Sofie De Caigny

utopia in absentia
17/05/2014
🖋: 

Sofie De Caigny is docente Ontwerpwetenschappen aan UAntwerpen en is coördinator van het Centrum Vlaamse Architectuurarchieven van het Vlaams Architectuurinstituut. Verder schrijft en publiceert ze velerlei wetenschappelijke artikelen, geeft lezingen en workshops.

“Geniet er maar van, het is de tijd van je leven”. Hoe vaak vertellen anderen (ouderen?) studenten niet dat ze moeten genieten, terwijl ze eigenlijk zwoegen, onzekerheid trotseren, hun grenzen moeizaam trachten te verleggen, of verlangend uitkijken naar (financiële) zelfstandigheid? Zeldzaam zijn de momenten dat je ten volle volle beseft dat je een unieke periode meemaakt waar je later nostalgisch naar zal terugkijken. Maar wanneer je zo’n bijzondere levensfase bewust beleeft, is het onbeschrijfelijk hoeveel energie en kracht je daaruit kan putten.

 

Mijn studententijd in Barcelona was zo’n periode.

 

September 1997. Aankomst in een mediterrane grootstad, de eerste die ik van binnenuit zou leren kennen, zonder enige notie van Spaans, laat staan Catalaans. De keuze voor Barcelona was eerder lukraak geweest. Ik wilde graag een heel academiejaar in het buitenland studeren, en Barcelona stond toevallig op die lijst. Geen idee dus wat te verwachten toen ik de bus nam van de luchthaven naar de oude stad. Wel veel spanning, en nieuwsgierigheid. Na twee jaar Leuven, waar ik me nooit echt als een vis in het water had gevoeld tussen het studentengejoel, spoelde ik aan in een miljoenenstad die veel meer te bieden had dan alleen een universiteit. Een stad waar de gedrevenheid en fierheid van de bevolking van af straalde, waar musea, infrastructuurwerken, pleinen en zelfs stranden uit de grond werden gestampt om de levenskwaliteit en het aanzien van de stad te vergroten. Die dynamiek had ik in Vlaanderen nog niet gezien. En het werkte aanstekelijk. Barcelona veranderde me. Het was daar dat ik ontdekte dat wat je wil doen met je leven, grotendeels van je eigen keuzes en motivatie afhangt. Barcelona maakte me avontuurlijker – plots trok ik alleen op reis naar New York of Cuba – maar ook ambitieuzer en misschien zelfs ondernemender. Uiteraard kwam het inzicht over de impact van dat jaar in Barcelona op mijn verdere leven veel later. Op het moment zelf wilde ik vooral alles zien, elke prikkel vatten, elk beeld op mijn netvlies branden. Als een mantra herhaalde ik in mezelf “geniet ervan, want voor je het weet, sta je weer in dat verdomde Leuven waar nog een diploma behaald moet worden…”

 

Dat diploma kwam er, maar zodra het op zak was, stond ik terug met mijn hebben en houden in Barcelona. En, hoe gek het ook mag klinken, ‘the magic was gone’. Toen ik er een ‘echt’ leven wilde opbouwen, bleek Barcelona een stad als vele andere. Met sociale ongelijkheid, te veel toerisme, een straf Catalaans nationalisme dat erg uitsluitend kan zijn, en misschien ook wel een overambitieuze stedenbouwkundige dienst die historische panden met de grond gelijk maakt - alles moet wijken voor het moderne imago van de stad. Kwam ik met mijn twee voeten op de grond door van het ‘echte’ leven in Barcelona te proeven? Gaat er een stuk onbevangenheid en mildheid verloren bij het afsluiten van de studententijd? Ik blijf het me afvragen, en koester ondertussen als een waardevolle schat de herinneringen aan een onvergetelijke studententijd aan de Middellandse Zee.