nomenclatuur

Bierman

28/10/2021

De pastor en het bier, er is geen duo dat meer onafscheidelijk is. Als pastorale superheld schrijft Gert Van Langendonck ons met zijn geestelijk vernuft op weg naar de beste smaken in het bierlandschap. Prosit! 

In het tweede hoofdstuk van de Bijbel klink het: “dat de mens namen heeft gegeven aan al het vee, alle vogels en alle wilde dieren” en misschien was dat wel al meteen het moment waarop we vol schande het paradijs hadden moeten verlaten. Dat geval met die appel dat daarna kwam, was eigenlijk gewoon het onvermijdelijke gevolg van deze totaal misgelopen nomenclatuur. Wie een dier een dwaze naam als ‘slang’ geeft, moet misschien niet verbaasd zijn wanneer dat beest vervolgens een kosmisch complot bedenkt om de voltallige mensheid in een afgrond van lijden en dood te storten.  

Dit alles maar om te zeggen dat het altijd al een bijzondere ergernis van Bierman is geweest dat alles al een naam heeft en dat een groot deel van die namen dwaas klinkt. Centraal in dit kosmische drama staat natuurlijk de ingreep van een paar zatte geleerden om de planeten van ons zonnestelsel naar de Romeinse goden te noemen. Wie niet beter kan dan de gigantische gasbollen die het lot van ons zonnestelsel bepaald hebben Jupiter en Saturnus te noemen heeft ‘saai’ op het voorhoofd geschreven in een dozijn niet bestaande talen. Dan is H.P. Lovecraft nog net iets creatiever geweest met namen voor planeten als Yuggoth of Chag-Hai, thuisplaneet van de worm die knaagt in de nacht. Helaas was Lovecraft niet in de buurt toen de wetenschap faalde.  

Verder zijn er bergen die doodgewoon Blanc of zelfs hoogmoedig Everest heten en mogen we blij zijn dat vogels geen rechtspersoonlijkheid hebben want anders kregen we zeker een proces aan onze broek van een wulp of een fuut wegens tergende en roekeloze naamgeving. Het feit dat dinosaurussen gaan lopen zijn met tyrannosaurus en diplodocus is nog geen reden om hun evolutionaire opvolgers te kleineren met namen als baardmannetje, poelruiter of lepelaar. De wielewaal zingt niet, maar jankt stilletjes in zichzelf om zoveel ellende. 

Omdat het ook over bier moet gaan geeft Bierman nog mee dat Cara beter klinkt dan Jupiler en daarom onvermijdelijk de wereld zal veroveren, terwijl Jupiler nooit meer dan een boerengat in de Walen zal blijven. We moeten daar niet moeilijk over doen, dat leert de Bijbel. 

Ook de trend om bieren te vernoemen naar abdijen lijkt nu wel definitief voorbij te zijn. De goeie kloosters zijn allemaal in gebruik en Dienstmaagd van de Zaligmaker Tripel of Dubbele Missionaris van het Goddelijk Woord klinkt blijkbaar toch niet vermarktbaar genoeg. En dus heeft de nomenclatuur van onze bieren vandaag de huwelijkse banden tussen godsdienst en commercie verbroken voor een onheilig pact tussen populaire cultuur en persoonlijke interesse van de brouwer. Soms levert dat wat op zoals bij de Koekedam, Smeerolie of Homo Beerectus. Soms is de Bijbel weer helemaal terug met namen als de Zingende Blondine of Schoenlappertje. (10% van onze bierentitels is een verkleinwoord. Verkleinwoorden maken nooit iets beter.) En daarmee heeft u, beste lezer, alweer wat om over te praten bij uw volgende bezoek aan het café.