THE TALOS PRINCIPLE (2014)

progress lost

04/12/2025
Progress Lost (© Dennis Van Der Kuylen | dwars)

Ergens in de verre toekomst is de mensheid eindelijk uitgeroeid door een virus dat door de klimaatverandering uit permafrost kon ontsnappen. Gelukkig konden enkele computerspecialisten op het laatste moment nog een digitale wereld programmeren, alwaar artificiële intelligentie de mensheid toch nog even kan overleven. Dat is zowat de premisse van The Talos Principle (verwijzend naar een bronzen man uit de Griekse mythologie). Het spel speelt zich verder volledig af in deze virtuele wereld en draait rond de filosofische vraag of de mensheid nu wel of niet verder leeft in haar schepping. Zoals het filosofen betaamt, blijft bij dit alles niet enkel de vraag naar de zin van het leven onbeslist, maar zelfs de vraag of de mensheid zichzelf kapot heeft gemaakt of gewoon verdwijnt als een volgende logische stap in de evolutie. Duidelijke antwoorden (en zelfs heldere vragen) zijn niet de sterkste kant van The Talos Principle.
 

Voor de wat minder bijbelvaste lezers ben ik zo vrij om even in herinnering te brengen dat Jahwe in het scheppingsverhaal van het boek Genesis, zijn versgeschapen mensen een tuin geeft om in te spelen en in een beweging ook het verbod om te eten van de vruchten van de boom die kennisgeeft over goed en kwaad. Wanneer de verleider erin slaagt om de mens dit verbod te doen overtreden, verliest deze zijn onschuld en wordt verbannen uit het paradijs. De menselijke zijnsconditie die hieruit ontstaat wordt doorgaans de zondeval geheten, wat zeker geen verkeerde term is om het brutale moment te omschrijven waarop een kind of een volk volwassen wordt en tot zijn verbijstering ontdekt dat het naakt en kwetsbaar in een onverschillige wereld werd geworpen. 

In The Talos Principle luistert het besturingssysteem niet naar de erg materieel voorgestelde Godsnaam Jahwe, maar naar de iets abstractere en ook wat recentere oudtestamentische naam Elohim. Deze geeft zijn onderdanen – stuk voor stuk nieuw geprogrammeerde artificiële intelligenties – een wereld vol puzzels en uitdagingen, maar verbiedt hen om de centrale toren in zijn domein te beklimmen. In deze volledig seculiere variant van het scheppingsverhaal verschilt de functie van Elohim bijgevolg weinig van die van Windows 11 – dat andere almachtige besturingssysteem dat tot onze frustratie een groot stuk van onze levens beheerst. Al snel blijkt ook dat beide systemen gemeen hebben dat ze vol programmeerfouten zitten. 

De verleider in dit digitaal Getename – het knekelenveld waarop God zijn straffen voltrekt – is deze keer geen slang, maar de Milton Library Assistant. Dat is een verwijzing naar – U raadt het al – Paradise Lost, het bekende werk van John Milton over de zondeval. Helaas heeft de secularisatie ook dit monument geen goed gedaan, want de verleider komt niet verder dan pretentieus gewauwel doorspekt met wat filosofische clichés. Tot overmaat van ramp doen de steeds duidelijker wordende gebreken van Elohim de theologische basis van heel deze constructie wankelen – God en feilbaarheid gaan slecht samen – en wat overblijft zijn wat pseudo-rationele cirkelredeneringen van Milton die meestal eindigen in zelfbeklag. Het leidde me tot de bedenking dat The Talos Principle minder over Genesis gaat en eerder over een wat minder bekende bijbelboek: Klaagliederen. Thomas Van Aquino stelde in volle duistere Middeleeuwen reeds dat de filosofie de dienstmaagd is van de theologie en dit spel bewijst dat ze dat beter was gebleven. The Talos Principle doet denken aan het soort van filosofen dat zich schijnbaar warmt aan de gloed van de rede, maar liever blijft huilen met de wolven in het bos – steeds bereid om elk idee dat even standhoudt in stukken te scheuren maar tegelijk stiekem hopend iemand zich hun ellendige lot aantrekt.

Ook het onvermijdelijke intellectueel ejaculeren op onze kostbare religieuze tradities dat bij dit soort van peristaltische filosofie hoort, blijft in The Talos Principle niet achterwege. Het seculiere scheppingsverhaal verdient op zich al een eigen hoofdstuk in het grote boek der clichés. Ik moest evenwel – en met mij waarschijnlijk iedereen die wel nog iets van religieuze vezels in het postmoderne lichaam heeft – onwillekeurig met de ogen rollen bij het horen van het lied ‘Ave Maria … Virgo Serena’ van Josquin des Prez (1485) dat tijdens het startmenu speelt. Dat is bloedmooi, maar had nooit in deze context mogen gebruikt worden. De moeder van Christus – de vrouw die het kind gebaard heeft dat door zijn offer de mensheid uit de zondeval bevrijdt – wordt in deze context gereduceerd tot een droefgeestig sfeerelement. Dit soort gratuite grepen uit de grabbelton van de religie tonen, naast de impotentie van de rede om echt betekenisvol te zijn, vooral dat de zondeval in elke mens nog steeds een frustrerende en bittere realiteit is. 

Al bij al een gemiste kans dus dat het plot van dit spel niet draait rond het overwinnen van het menselijke tekort, maar rond het trotseren van een kapotte computer en het beklimmen van diens vermaledijde toren. Een feilbaar besturingssysteem dat luistert naar een Godsnaam verschilt tenslotte weinig van een valse profeet, die door Christus zelf al werd omschreven als iemand die komt in schaapskleren, maar vanbinnen een roofzuchtige wolf is. “’Aan hun vruchten zult ge ze kennen’ zegt hij er nog bij, terwijl ze de eerste nagel al in zijn polsen slaan” (Mt 7,15). 

Rest mij nog te vermelden dat de puzzels in The Talos Principle bij momenten prettig wegspelen, maar veel vaker onduidelijk en rommelig zijn opgebouwd. Niet dat het spel op zich geen bestaansreden heeft, maar first person puzzle games als The Turing Test of Magrunner en het onovertroffen Portal 2 brengen in ieder geval veel beter puzzelwerk met veel minder pretentie. Intussen is er wel een grafische update van het spel (‘Reawakened’) verschenen en ook een tweede deel dat zich klaarblijkelijk in de echte wereld afspeelt met echte robots. Van enige menselijkheid is dan al lang geen spoor meer te bekennen.