkt hij vaak de betekenis van hun ideeën aan de hand van zijn eigen meningen en ervaringen. Correct gebruikt of niet, deze passages zetten vaak de lezer zelf aan het denken. Kortom, een boek over God, popmuziek en liefde die de dood overwint.

 

Is Het woord bij de daad een hoogstaand literair meesterwerk? Zeker niet. Dat neemt echter niet weg dat het entertainmentgehalte enorm hoog ligt en het een zeer leuk nachtkastboek is. Het perfecte boek voor wie graag vlak voor het slapen gaan nog even lacht met een luchtig boek, maar tijdens het in slaap vallen zich toch onbewust aan de edele kunst van de toogfilosofie waagt.