de Heilige Drievuldigheid breekt de regels
23/04/2015
🖋: 

Lorenzo Gatto, Yossif Ivanov en Hrachya Avanesyan zijn de namen van de drie muzikale goden waarvan op 21 april de hemelse klanken door de grote zaal van de Arenberg Schouwburg galmden. Universiteit Antwerpen nodigde deze jonge, knappe en getalenteerde violisten uit om klassieke muziek en de viool aan te prijzen onder het jonge publiek. Maar ook nummers van Daft Punk, Avicii en filmmuziek kwamen aan bod. dwars ging luisteren en werd bekeerd; een interview kon niet uitblijven.

jonge snaren

Waarom juist de viool?

Yossif Ivanov Ik denk dat iedereen zo zijn eigen redenen heeft om voor een bepaald instrument te kiezen. Voor mij was dat de viool, omdat ik altijd geobsedeerd ben geweest door treinen. Op een of andere manier doet een viool mij daaraan denken. Als kind beeldde ik me altijd in dat de snaren de sporen waren en de strijkstok de trein.

Hrachya Avanesyan Voor mij was de keuze al gemaakt op driejarige leeftijd. Mijn ouders zaten te kijken naar de Internationale Tsjaikovskiwedstrijd en elke keer als er een violist begon te spelen, was mijn aandacht getrokken. Ik was gefascineerd.

Lorenzo Gatto Ik leerde de viool kennen via een vriend van mij. Ik hoorde hem spelen en was geïntrigeerd, dus kreeg ik op mijn vijfde een oranje speelgoedviool cadeau. Dat was voor mij de aanzet.

 

Hebben jullie een aanleg voor de viool of is het hard werken?

Gatto Mijn leerkracht viool had een specifieke manier van lesgeven: onder andere door het reproduceren van liedjes die je al kende, leerde je al spelend. Later kwam ik te weten dat dit de Suzukimethode is. Ook probeerden mijn ouders mij te doen oefenen door mij om te kopen met snoepjes. Die werd ik al snel beu, dus toen vroeg ik om geld. En ik kreeg nog 5 Belgische frank per uur ook!

Ivanov Lorenzo is made in Japan met zijn Suzukimethode (lacht). Bij mij lag het iets anders omdat mijn ouders muzikanten zijn. Muziek was dus een evidentie. Het begon voor mij als een hobby, maar al snel moedigden mijn ouders mij aan om meer te oefenen en poogden ze me discipline bij te brengen. Dit was in het begin moeilijk en ik deed het dan ook niet altijd even graag. Het plezier is pas later gekomen, nadat ik door de basis van het leerproces heen was.

Avanesyan Ook mijn ouders zijn allebei muzikant: mijn vader speelt fluit en is componist. Mijn moeder speelt piano. Ik denk echter niet dat ik een aangeboren talent heb. Ik geloof eerder in enthousiasme: als je een passie voor iets hebt, is het onvermijdelijk dat je uiteindelijk het mechanisme door hebt. Zo heeft mijn broer een grote interesse in technologie en ondertussen ook een grote kennis. Maar ik moet toegeven dat er ook mensen zijn die niet in staat zijn om bepaalde dingen te leren. Zo heb ik nog steeds problemen met het beantwoorden van mijn mails.

Gatto Ik denk daar anders over. Je hebt verschillende soorten talenten en ik geloof dat iedereen er één bezit; je moet het alleen nog ontdekken. Enthousiasme kan helpen bij het ontwikkelen ervan, maar of het op zich genoeg is, dat weet ik niet.

Ivanov Voor viool wil dat zeggen dat je verschillende opties hebt: je hebt violisten die goed zijn in het spelen van klassieke kamermuziek, heel netjes volgens de regels, maar je hebt er ook die beter spelen in een orkest of door te improviseren. Er is echter geen vaste formule voor het bespelen van een viool en het is door goede en slechte ervaringen dat je beter wordt. Dat, en veel oefenen.

 

dure snaren

Waaraan moet een goede viool voldoen?

Avanesyan Een viool is een complex instrument. Ze bestaat uit verschillende onderdelen, die allemaal belangrijk zijn om een unieke klank te geven. De snaren zijn gemaakt van paardenhaar en het hout moet rijpen om een verfijnd geluid te produceren. Elke viool is daarom anders en om een geluid te produceren, moet je heel specifiek het instrument bespelen. Raak je de snaren iets harder aan, of zet je je vingers lichtjes anders, dan krijg je een andere klank. Je moet je instrument dus heel goed kennen en weten hoe het op elke aanraking reageert om het goed te bespelen.

Ivanov Het hangt van de voorkeuren van de muzikant af wat voor viool hij verkiest. En zelfs dan is het niet evident. Een viool is een zeer duur instrument; de beste kosten al snel 2 tot 3 miljoen euro. Je kan ze wel lenen bij een stichting en dat is wat veel violisten dan ook doen. Ik leen die van mij bijvoorbeeld bij een stichting in Chicago.

Gatto Ik leende die van mij ook, tot ik hem brak. Sindsdien heb ik mijn eigen viool. Er is wel een lopend debat over de verschillen tussen een klassieke en een elektrische viool. Uit een studie bleek dat het publiek het onderscheid niet kan maken.

 

drie snaren komen samen

Hoe is Trilogy ontstaan?

Gatto Het is ontstaan als een hobby. We kwamen samen om te ontspannen, om samen muziek en plezier te maken. Viool spelen is een eenzaam beroep. Iedereen is zeer voorzichtig met het delen van ervaringen omdat ze het fragiele van hun optreden willen beschermen. Iedereen is concurrent van elkaar.

Ivanov We kennen elkaar al sinds we 8 jaar zijn. Ons doel is mensen laten genieten van klassieke muziek en de serieuze stemming errond te verminderen, het toegankelijker maken.

Gatto Met Trilogy willen we vooral een jonger publiek aanspreken. Klassieke muziek is vaak heel conservatief en met veel regels. Wij willen die regels breken. Ons volgende optreden zal daarom 'Trilogy, breaking bad' heten. En het zou leuk zijn als we in de toekomst ook op festivals kunnen spelen.

Avanesyan We hebben al op veel openluchtconcerten gespeeld, maar we hebben ook al een paar voorstellen afgewezen. Die kwamen van heel conservatieve podia. Het is natuurlijk leuk dat ze ons vragen, maar we hebben met Trilogy een aparte benadering die niet conform is met hun regels. En het laatste wat we willen, is toegeven en ons aanpassen. We spelen omdat we er zelf van genieten, niet om beroemd te worden. Al zou dat niet erg zijn.

Ivanov Maar ons doel blijft stiekem toch world domination! (lacht)

 

hippe snaar

Naast het klassieke repertoire komen ook covers van onder andere Avicii, Daft Punk en muziek uit Pulp Fiction en Mission Impossible aan bod. Wat spelen jullie het liefst?

Gatto We zijn niet trouw aan een genre; we wisselen vaak van geliefde. Zelf hoor ik alle genres graag, dat gaat van rap tot zelfs slechte muziek, maar mijn lievelingsnummer is toch Happy van Pharrell Williams. Als violist moet je soms iets spelen dat je initieel niet ligt, maar waar je van leert houden omdat je er zo veel werk in hebt gestoken.

Ivanov Je moet leren om wat ze je ook geven goed te brengen. Je vindt het misschien zelf niet leuk, maar je moet het dan wel zo brengen dat het publiek het gevoel krijgt dat je ervan geniet. Met Trilogy spelen we wat we willen. Als ik thuis kom, luister ik niet meer naar klassieke muziek. Dan zet ik graag jazzmuziek op, On the road again van Canned Heat is mijn lievelingsnummer.

Avanesyan Toen ik jong was, mochten we naar niets anders luisteren dan naar klassieke muziek. Het is dus pas toen ik ouder werd, dat ik andere muziek ontdekte zoals Indische of meditatiemuziek, maar ook metal of hardrock. Mijn lange, wilde haren weerspiegelen die interesse, al moet ik ze voor een optreden temmen met gel of andere haarproducten. Toen het iets langer was, kwam het al eens voor dat ik probeerde te spelen, maar er geen geluid uit mijn viool kwam. Bleek dat mijn haar tussen mijn snaren zat.

 

Hebben jullie nog tijd voor hobby’s?

Ivanov Ik ben een grote filmfan. Maar ik zou bijvoorbeeld ook wat meer moeten lezen. Het is belangrijk om naast klassieke muziek nog andere interesses te hebben om je te kunnen ontspannen.

Avanesyan In Armenië, waar ik vandaan kom, is schaken zowat de nationale sport. Ik heb het op school leren spelen en speel het nog steeds enorm graag.

Gatto Ik heb altijd al piloot willen worden. Sinds ik 14 jaar oud was gaf ik al mijn geld uit aan vlieglessen. Op een dag kreeg ik met mijn instructeur motorpech. We hebben toen een noodlanding moeten maken ergens in het midden van een veld in Frankrijk en ik heb toen mijn mama moeten bellen om mij te komen halen. Vandaag ben ik naast violist ook volwaardig piloot.

 

 

Misschien staat Trilogy over een paar jaar wel op de grote podia van Rock Werchter en Pukkelpop. Wij dromen alvast weg bij het denken aan het naderende festivalseizoen.



dwarsverdieping met Tin Fingers
22/04/2015
🖋: 

Bobbejaan Schoepen zong jaren geleden over de lichtjes van de Schelde, Kanye West droeg een hoodie uit de koekenstad en Enter Shikari schreeuwde over Brabo en de zijnen. Net zoals elke stad is ook Antwerpen een voedingsbodem voor ideeën en een rechtstreekse, maar ook indirecte inspiratie voor muzikanten en andere kunstenaars. Onze thuishaven wordt nog steeds vooral geassocieerd met dEUS, maar een nieuwe golf van talent is klaar om zich te laten gelden.

Tin Fingers is één van de bands die momenteel vaak getipt wordt. Het vijftal begon ooit als folkact, maar groeide uit tot een indiequintet met invloeden van Grizzly Bear en Mac DeMarco. Toch schuilt er nog steeds een folkie in frontman Felix Machtelinckx. Wanneer ik voor het interview bij de zanger ontvangen word, kom ik terecht in een oase van rust waar een heleboel planten, een luie kat en een kannetje koffie een heerlijk luie sfeer zetten. Ook bassist Simen Wouters is erbij. Net als Machtelinckx heeft hij geen smartphone en droomt hij van een wereld met rock-‘n-roll-radio.

 

Momenteel werken de jongens aan nieuw materiaal, zij het op hun eigen manier. Dat wil zeggen dat repetities doorgaan in hun eigen, zelf gebouwde studio in het Kempense dorpje Loenhout. Wanneer de zon schijnt, trekken ze dan weer met hun instrumenten naar buiten en lopen ze allemaal een zonnesteek op. Alles van psychedelische tie dye-t-shirts tot videoclips wordt bovendien door henzelf gemaakt. dwars polste hoe de romantisch naïeve artiesten overleven in de grootstad Antwerpen en hoe muziek leeft aan de Schelde-oevers.

 

Waar associëren jullie Antwerpen mee?

Felix Machtelinckx Ik denk direct aan heel veel café-optredens. Ik vind dat er in Antwerpen weinig goeie concertclubs zijn. Je hebt Trix natuurlijk wel. Het Bos is ook kei goed, dat is één van de eerste zalen die ook bands van Burger Records (obscuur garagerocklabel, nvdr.) naar hier kan halen. Voor marginale clubs kan je hier wel terecht. Hoe vaak dat mensen me vragen waar de Noxx of de hoerenbuurt is ... Voor zo’n personen is dat hier de place to be.

Simen Wouters In andere steden focussen ze veel meer op die concertclubs.

Machtelinckx Het is ook vaak leuker om in clubs te spelen dan in cafés. Het trademark van Antwerpen is coke, dat is wel echt spijtig.

Wouters Als ik naar de Schelde kijk, dan word ik blij. Maar als ik aan de Schelde denk, zie ik ook een vuile sloot waar ratten met zakken coke rondkruipen.

 

Waar vinden die caféconcerten dan plaats?

Machtelinckx Ik ga niet meer zo veel op café, want ik heb niet meer zo veel geld. Don’t do music kids.

Wouters In de Cabron en Bar Lucy natuurlijk. Dan heb je nog de Kids (lacht mysterieus).

Machtelinckx Wat er speelt in de Kids is ook wel de kanker van de kanker, sorry. We zijn daar onlangs buitengesmeten omdat we “te psychedelisch aan het spelen waren”. We waren punk aan het spelen; heel hard, super goed en de twee mensen die er zaten, waren helemaal mee. Uiteindelijk wilde die cafébaas ons ook niet betalen.

Wouters Stulp is nu ook wel aan het opkomen. Ik ben er nog niet geweest, maar nu ik sinds een tijdje op Facebook ben, zie ik er altijd wel leuke dingen over verschijnen. Ik merk als ik op mijn gemak rond 21.00u door de stad wandel, dat ik overal een stoel zie staan met een langharige gitarist op. Ik vind dat wel een heel fijn gevoel.

Machtelinckx In Antwerpen is er ook wel veel jazz. In zekere zin vind ik dat heel tof. Ik heb ook jazz gemaakt en onze gitarist Quinten studeert dat nu. Allemaal goed en leuk, maar ik mis toch een zekere pop- en rockscene. Ze is er wel en is er vooral ook echt aan het komen door wat Tame Impala heeft gedaan. Die hebben gezegd: “C’mon guys, make some rock!”

Wouters Het is wel echt ongelooflijk hoeveel groepen er nu zijn met een psychedelische vibe.

 

Kom je altijd dezelfde mensen tegen?

Machtelinckx Antwerpen is een dorp. Je merkt het verschil heel hard met Brussel.

Wouters Altijd als ik daar kom, denk ik: wow, wat is dat hier jong!

Machtelinckx In Brussel moet je effectief de tram pakken om naar een andere plek te gaan. Hier doe je dat enkel als je lui bent.

Wouters Ik heb het ook wel voor Antwerpse figuren. Ik ben nu veel te lang terug in Antwerpen. Ik was onlangs weer in Gent waar Felix en ik samen gewoond hebben voor een jaar. Ik was er echt een uur en merkte meteen dat mensen daar zo anders zijn. Antwerpenaren zijn wat terughoudender, een beetje onnozel en een beetje simpel misschien.

Machtelinckx Ik vind dat net niet. Antwerpen is een modestad, waardoor er super veel vreemde modemensen over straat lopen die helemaal in het zwart gekleed zijn en mega hoge witte schoenen dragen. Ik vind dat wel cool. Als je dat in Gent hebt, dan durven ze daar nog sneller het fenomeen ‘hipster’ op plakken. Wat eigenlijk kak is, want het houdt mensen tegen om super grappige kleren aan te doen. In Gent zou ik een veel hardere hipster zijn dan in Antwerpen en, ik weet niet waarom dat is, maar daarom hou ik ook wel van Gent; omdat die hippie zijn.

Wouters “Wat gaan we doen vandaag? We gaan joints paffen in het park en daarna een ‘goake’ doen.”

Machtelinckx Ik vind dat de muziekscene in Antwerpen wel beter is. Er is meer om te gaan spelen.

Wouters En Brussel moet ik echt nog ontdekken. Ik heb daar zo’n idyllisch beeld van.

Machtelinckx Je hebt daar de AB, wat heb je hier? Het Sportpaleis!

 

Heeft een producer als Kassett het niet moeilijker om een Antwerpse scene te vinden dan jullie omdat hij experimentele electronica maakt en via het internet opereert?

Machtelinckx Wij hebben net schrik van het internet.

Wouters Ik weet niet hoe die dj-scene in elkaar zit. Ik heb het gevoel dat die een paar liedjes maken, dan zeggen “amai, check me out, ik heb een eigen nummer geproducet” en dat iedereen dan denkt van “WAW”. En dan moeten ze gaan draaien in Berlijn en shit.

Machtelinckx Er is wel een scene voor, maar in het buitenland. Kassett maakt ook niet echt songs. En dat is cool, maar moeilijker.

Wouters Ik ga gewoon niet meer naar feestjes omdat er geen muziek meer wordt gedraaid. Als ik ga feesten, wil ik dansen op liedjes die ik ken uit de jaren '70 of '80. Soms ga je naar een retrofeestje en dan draaien ze vijf minuten ABBA en volgt de rest van de avond alleen maar van die deephouse. Dat is bullshit. Dat kost dan acht euro en dan sta ik daar maar vijf minuten.

Machtelinckx Het gebeurt vaak als je lang genoeg op café blijft zitten, dat tafels aan de kant worden geschoven. Dat zijn de goeie feestjes. Dan kan je zelfs de iPod pakken en Temples opzetten. Iedereen roept dan aan de toog: “Ik heb nog een nummer!” Ik kan beter feesten op een goed optreden dan op een gebeuren waar één gast muziek staat te spelen. Het is makkelijker en goedkoper voor de organisatie om dat regelen, qua installatie en betaling, maar live zou wel mogen. Dat is wel weer aan het opkomen, door die realm van Jacco Gardner en co.

 

Zijn er Antwerpse groepen die een invloed op jullie hebben uitgeoefend?

Wouters Nee, echt niet eigenlijk.

Machtelinckx Crumar Young vind ik wel heel goed. En het verhaal van Soldier’s Heart vind ik ook heel cool. Die zijn wel goed bezig.

Wouters Een aantal oudere bands waren wel goed; Nacht Und Nebel en dEUS uit de jaren '90. Nu niet meer. En Red Zebra.

Machtelinckx De Antwerpse scene is vrij jong. Die dingen van Milan (Warmoeskerken, man achter Crumar Young) zijn heel cool, maar hebben ons nog niet kunnen inspireren omdat ze niet oud genoeg zijn. Het begint te boomen nu. Je merkt wel dat er veel bands onderweg zijn, maar dat ze nog niet relevant zijn voor het verloop van de muziekgeschiedenis. Dat kan wel komen. Nu wordt er wel plaats gemaakt voor compleet nieuwe bands, naast de Belpop-bands die in de jaren '90 de Rock Rally hebben gewonnen. We mogen ook niet te optimistisch zijn, want er zijn geen radio’s. Op welke radio kunnen wij onze muziek gaan draaien? Studio Brussel? Nee.

Muziekliefhebbers zijn die mensen die platen gaan kopen. Daardoor merk je dat die platenverkoop zo sterk stijgt. Ik denk dat de mensen die effectief met muziek bezig zijn, vinyl aanschaffen en niet diegenen zijn die “music is my life” laten tatoeëren. Radio’s zijn daarom geen belangrijke factor. Ik wil wel een oproep doen: begin een radio. In Antwerpen heb je bijvoorbeeld Radio Centraal en die hebben ook wel een eigen frequentie. Dat is cool en soms gaan we daar ook draaien, maar wie luistert daarnaar? Het is niet commercieel genoeg. Alles moet opgefoord klinken. De radio’s beslissen hoe muziek moet klinken en dat slaat nergens op. Dat is altijd wel geweest, maar nu klinkt alles zo opgepompt dankzij computer. Het zou toch super cool zijn als wij met onze plaat naar de radio kunnen gaan?

Wouters Er bestaat ook geen rock-‘n-roll meer op de radio. Een paar maanden geleden was ik met wat mensen een weekendje weg en wilden ze een programma van Studio Brussel luisteren. Ik was heel benieuwd. Het bleek een dj-set van vijf uur … Allee, een dj-set op de radio. Die zat waarschijnlijk thuis.

 

Je merkt wel dat er veel internetradio’s worden opgestart.

Machtelinckx Ja, maar dan heb je niet die live-feel van iets dat 24 op 24 uur wordt uitgezonden of een scheve dude die van 12 tot 5 wijntjes zit te drinken. Zo iemand die verhalen vertelt en tussendoor rock-‘n-roll-plaatjes draait en waar je bij aan kan bellen met de medeling: “Jow, ik heb een plaatje.” Ik kan me voorstellen dat je niet meer mag roken in radiostudio’s. België is zo braaf.

 

Iedereen kan ook zijn eigen radio samenstellen.

Machtelinckx Ja, op Spotify. Maar als ik soms eens naar Radio Centraal luister, leer ik dingen kennen. Hoe leer je nu bands kennen? Via hun imago op Facebook, hoe grappig ze zijn of hoe goed ze eruit zien.

Wouters Ik leer eigenlijk de meeste bands kennen via doorklikken op YouTube. Als je een goeie klikdrive gevonden hebt, ontdek je na verloop van tijd wel groepjes.

Machtelinckx Bij een radio moet je dan als een maniak gaan achterhalen wie je hoorde. Nu hebben ze ook die app om muziek te herkennen, Shazam.

Wouters Is dat Shazam?

Machtelinckx Ja, maar da’s niet zo magisch he. Dan zeg je: “Amai, da’s een goed nummer. Ik ga eens vragen wat dat is” en dan antwoordt iemand “Shazamt dat is gast!”

 

Is er een reden waarom de studio in Loenhout staat en niet in Antwerpen?

Wouters Oorspronkelijk niet, maar nu wel. We repeteerden overal in huizen in Antwerpen, maar vonden op een gegeven moment geen plaats meer. Dan gingen we naar onze gitarist in Loenhout, die had daar een kotje waar hij vroeger alleen muziek maakte. Toen zijn we daar beginnen repeteren. Eerst vanuit het idee om uit te kijken naar een nieuw repetitiekot in Antwerpen, maar uiteindelijk zijn we meer en meer van Loenhout beginnen houden.

Machtelinckx In Antwerpen stop je altijd om 22.00u omdat je weet dat er dan veel te doen is en dan heb je zin om naar de stad te gaan. Nu gaan we een heel weekend naar Loenhout en daar is echt niets te doen, buiten de afwas. Je kan alleen met de auto naar de nachtwinkel gaan, er is niet eens een gezellig café. Dus je moet daar wel werken en dat is echt zalig.

Ik vind het belangrijk dat je een wereld kunt horen wanneer je een plaat beluistert. Toen we in Antwerpen repeteerden, had onze sound een keldergevoel. Nu zijn we echt in onze ruimte en onze wereld. We beginnen van nul en worden niet te veel beïnvloedt. Want dat is ook niet goed, dan weet je niet waar je aan begint.



de geheimen van het stadhuis
22/04/2015
🖋: 

Het mooiste stadhuis ter wereld is jarig! Het Antwerps stadhuis blaast dit jaar maar liefst 450 kaarsjes uit. Dat wordt natuurlijk stevig gevierd en dat is er aan te merken. Liefhebbers van het  renaissancegebouw moeten tot begin 2016 wachten indien ze nog een gegidste rondleiding willen. Daarom neemt dwars je mee op een virtuele tocht door het stadhuis.

Je denkt nu misschien, een rondleiding, bah. En dan nog een virtuele… Wat heb je daar nu aan. Wel, meer dan je denkt. Het Antwerpse stadhuis heeft immers veel geheimen. Deze antieke arena van de hedendaagse politiek heeft meer te bieden dan een Schoon Verdiep met de trouwzaal, waar een hoop schilderijen van Hendrik Leys de verworven vrijheden van de stad vóór 1794 illustreren. Wist je bijvoorbeeld dat het stadhuis beschikt over een heuse schuilkelder? In 1935 bouwde men deze ruimte onder de Grote Markt die onder meer bereikbaar was via het stadhuis.

 

de buitenkant

Maar laten we even buiten beginnen. Op het dak van het stadhuis, dat ontworpen werd door de architect Cornelis Floris De Vriendt, staat een gouden adelaar. Deze adelaar kijkt richting de Duitse stad Aken. Neen, dit is geen beslissing van de Antwerpse burgemeester, maar verwijst naar het Heilige Roomse Rijk, waartoe Antwerpen een groot deel van de middeleeuwen en de vroegmoderne periode behoorde. Zo zijn wel meer elementen op de gevel van het stadhuis een verwijzing naar het rijke verleden van de stad Antwerpen. Onder de adelaar staat trouwens het jaartal 1564 vermeld, de datum waarop het stadhuis afgewerkt werd. Dit betekent niet dat we de verjaardag een jaar te laat vieren, het verschil zit hem in het gebruik van een andere kalender. Vandaag start onze kalender op 1 januari, maar dat was vroeger anders. Tot in 1575 begon het nieuwe jaar niet op 1 januari, maar op Pasen. En aangezien Pasen kan vallen van 22 maart tot 25 april, stond in februari 1565 de jaarteller eigenlijk nog maar op 1564.

Elk jaar vanaf eind april wordt de gevel van het stadhuis versierd met vlaggen van over de hele wereld. Deze vlaggen zijn niet lukraak gekozen: dit zijn de vlaggen van de 28 landen die tot de Europese Unie behoren én alle landen die in Antwerpen een consulaat hebben. Verder staan er ook twee grote beelden op de prachtige gevel van het stadhuis, namelijk die van de vrouwen Justitia en Prudentia, een dagelijkse herinnering voor het stadsbestuur om hiermee rekening te houden in haar werking.

 

de binnenkant

De inrichting van het stadhuis is vrij recent. In de periode 1882-1891 werd een grondige renovatie uitgevoerd, waar het interieur haar huidige looks aan te danken heeft. De open binnenplaats werd overdekt met de huidige glaskoepel en er werd een statige marmeren trap opgetrokken die nu toegang geeft tot 't Schoon Verdiep.

De raadszaal in het stadhuis, waar elke maand de Antwerpse gemeenteraad plaatsvindt, heeft een opmerkelijke inrichting. De opstelling van de gemeenteraadsbanken heeft een typisch Engelse stijl, waarbij meerderheid en oppositie lijnrecht tegenover elkaar zitten, met het stadsbestuur op een verhoog aan de kop.

In 2007 ontdekte men trouwens nog een vergeten orgel in het stadhuis. Achter een schilderij werd toen dat origineel Mustel-orgel – de Rolls Royce onder de harmoniums – aangetroffen. Dit orgel werd niet meer bespeeld sinds 1935 en was sindsdien helemaal uit het oog verloren. Na een grondige restauratie is het orgel weer bespeelbaar.

 

Spaanse Furie

Het stadhuis mag dan wel 450 jaar oud zijn, het heeft ook al zijn miserie gekend. Toen de Spanjaarden in 1576 Antwerpen aanvielen werd de verdediging van de stad gecoördineerd vanuit het stadhuis. Toen de stad ingenomen werd, beslisten de Spanjaarden het amper 12 jaar oude stadhuis in brand te steken waardoor het verzet werd neergeslagen. De daaropvolgende brand verwoestte in totaal een 600-tal huizen en van het stadhuis bleven enkel de buitenmuren overeind staan. De Spanjaarden werden even verdreven en in 1581 was het stadhuis weer opgebouwd.

 

(atoom)schuilkelders in Antwerpen

Als we dan enkele honderden jaren in de geschiedenis vooruit gaan, komen we bij een goed bewaard geheim: atoomschuilkelders. Niet enkel onder de Grote Markt ligt er immers een schuilkelder. Na de Tweede Wereldoorlog, toen de Koude Oorlog de kop opstak en iedereen bang was voor 'de bom', nam ook Antwerpen haar voorzorgsmaatregelen. Antwerpen is met haar enorme haven strategisch erg belangrijk. Daarom besliste het stadsbestuur en de Belgische regering in de jaren 50 van de vorige eeuw om op een aantal strategische plaatsen in de stad en de haven atoomschuilkelders aan te leggen.

Vanaf het jaar 1954 werden er in de haven maar liefst 99 atoombunkers opgetrokken aan sluizen, bruggen, enzovoort. Er werden echter niet enkel (kleine) bunkers in de haven gegraven, ook in de stad zelf werden een aantal grotere exemplaren gebouwd. Zo waren er onder andere atoomschuilkelders onder de Groenplaats – die ondertussen verdwenen zijn door de aanleg van de premetro en de ondergrondse garages – en onder de Scheldekaaien, waarvan je de ingangen nog steeds kan terugvinden! Maar ook onder de Veemarkt en op nog een aantal andere plaatsen zijn schuilkelders gebouwd.

De crux van de atoomschuilkelders is dat deze helemaal niet bestand waren tegen een nucleaire aanval. Men zou de schuilkelders voornamelijk hebben aangelegd om de inwoners van de stad Antwerpen gerust te stellen, en er eventueel kunstschatten in te beschermen.



22/04/2015
🖋: 
Auteur

Op 18 april werd in Antwerpen met veel luister een nieuwe tramlijn ingehuldigd. Tram 8 rijdt van het rondpunt van Wommelgem naar premetrostation Astrid. Dit 6 kilometer lange traject legt de tram af op slechts een kwartiertje. Wie de Turnhoutsebaan een beetje kent, weet dat een auto daar in de spitsuren het dubbele over doet. Hoe kan de tram dan de auto verslaan? Simpel: door ondergronds te gaan via een premetrotunnel. De tram duikt in Deurne-Zuid de ondergrond in en brengt reizigers vrij van files en oponthoud tot in het centrum van Antwerpen. Maar het houdt niet op met dit project: de komende jaren staat er veel te gebeuren op transportvlak.

een stukje transportgeschiedenis

De premetro is een typisch Belgische vorm van vervoer. Begin jaren ’60 nam het autoverkeer zo sterk toe dat de trams en bussen vast bleven zitten in het verkeer en ze reizigers verloren door hun trage snelheid. Het Ministerie van Verkeerswezen richtte studiegroepen op om de verkeersproblemen in de vijf grootste Belgische steden te onderzoeken en een oplossing te vinden voor het openbaar vervoer. Ze concludeerden dat een ondergrondse metro, die geen last had van auto’s en ander verkeer, het openbaar vervoer weer snel en aantrekkelijk zou maken. Er was echter te weinig geld om in één keer een volledige metrolijn aan te leggen in vijf steden. De premetro kwam uit de bus als een tijdelijke oplossing. Men zou telkens een stukje tunnel bouwen dat voorzien was op grote metrostellen, maar waar tijdelijk trams door zouden rijden tot de hele lijn klaar was en omgebouwd kon worden tot metro.

 

Enkel in Brussel zou dit principe uiteindelijk worden uitgevoerd. In Gent en Luik werden de plannen na protesten of geldgebrek opgeborgen. In Antwerpen en Charleroi bouwde men wel premetrotunnels, maar na verloop van tijd werden de plannen voor de ombouw tot volle metro opgeborgen omdat de grootte van die steden eigenlijk de enorme vervoerscapaciteit van een metro niet rechtvaardigt. Tunnels in het centrum in combinatie met afgescheiden trambeddingen in de buitenwijken worden nu beschouwd als een adequate en meer kosteneffectieve oplossing voor de verkeersdrukte in deze steden.

 

In Antwerpen begon men in 1970 aan de bouw van de tunnel van de Groenplaats tot het Centraal Station. Om kosten te besparen gebruikte men de simpelste bouwmethode: er werd een put gegraven, de tunnel werd daarin gebouwd en de put werd dichtgegooid. 4 jaar lang liep er zo een enorme loopgracht door de drukste winkelas van Antwerpen. Dit lokte veel protest uit van de winkeliers, wiens klanten toen door een modderpoel en op smalle planken moesten manoeuvreren. Ook de progressieve beweging van de jaren ’70 entte zich op het protest. Waren de tunnels niet enkel bedoeld om de vervuilende auto’s vrij spel te geven bovengronds?

 

de reuzenpijp

De protesten voerden de druk op de politieke gezaghebbers op zodat na de afwerking van de eerste tunnel besloten werd om de volgende trajecten met duurdere ondergrondse methodes te graven. Een van deze nieuwe bouwwijzen was de boormachine, die in Antwerpen de bijnaam ‘metromol’ kreeg. Dit stuk spitstechnologie uit de jaren ’70 groef de tunnel en bouwde tegelijkertijd ook het betonnen omhulsel, zonder dat er bovengronds iets van te merken viel. De tunnel onder de Turnhoutsebaan in Borgerhout was de eerste die volgens de nieuwe methode gebouwd werd. In 1977 begonnen de werken en 5 jaar later was de ruwbouw klaar. De tunnel loopt van station Opera naar de Herentalsebaan in Deurne-Zuid en heeft ook nog twee aftakkingen: naar het Foorplein en de Turnhoutsebaan in Deurne en naar het Schijnpoort.

 

Na 1982 bleef het echter erg stil rond deze tunnel. Het Ministerie van Verkeerswezen en de stad raakten het niet eens over de plaats waar de trams op de Leien bovengronds zouden moeten komen. Ondertussen bespaarden de opeenvolgende regeringen-Martens in de jaren ’80 op het budget van de premetro zodat de bouwwerken steeds langzamer afgewerkt raakten. In de jaren ’90 werden nog de trajecten naar Linkeroever en het Sportpaleis geopend, maar kwam er voorlopig een einde aan de activiteit in de Antwerpse ondergrond.

 

 

een nieuwe elan: het Livan-project

In 2008 besloot Kathleen van Brempt om opnieuw de mogelijkheden van de tunnels te onderzoeken. Het jaar daarop werd een tunnelwandeling georganiseerd voor het grote publiek. Door de financiële crisis was het echter moeilijk om financiering te vinden voor het project. Daarom werd een publiek-private samenwerking opgezet, of PPS. In zo’n constructie is de aannemer verantwoordelijk voor de bouw en het onderhoud tijdens de eerste 25 jaar. De Lijn betaalt dan op een termijn van 25 jaar de kosten daarvan af. In een notendop is het dus een combinatie van een lening en een bouwcontract. Het voordeel van deze constructie is dat de betalingen kunnen worden opgeschort als de aannemer zijn verplichtingen niet nakomt.

 

Het was uiteindelijk Hilde Crevits die in 2013 de eerste spade in de grond mocht steken om de afgesloten tramhelling te openen. Het hele project, dat Livan werd gedoopt, bestond uit twee delen. De tunnel werd uitgerust met sporen en bovenleiding van Deurne tot Astrid en de keerlus onder de Rooseveltplaats. Slechts twee van de zes bestaande stations, Astrid en Zegel, werden uitgerust als reizigersstations. De overige stations - Carnot, Drink, College en Morckhoven - werden ingericht als nooduitgang. Op de keuze voor Zegel als enige station in Borgerhout kwam ook veel kritiek. Hoewel Drink dichter bij het centrum van Borgerhout ligt, koos men voor Zegel omdat dat station betere overstapmogelijkheden biedt.

 

Verder werd dit tunnelproject gecombineerd met een tramverlenging van het ziekenhuis AZ Monica naar het rondpunt van Wommelgem. Daar zal de bestaande carpoolparking gebruikt kunnen worden als Park and Ride. Van daar rijdt tram 8 snel naar het centrum van Antwerpen. De uitrusting van de P+R is echter redelijk mager te noemen. Er is slechts één schuilhokje en op de fietsenstalling kunnen maar een twintigtal fietsen staan. De buslijnen 420 en 421 vanuit Ranst en Herentals worden omgeleid naar Berchem Station, wat een vermindering van 16,3 procent betekent op het aantal bussen dat vroeger op de Turnhoutsebaan reed. Treinreizigers kunnen zo op de bus blijven zitten en in Berchem hun trein halen, terwijl reizigers die naar het centrum moeten met een overstap de files op de Turnhoutsebaan kunnen vermijden. De overstaphalte Muggenberg is redelijk comfortabel, hoewel men bij de opening nog geen zebrapad had geschilderd naar de bushalte richting Ranst. Niet alle deadlines van dit project werden op tijd gehaald.

 

Samen met de nieuwe tunnel neemt De Lijn ook een nieuw sein- en beveiligingssysteem in gebruik, Lijnguard. Bij dat systeem zullen trams elkaar sneller kunnen opvolgen, waardoor de doorstroming van de ondergrondse lijnen verbetert. Dat kan omdat de snelheid van de trams niet meer puntsgewijs, maar continu gecontroleerd zal worden. Dat het systeem nog niet helemaal op punt staat, bleek op de eerste dag, toen de automatische remmen meerdere keren zonder reden in werking traden. Het systeem kent duidelijk nog kinderziektes.

 

wat brengt de toekomst?

Het Livan-project is niet het eindpunt van de verbetering van het Antwerpse tramnet. Het is een eerste stap richting een betere mobiliteit, met name richting de Kempen waar de aansluiting op het openbaar vervoer richting Antwerpen allesbehalve optimaal is. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat de E34 tussen Ranst en Antwerpen één van de meest filegevoelige punten van België is. Op lange termijn is dan ook een verlenging langs de snelweg tot Ranst gepland met een grotere P+R. De inwoners van Borgerhout willen namelijk dat er zo snel mogelijk geld wordt gevonden om die in gebruik te nemen, maar er zijn nog geen financiële toezeggingen gedaan. Het is dus aan minister Ben Weyts om hier in de regering voor te pleiten.

 

Er zijn ook nog andere tramverlengingen gepland. Het project Noorderlijn, waar de werken deze zomer aan beginnen, omvat tramverlengingen naar het Eilandje en Luchtbal. De financiering van al deze projecten kadert in het Masterplan 2020 en wordt uitgevoerd door de Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel, die ook de Oosterweelverbinding zal uitvoeren. Samen met de tramverlengingen zal ook het hele gebied van de Rooseveltplaats tot de De Keyserlei een grote make-over krijgen. De auto’s verdwijnen ondergronds in een tunnel, het Operaplein wordt voetgangerszone met een tramhalte en het aantal bushaltes op de Rooseveltplaats wordt verlaagd. De studies voor trams naar Kontich en Wilrijk zijn ook al gestart. Ondertussen zullen na de zomer de eerste ‘supertrams’ van 42 meter in de Antwerpse straten rondrijden.

 

Er staat dus heel wat te gebeuren in Antwerpen, zowel bovengronds als ondergronds. Veel van de projecten die nu aangevat worden zijn echter het resultaat van beslissingen die genomen werden door de vorige regeringen. De huidige regering zal nu geld moeten vrijmaken voor de toekomstige projecten. Zullen de beloftes uit het regeerakkoord worden nagekomen, of is het ontslag van Tom Meeuws als directeur van De Lijn Antwerpen een teken aan de wand?



microscoop op wetenschap
20/04/2015
🖋: 

Een bachelorproef Fysica van Universiteit Antwerpen heeft Europese vleugels gekregen en vliegt eind dit jaar de lucht in met een weerballon van het REXUS/BEXUS-programma. Dit project is een samenwerkingsverband tussen ESA, DLR, SNSB, ZARM en SSC. Studenten Jeroen Van Houtte, Andy Nieto Martinez, Charlotte Verhoeven en Jesse van Muiden slaagden erin om de High Altitude Cosmic Ray Detector – of kortweg HACORD – als eerste Vlaamse team geselecteerd te krijgen voor het BEXUS gedeelte.

de levensloop van HACORD

In 2012 staken prof. dr. Nick van Remortel van het departement Elementaire-Deeltjesfysica van Universiteit Antwerpen en Werner Poets van het Sint-Niklaasinstituut van Anderlecht de koppen bijeen om met een fysisch experiment op de proppen te komen. Uit hun breinen ontsproot het idee om een eenvoudige detector de lucht in te sturen met een weerballon, om de kosmische straling in onze atmosfeer in kaart te brengen. Zo ontstond een thesisonderwerp voor studenten Fysica, dat met kinderschoenen aan van start ging. In samenwerking met ASGARD vloog de opstelling een eerste keer de lucht in. ASGARD is een project van het KMI, ESERO en Sint-Pieterscollege Jette, dat dankzij de samenwerking met leerlingen van deze middelbare school wil interesseren in wetenschap.

 

Eind 2013 begon de toenmalige derde bachelorstudent Jeroen Van Houtte mee te werken aan het onderwerp. Hij zorgde dat de opstelling er een derde en vierde Geiger-Müllertube (een instrument om kosmische straling te meten, zie verder) bijkreeg en liet het nog eens opstijgen met ASGARD. Het jaar daarop kreeg Andy Nieto Martinez het experiment op zijn bord. Dankzij professor van Remortel, werd HACORD voorgesteld voor het REXUS/BEXUS-project. Aangezien extra hulp welkom was om het project tot een goed einde te brengen, sprongen Jeroen van Houtte – ondertussen al bekend met het project –, Charlotte Verhoeven en Jesse van Muiden mee op de kar. Zo vormen ze het eerste Vlaamse team dat aan het project mag deelnemen.

 

HACORD’s anatomie

Het oorspronkelijke doel van het HACORD-project was om de kosmische straling te meten. Een Geiger-Müllertube is hiervoor de ideale apparatuur (figuur 1). Dit is een kathodestraalbuis waardoor een anodedraad loopt, waartussen een hoogspanning wordt aangelegd. Een mengsel van argon- en neongas vult de ruimte tussen de twee op. Wanneer kosmische straling dit gas ioniseert, ontstaat er een cascade van losgeslagen elektronen die naar de centrale anode toe propageren. De ladingen op de anode genereren een spanningspuls, die door de elektronica wordt uitgelezen.

 

Wanneer HACORD de lucht in mag, wordt het gekoppeld aan een gondel van een weerballon. In het geval van een lancering bij ASGARD wordt deze ballon opgeblazen tot hij een diameter van 1,5 meter heeft. Daarna wordt hij losgelaten. Terwijl de ballon meter per meter klimt, neemt de atmosferische druk geleidelijk af en hierdoor zet de ballon zich steeds verder uit. Komt de ballon op een hoogte van 30 kilometer, dan is de diameter al gegroeid tot ongeveer 10 meter. Door de beperkte elasticiteit van het latexmateriaal, klapt de ballon en stort weer omlaag.

 

HACORD biedt mogelijkheden

Door het koppelen van de Geiger-Müllertube aan een weerballon, kan het hoogteprofiel van kosmische straling in beeld gebracht worden. Dit blijkt een typische grafiek (figuur 2) te zijn, die redelijk simpel verklaard kan worden (figuur 3) eens je weet hoe kosmische deeltjes zich gedragen.

 

 

Voordat kosmische deeltjes doorheen onze atmosfeer geraken, botsen ze aan de bovenkant daarvan (de stratosfeer) met zuurstof- en stikstofmoleculen. Hierdoor ontstaat er een cascade van secundaire deeltjes. Ook zij botsen op hun beurt weer, waardoor er uiteindelijk een hele shower van elementaire deeltjes terug te vinden is tot op het aardoppervlak. De deeltjes geraken tot op zekere hoogte gemakkelijk doorheen de atmosfeer, maar daarna worden ze vaak geabsorbeerd of afgebogen. Dit vinden we terug wanneer de data van het experiment in een curve uitgezet worden. Wanneer we het aantal deeltjes weergeven over de hoogte bepaald door de druksensoren aanwezig op het toestel, kunnen we zien dat het aantal deeltjes in de shower eerst toeneemt ten gevolge van de vele secundaire botsingen. Op lagere hoogte zien we dat de flux afneemt door de absorptie van laagenergetische deeltjes die domineren in het uiteinde van de shower. Een prima voorbeeld dat aantoont hoe de atmosfeer ons beschermt tegen hoogenergetische straling die ons vanuit de ruimte bereikt.

 

 

De studenten hopen aan te tonen dat het beschreven hoogteprofiel de zonnecyclus volgt. De laatste jaren bleef de curve vrij stabiel in tijd, wegens het huidige zonnemaximum. Toch kijken ze hoopvol naar de toekomst; de activiteit van de zon neemt stilaan af, waarvan ze de volgende jaren de gevolgen hopen te zien. Maar denk nu niet dat HACORD de laatste jaren heeft stilgezeten. Een laatste upgrade breidde het aantal Geiger-Müllertubes uit naar vier. Door deze in een uitzonderlijke configuratie (figuur 4) te plaatsen, kunnen de vier studenten nu niet alleen ioniserende straling, maar ook de hoekafhankelijkheid ervan meten. Door gelijktijdige hits in de vier tubes te vergelijken, kunnen ze vier ruimtehoeken vaststellen. Hierin onderscheidt HACORD zich van de experimenten van het Lebedev Instituut in Rusland, dat al 70 jaar lang elke dag een gelijkaardig experiment de lucht in stuurt. Hoewel de Russen dus geweldige statistieken bezitten van het hoogteprofiel, heeft het HACORD-team een enorme voorsprong wat de hoekafhankelijkheid betreft. Het idee groeit om de data van beide onderzoeksgroepen te vergelijken; de Russen meten het hoogteprofiel immers op een andere breedtegraad dan het HACORD-team en ook dit heeft een invloed op het hoogteprofiel.

 

 

de uitdagingen van REXUS/BEXUS

In december 2014 gingen de studenten naar het European Space Research and Technology Centre (ESTEC) in Noordwijk (Nederland), om hun HACORD-project voor te stellen tijdens een selectieworkshop. Enkele weken later kregen ze te horen dat ze geselecteerd waren voor het REXUS/BEXUS-project, waarvoor ze in februari 2015 naar DLR in Oberpfaffenhofen (Duitsland) mochten trekken om deel te nemen aan de Student Training Week. Een workshop die van harte welkom was, want hoewel de fysica redelijk simpel is, viel er nog heel wat te verbeteren aan de elektronica en software. En aangezien het HACORD-team de enige groep was die uitsluitend uit fysici bestond, konden ze best een helpende hand gebruiken. Maar ook terug in Antwerpen kan het team rekenen op hulp; het departement Elementaire Deeltjesfysica en de mechanische werkplaats van Universiteit Antwerpen staan steeds paraat.

 

Een week later keerden ze namelijk weer huiswaarts met een heuse to do-list. Het REXUS/BEXUS-project stelde immers nog een paar voorwaarden waaraan voldaan moet worden vooraleer HACORD mee mag met hun weerballon in Zweden. Het voornaamste is het toevoegen van een E-link aan de apparatuur die toelaat om het project op een afstand aan en uit te schakelen en de data rechtstreeks binnen te krijgen. Wanneer hun experiment voordien de lucht in ging, was het steeds een hele zoektocht naar de ballon. Geen ballon betekende geen data, want die werden enkel opgeslagen binnenin het experiment. Vaak was het vol spanning wachten op een telefoontje van een boer, die zo vriendelijk was om het nummer op de gevonden box op te bellen. De detector is ook eens een keer verzeild geraakt bij een boer die geïnteresseerd was in elektronica en het toestel een leuke aanvulling vond op zijn verzameling oude radio’s in de schuur. Een E-link is dus zeker geen overbodige luxe en verzekert de onderzoekers van hun data. Eind mei mogen de studenten voor een critical design review terug naar ESTEC om daar hun vooruitgang te tonen. Wanneer het experiment dan goedgekeurd wordt, mag HACORD begin oktober 2015 mee de lucht in vanuit SCC, Esrange Space Center in Kiruna (Zweden).

 

Het REXUS/BEXUS-programma maakt het zo voor de studenten mogelijk om andere data binnen te halen. Zo verwachten ze dat het hoogteprofiel zal afwijken van hun huidige curve, aangezien in Zweden het magnetisch veld zwakker is en er dus meer deeltjes tot aan het aardoppervlak weten te komen. Verder is de weerballon in Zweden geschikt om langere tijd op een hoogte van 30 kilometer te blijven, waardoor het mogelijk is betere statistieken te verkijgen op die hoogte. De ballon van het KMI viel immers direct naar beneden nadat de maximale hoogte bereikt was. Hierdoor kunnen de studenten onderzoeken of de literatuur, die beweert dat op 30 kilometer hoogte een isotrope flux te vinden is, klopt. Het is dus nog even vol spanning afwachten of ze daadwerkelijk op die hoogte in alle richtingen evenveel deeltjes kunnen vaststellen. Hier komt hun uitgebreide apparatuur voor het meten van hoekafhankelijkheid zeker van pas. Begin januari 2016 mogen de studenten hun bevindingen hieromtrent presenteren.

 

het leerproces stopt niet

Het is nog niet zeker of HACORD nog een keer gebruikt kan worden voor een bachelorthesis. Toch stopt de educatieve waarde van het programma niet na dit jaar. De studenten willen HACORD nog zo vaak mogelijk laten meevliegen met het KMI, om de tijdsafhankelijkheid verder in kaart te kunnen brengen. Verder willen ze HACORD nog gebruiken om leerlingen van de middelbare school te interesseren voor fysica en ingenieursstudies. Nu al zijn er klassen proeven komen doen met HACORD, waarna ze ook verslagen moeten afgeven, zoals het bij wetenschappelijk onderzoek hoort.

 

Het bijleren stopt ook niet voor het HACORD-team zelf. Ze worden door het REXUS/BEXUS-project uitgedaagd om voorbij de fysica te kijken en ook te proeven van alle techniek die er aan te pas komt. Ook hun vindingrijkheid en verbeelding worden op de proef gesteld. Want wie had nu gedacht dat die detector (hoofdfoto) ook wel als een bom gezien kon worden op het vliegveld? 

 

 

Wil je meer weten over HACORD? Neem eens een kijkje op hun website of Facebookpagina.



de dwarsdoorsnede
19/04/2015
🖋: 

dwars slijpt het virtuele fileermes en gaat langs de graat van boeken, films, series, games, muziek, theater, haarproducten en rubberen eendjes. Deze keer beluisterde redacteur Thomas Konings Carrie & Lowell, het nieuwe album van Sufjan Stevens. De Amerikaanse singer-songwriter verlaat de sterrenhemel van The Age of Adz, maar neemt wel de schitterende fonkelingen mee.

Van een koorknaap als Sufjan Stevens verwacht je niet dat hij zich bezighoudt met het opvolgen van de laatste trends. Toch is het opvallend dat hij zich in het jaar van de selfiestick focust op zijn eigen verhaal en daarmee – net als bijvoorbeeld Björk en Kanye West – hogere krachten en sferen als natuur, technologie of sacraliteit verlaat om ons een inkijk te geven in zijn hart en hersenen. De mythologische gordijntjes die met kleurrijke en sprankelende blieps gekleurd werden ten tijde van The Age of Adz, gaan op Carrie & Lowell open en we krijgen een uitgekleed en persoonlijk gebeente te zien dat opgebouwd werd uit spaarzame folkklanken.

 

De verschuiving naar een intieme sound gaat dus ook gepaard met een verandering naar een intiem verhaal; een relaas over het leven van zijn vader en moeder, de verschillende wegen die ze bewandelden en de impact die al die gebeurtenissen uitoefenden op de Amerikaanse singer-songwriter. Daarbij zingt Stevens bevrijd van alle wrok en andere woedevormen. Wat overblijft, heet rust en melancholie. Essentieel om dit album te begrijpen is het besef dat de artiest niet de bedoeling heeft de pijn van weleer terug naar boven te halen. Sufjan is een optimist die dankzij zijn geloof geleerd heeft mensen te vergeven.

 

Dat resulteert in een langspeler die het in de eerste plaats moet hebben van pure schoonheid en, ondanks een aangepaste vertelstijl, ook van betovering. De single Should Have Known Better is zo’n moment waarop een typische fonkeling uit het werk van de artiest naar boven komt. Tekstueel vertaalt zich dat in de verlichting die zijn nichtje brengt; een ouderwets kermisdeuntje, belletjes en fluisterende koorzang doen instrumentaal hetzelfde trucje. Zelfs in het qua thematiek bijzonder donkere Fourth of July vindt de folkie in de vorm van juiste metaforen en troostende woorden een fakkel om alle naarheid te bestrijden, waardoor zelfs de terugkerende slagzin (“We’re all gonna die”) na verloop van tijd geruststellend overkomt.

 

Ook op Carrie & Lowell wordt het nodige belang gehecht aan lyrics. Toch maakt Stevens het verschil door evenzeer te concentreren op de sfeerschepping en een weliswaar ingetogen, maar toch ook wondermooie inkleding. De muzikant zijn stemgeluid straalt op zich al de kerngevoelens van deze zevende worp uit, terwijl dromerig en zelfs hemels gitaargetokkel naast zeldzaam bijkomende instrumentatie het licht verteerbare, maar diep ontroerende geluid mogelijk maakt.

 

Sufjan Stevens mag anno 2015 dan wel zijn eigen persoon uit de schaduw tevoorschijn toveren, net als Björk weet hij dat op een serene, gepaste en pakkende wijze te doen. Daarbij staat het blijhartige centraal en streelt de Amerikaan de zintuigen met zoete maar innemende middelen.



vrouwenquota
19/04/2015
🖋: 

De vrouwenquota in de bedrijfswereld zorgen eindelijk voor een vleugje oestrogeen en verfijnd parfum in de mannenbastions van Raden van Bestuur. Maar ze zijn zeker geen excuustruzen of muurbloempjes tussen al dat mannelijk geweld. dwars sprak met drie straffe madammen over de heikele genderquota. Sonja Rottiers is CFO van Axa Belgium en tevens voorzitster van Women on Board. Caro Van Der Schueren is stafmedewerker van de Vrouwenraad en Petra Meier is hoogleraar aan Universiteit Antwerpen en onderzoeker in genderstudies.

Bent u pro vrouwenquota?

Caro Van Der Schueren De vrouwenraad is absoluut pro quota: het is gewoon rechtvaardig om volledige pariteit te hebben. De samenleving bestaat uit 49 procent mannen en 51 procent vrouwen. Het is dan ook niet meer dan normaal dat de regering en het parlement een afspiegeling van de samenleving zijn. Daarnaast worden mannen en vrouwen op een andere manier opgevoed en in andere zaken gestimuleerd. Het is dus nodig om die differentiatie te hebben. Niet enkel de mannelijke waarden zijn belangrijk, de vrouwelijke waarden moeten daar tegenover staan. Je ziet dat vrouwen in het parlement andere onderwerpen naar voor brengen en deze bespreekbaar maken. Als we een duurzame samenleving willen, moeten we de gelijkheid tussen mannen en vrouwen bevorderen.

Petra Meier Als alle andere wegen: het opleidingsniveau, kandidaturen, vacatures of aanmoedigingspremies niet volstaan, dan moet je het gewoon doen via quota. In alle sectoren en in alle landen ter wereld is er altijd ongelooflijk veel weerstand wanneer er quota worden ingevoerd. Dat is omdat quota machtsverhoudingen in vraag stellen en onderuithalen. Daar is dus niemand ooit gelukkig mee geweest. Maar quota zijn wel het enige middel om een bepaalde groep ingang te laten vinden in een orgaan. Dan duurt het nog altijd een heel lange tijd voordat het als normaal beschouwd wordt dat die groep vrouwen, allochtonen of holebi’s ergens is.

 

Quota zijn bulldozers die meteen doorheen het glazen plafond breken.

 

Zijn vrouwenquota niet vrij drastisch?

Van Der Schueren Vrouwenquota zijn eigenlijk operationeel: het zijn bulldozers die meteen doorheen het glazen plafond breken. Maar je zal ze altijd nodig hebben als je daarnaast de structurele oorzaken van die ongelijkheid niet wegneemt.

Meier Ik zeg niet dat quota perfect of ideaal zijn, maar ik heb wel het gevoel dat quota redelijk efficiënt werken. Je ziet dat hier op de universiteit ook. Wat is er heisa geweest over die één derde quota voor vrouwen in al die verschillende raden. Wat wordt daar lacherig over gedaan, alsof het er niet toe doet! In het begin wordt dan vooral gekeken naar de studentenvertegenwoordigers: al die geledingen bestaan uit mannen, dus moeten de studenten maar een meisje afvaardigen. Het is ook niet simpel om in een belangrijk orgaan aan die quota te voldoen. Meestal zit je daar immers omdat je een bepaalde functie bekleedt. Als alle decanen in een orgaan zitten en je hebt maar enkele vrouwelijke decanen op de universiteit, dan wordt een één derde quota onmogelijk, of toch moeilijk. Maar ik denk dat we daar over een paar jaar niet meer lacherig over zullen doen en het heel normaal zullen vinden dat er vrouwen in deze organen zitten.

 

vrouwen die hun mannetje moeten kunnen staan

Werd u als vrouw in de financiële sector met vooroordelen geconfronteerd?

Sonja Rottiers Er waren zeker vooroordelen. Ze waren het inderdaad niet gewoon. Dat werd ook gezegd, maar ik heb dat persoonlijk niet als een probleem ervaren. Je doet gewoon alsof je de opmerkingen niet hoort en gaat voort. Maar ik heb ook eens iemand horen zeggen: ‘Ik heb hier een heel leger klaarstaan, maar uiteindelijk moet ik vaststellen dat het een vrouw is die haar man staat’. Ik vond dat op zich niet zo slecht.

 

Er komen op de arbeidsmarkt meer vrouwen met een diploma hoger onderwijs dan mannen. Hoe komt het dat vrouwen dan zo hardnekkig ondervertegenwoordigd blijven in hoge posities?

Rottiers De studiekeuze is natuurlijk voor een groot stuk bepalend. Meisjes kiezen nog vaak voor softere studierichtingen en daar is op zich helemaal niets mis mee. Maar dan is het ook niet verwonderlijk dat ze later in human resources of communicatie zullen terechtkomen. Dan is de overstap moeilijker om later in het bedrijfsleven een andere richting uit te gaan. Het is belangrijk om na te denken over je keuzes, ook over hoe je later kan evolueren.

Van Der Schueren Er is ook de combinatie arbeid en gezin die nog altijd heel moeilijk is. Vrouwen wordt nog steeds de taak opgelegd om de kinderen te zorgen: dat zijn werkuren van in de vroege tot in de late uurtjes. Ze worden daardoor meer gestimuleerd om thuis te blijven of parttime te werken, waardoor ze heel vaak in hun carrière niet doorstromen naar de top.

Meier Stereotypen en vooroordelen rond mannen en vrouwen is een andere belangrijke factor. Dit speelt sterk onderhuids. Soms wordt soortgelijk gedrag anders geduid; bij mannen wordt iets als ambitieus bestempeld, bij vrouwen als overtrokken. Uit Nederlands onderzoek naar de selectie van professoren blijkt dat vrouwelijke kandidaten heel anders gepercipieerd worden dan mannen. Vrouwen moesten bijvoorbeeld veel meer harde feiten op tafel leggen om te bewijzen dat ze even goed waren als een man.

 

Grow some balls en vraag een hoger loon.

 

Is het moeilijk om werk en gezin te combineren als je een topfunctie bekleedt?

Rottiers Ik was 32 toen mijn dochter geboren werd. Het was voor mij heel belangrijk om professioneel eerst een stuk traject af te leggen. Ik was al directiekaderlid bij Gemeentekrediet op mijn 27ste, dat was dus vrij snel. Er was een grote objectiviteit bij promoties, waardoor ik nooit benadeeld werd omwille van het feit dat ik een vrouw ben. Ik denk dat het combineren van werk en gezin vooral een kwestie is van organisatie. Vrouwen verwijten me soms dat het voor mij gemakkelijk is, omdat ik mij hulp in het huishouden kan permitteren. Maar vroeger was dat ook niet het geval. Ook vroegen de andere moeders aan de schoolpoort zich af waaraan ik het verdiende dat mijn dochter mij om de hals vloog als ik haar twee keer per jaar kwam ophalen. Het is niet omdat je elke dag aan de schoolpoort staat, dat je kwalitatief meer geeft. Een bepaalde periode ben ik elke woensdag om 17 uur gestopt met werken om mijn dochter naar de tennisles te brengen. Er mocht een belangrijke vergadering bezig zijn, maar ze wisten dat ik dan moest vertrekken. Dat is een kwestie van afspraken maken. Toen mijn schoonmoeder overleed, moest ik net rating agencies ontvangen. Toen heb ik mijn werk afgezegd. Natuurlijk moet je je organiseren zodat anderen op zulke momenten voor jou kunnen invallen. Ik ben er helemaal geen voorstander van parttime te werken om taxichauffeur te spelen. Zeker niet met de communicatiemiddelen en flexibele mogelijkheden die we nu hebben, want dat remt de carrière. Dan mag je ook niet verwachten dat je later dezelfde loopbaan kan uitbouwen.

 

Zijn vrouwen onzekerder dan mannen? Durven vrouwen zich wel kandidaat te stellen voor een hoge functie?

Van Der Schueren Uit onderzoek blijkt dat vrouwen inderdaad onzekerder zijn en zich minder snel kandidaat zullen stellen. Maar we moeten ons de vraag stellen hoe het komt dat vrouwen onzekerder zijn. Uit onderzoek blijkt dat mannen zelfzekerder worden als ze meer tv-kijken, terwijl vrouwen juist onzekerder worden. Dit komt door de manier waarop mannen en vrouwen worden afgeschilderd. We moeten de oorzaken van onzekerheid aanpakken. Het gaat veel verder dan zeggen: ‘Grow some balls en vraag een hoger loon of stel je kandidaat voor een hogere functie'.

Eigenlijk begint de genderongelijkheid vanaf de geboorte. Meisjes krijgen roze kleedjes en ander speelgoed dan jongens. Meisjes worden ook gestimuleerd om bepaalde studiekeuzes te maken: "Geen zorgen als je niet goed bent in wiskunde, dat is normaal omdat je een meisje bent." Mannen en vrouwen worden dus in een bepaalde richting geduwd. Dat is niet heel duidelijk, maar de vrijheid wordt eerder in de kleine dingen belemmerd. De geslachten zitten in een soort dwangbuis waar je heel moeilijk uitgeraakt: als vrouw leer je om lief en zorgzaam te zijn, terwijl mannen leren om sterk te zijn en zich niet te laten doen. Dat is het moeilijkste; het is zo normaal om als man of vrouw te worden opgevoed. Al deze kleine dingen zorgen ervoor dat de keuzes van mannen en vrouwen worden beperkt. Het is een vicieuze cirkel die doorbroken moet worden. Dat gaat dan ook veel dieper dan het aanpassen van een wet.

 

 

welcome to the old boys' network

Is het belangrijk om te netwerken om een goede positie in een bedrijf te krijgen?

Rottiers Netwerken is enorm belangrijk. Ik denk dat studenten zich daar vaak niet bewust van zijn, zolang ze in de schoolbanken zitten. Jongens vragen meestal nota’s of informatie aan meisjes, omdat zij vaak beter georganiseerd en gestructureerd zijn. De jongens zijn met van alles en nog wat bezig, maar als het examen er aankomt, zorgen ze ervoor dat ze de juiste informatie hebben. Ik denk dat het heel belangrijk is dat je niet dezelfde fout maakt wanneer je later gaat werken. Heel wat meisjes denken dat als ze keihard werken en hun job goed doen, ze automatisch bekend en erkend zullen worden, maar dat is niet zo. Hoe groter het bedrijf, hoe moeilijker om een visibiliteit te hebben. Je moet uiteraard hard werken, maar dat is op zich onvoldoende. Er hoort nog wel wat meer bij. Bij beslissingen over promotie wordt er gekeken naar mensen die ze kennen, en onbekend is onbemind. Je moet echt die brede kijk hebben en van bij het begin nieuwsgierig zijn en contacten leggen. Ik denk dat het goed is dat vooral de vrouwelijke studenten daarop worden gewezen vooraleer ze in het bedrijfsleven stappen. Mannen kunnen zich doorgaans beter profileren, ze zijn daar meer mee bezig.

 

Zijn mannen dan ook betere netwerkers?

Meier Ik weet niet of mannen effectief betere netwerkers zijn dan vrouwen. Er wordt altijd over vrouwen gezegd dat ze betere sociale vaardigheden hebben. Dus als ze die hebben, dan zullen ze ook wel goede netwerkers zijn. Wat ik wel weet, is dat veel netwerken gegenderd zijn. Dat betekent dat de netwerken van vrouwen vaker uit vrouwen bestaan en dat de netwerken van mannen vaker uit mannen bestaan. Zelfs in gemengde beroepscontexten. Dus als het vooral mannelijke netwerken zijn die beslissingen nemen, dan hebben mannen natuurlijk een voordeel.

 

Mannen- en vrouwenongelijkheid begint vanaf de geboorte.

 

excuustruus of powerwoman?

Hebben de vrouwen die een mandaat hebben opgenomen sinds de invoering van de vrouwenquota het gevoel dat ze omwille van hun competenties gekozen werden of om aan de quota te voldoen?

Rottiers Women on Board is een pool van vrouwen die de nodige expertise bezitten om in een Raad van Bestuur te kunnen zetelen. Bedrijven doen beroep op ons als ze een vrouw een mandaat willen geven. Wij zoeken in onze selectie naar vrouwen die matchen met het bedrijf en de functie. De vrouwen die vandaag in the picture komen en in de pool van Women on Board zitten, die hebben allemaal heel wat ervaring en expertise. Ze zijn waarschijnlijk veel vaker gescreend dan de mannen. De meeste mannen komen in een Raad van Bestuur omwille van hun netwerk. Bij hen kwam er meestal geen enkele screening aan te pas. Ik denk dat je evengoed de vraag kunt stellen waarom heel wat mannen in de Raden van Bestuur zijn terechtgekomen.

 

Zijn er voldoende vrouwen die klaar zijn om een mandaat op te nemen?

Rottiers Vandaag de dag zijn er zeker genoeg. We beschikken over een selectie van tweehonderd vrouwen die klaar zijn om een mandaat op te nemen. Women on Board heeft al meer dan honderd bedrijven kunnen helpen bij het vinden van de geschikte vrouw voor een mandaat. Het grootste deel van de vrouwen in onze pool is tussen 45 en 55 jaar oud. Dat betekent dat de meesten nog actief zijn in een dagelijkse functie. Dit is een knelpunt, want je kan nogal snel in belangenconflicten terechtkomen. Je kan natuurlijk niet in de Raad van Bestuur gaan zetelen van een bank of pensioenfonds, als je zelf CFO bent bij een andere bank. De vrouwen die nu boven 55 jaar zijn, hebben zelden een hoge functie uitgeoefend. De generatie die er nu aankomt zal het gat in het aanbod verder opvullen en ik denk dat dat probleem over vijf jaar opgelost zal zijn.

 

Zeg dus niet te gauw, het is weer een vrouw...



de hervorming van het curriculum Geschiedenis
19/04/2015
🖋: 

Studenten die Geschiedenis studeren hebben één ding met elkaar gemeen: ze trotseren stoffige archieven uit liefde voor de studie van vergeten historische gebeurtenissen en structuren. Verder lopen de interesses uiteen. Sommige studenten kiezen de politieke geschiedenis van de Koude Oorlog, terwijl anderen zich liever verdiepen in de Bourgondische hofcultuur van de vijftiende eeuw. Maar wat met studenten die een meer globale historische interesse hebben? Het departement Geschiedenis van Universiteit Antwerpen zal vanaf volgend jaar ook deze studenten op hun wenken bedienen. Dat zal gebeuren door een hervorming van het curriculum. dwars zocht uit hoe de vork precies in de steel zit.

“De hervorming zoals ze er nu voor ligt, zal vooral gevolgen hebben voor de nieuwe studenten geschiedenis,” legt Anaïs Walraven uit. Zij is Stuver voor het departement Geschiedenis en zat mee rond de tafel bij het uittekenen van de hervorming. Het is de bedoeling dat er vanaf volgend jaar een nieuwe specialisatie bijkomt binnen het departement Geschiedenis. “Concreet gaat het om een nieuwe vakkencluster die Islamic Worlds zal gaan heten,” aldus Anaïs. Dit zorgt voor enkele veranderingen in het bachelorprogramma voor de nieuwe studenten. Geschiedenis van de oudheid bijvoorbeeld – vroeger een vak in het eerste jaar van de opleiding – zal nu elke 2 jaar gedoceerd en afgewisseld worden met een nieuw verplicht vak, namelijk Introduction to the History of Islam. Ook zullen de studenten twee nieuwe keuzevakken kunnen opnemen, die eventueel kunnen worden ingevuld door andere departementen die lessen aanbieden over gebieden met een islamitische cultuur.

 

eurocentrisme doorbreken

Maar de hervorming van het departement zal verder gaan dan dat. “Het is de bedoeling dat er ook een nieuwe pijler aan de huidige kruisstructuur wordt toegevoegd,” vertelt Anaïs. Vanaf het derde jaar kiezen studenten Geschiedenis voor een periode en een specialisatie. Naast politieke, socio-economische of culturele geschiedenis van de middeleeuwen, nieuwe of nieuwste tijd, kunnen studenten nu ook kiezen voor de pijler Islamic Worlds. Bovendien is het de bedoeling dat studenten de mogelijkheid krijgen een bachelor- en masterscriptie te schrijven binnen de nieuwe cluster. “De hervorming zal volledig zijn voor nieuwe studenten Geschiedenis, maar studenten die nu aan hun tweede of derde jaar zullen beginnen, krijgen ook al de mogelijkheid om een vak van de nieuwe cluster op te nemen,” aldus Anaïs.

 

Om al deze veranderingen mogelijk te maken, heeft het departement Geschiedenis twee nieuwe professoren aangeworven. Het gaat om prof. dr. Isa Blumi en prof. dr. Malika Dekkiche. dwars sprak met deze laatste. Zij studeerde af in Luik en geeft, behalve in Antwerpen, ook les in Gent. Haar specialisatie is de middeleeuwse geschiedenis van het Midden-Oosten en haar onderzoek gaat over diplomatieke contacten van islamitische rijken in de middeleeuwen en de vroegmoderne periode. “Volgend jaar zal ik de bachelorscriptie en de masterproef begeleiden, samen met professor Blumi. Het thema zal 'mobiliteit en uitwisseling' zijn. Dit is een zeer breed thema waar veel bronmateriaal over te vinden is. Bovendien zullen studenten de keuze krijgen om deze uitwisseling met een Europese of een islamitische bril te bekijken. Ik zal ook andere vakken doceren zoals Introduction to the History of Islam en Islamic Worlds 600-1600 in de bachelor. Bovendien zal ik, net zoals dit jaar, in samenwerking met professor Stabel het mastervak Black Death in Europe and the Middle East begeleiden,” vertelt professor Dekkiche.

 

globaal denken

Al deze vernieuwingen roepen toch wel enkele vragen op. Waarom is de Islamic Worlds-cluster een meerwaarde voor de richting Geschiedenis? Anaïs legt me uit dat het departement Geschiedenis van Universiteit Antwerpen zo de kans krijgt zich te profileren. “Europese historici worden zeer eurocentrisch opgeleid. Verschillende vakken in de opleiding wijzen nu al op dat probleem, maar met de nieuwe cluster wil het departement daar ook echt iets aan doen. Verder mogen we niet vergeten dat er steeds meer studenten van allochtone afkomst zijn, met vaak een islamitische achtergrond. Ook deze groep warm maken voor een opleiding Geschiedenis is een goed idee. Het aantrekken van gerenommeerde historici als Malika Dekkiche en Isa Blumi zorgt bovendien voor nieuw bloed in het departement en dat is nooit slecht,” weet Anaïs. “De trend bij alle grote Amerikaanse universiteiten – en nu ook meer en meer bij Europese – is 'to think globally'. Meer en meer niet-westerse clusters worden aangeboden aan geschiedenisstudenten. De keuze voor een cluster Islamic Worlds is perfect, gezien de zichbaarheid van de islamitische cultuur als globaal fenomeen vandaag. Universiteit Antwerpen is de eerste universiteit in België die dit soort clusters aanbiedt,” voegt professor Dekkiche hieraan toe.

 

Toch is het niet vanzelfsprekend om vakken over islamitische culturen aan Antwerpse studenten aan te bieden. Daarom organiseerden de studentenvertegenwoordigers van het departement Geschiedenis en enkele medestudenten hierover onlangs een algemene vergadering voor alle studenten en professoren Geschiedenis. Daaruit bleek dat een van de grote angsten van studenten de taalbarrière is. “Arabisch leren is natuurlijk niet gemakkelijk,” zegt Anaïs, “maar er is in Amerika een grote tendens van het vertalen van Arabische bronnen op gang gekomen. Er is dus geen tekort aan bronmateriaal dat vertaald is.” Professor Dekkiche vertelt ook dat het op termijn de bedoeling is dat studenten taalklassen Arabisch en zelfs Perzisch kunnen volgen. Daarvoor zal waarschijnlijk een samenwerking met Linguapolis worden uitgebouwd. Ook contacten leggen met andere universiteiten om ook tijdens Erasmusverblijven en summerschools dit soort taalklassen te kunnen aanbieden is belangrijk. “Maar voor de bachelorscriptie is het werken met vertalingen voldoende. Bachelorscripties in de cluster Islamic Worlds zijn dus niet anders dan andere bachelorscripties,” benadrukt ze. Voor een doctoraatstudie over Islamic Worlds is die talenkennis echter wel vereist.

 

een ontmoeting van culturen

Anaïs heeft van enkele studenten echter ook islamofobe reacties gekregen. “Daarvan ben ik eigenlijk een beetje geschrokken. Er was bijvoorbeeld iemand die zei dat het ongehoord was dat een 'minderwaardige' religie in de kijker werd gezet. Maar de vakkencluster gaat niet over religie alleen. Het gaat over een kennisuitwisseling tussen culturen, die al eeuwen bestaat.” Ook professor Dekkiche vertelt over enkele misverstanden wanneer ik haar vraag naar reacties van professoren en studenten. “Het woord 'Islam' in de naam van de cluster verwijst veel meer naar de cultuur dan naar de religie. In de vakken zal het dan ook niet over moslimgemeenschappen in de strikte zin van het woord gaan, maar over gemeenschappen die te maken hadden met islamitisch gezag. Daaronder vallen dus ook joodse en oosters-christelijke gemeenschappen. Bovendien zal er ook gefocust worden op de contacten met Europa, China en India, die altijd relaties onderhielden met de islamitische wereld.”

 

Over het algemeen zijn de reacties echter positief. “Vernieuwing is niet altijd slecht, maar je moet ook niet vernieuwen om te vernieuwen. Bij sommige ideeën hadden wij als studentenraad dan ook enkele bedenkingen, maar in samenspraak met professoren en assistenten zijn we tot een compromis kunnen komen waar beide partijen vertrouwen in hebben. Dit programma kan echt een meerwaarde zijn,” besluit Anaïs. Professor Dekkiche verwacht alvast een groot succes: “Ik hoop dat de studenten het potentieel zullen zien van deze nieuwe cluster voor hun persoonlijke en professionele ontwikkeling en dus op zijn minst voor een aantal van de nieuwe vakken zullen kiezen." Studenten Geschiedenis zijn immers gemakkelijk tevreden: lang vervlogen tijden zijn voor hen genoeg. En de tijd? Die vervliegt in Christian Worlds even snel als in Islamic Worlds.



opinie
19/04/2015
🖋: 
Auteur extern
Jonas Craeynest en Saena Chakkar

De leden van Studenten Troef haalden vorig najaar meermaals het Antwerpse en nationale nieuws vanwege hun protestacties. Tegenwoordig lijkt het echter alsof de organisatie niet meer actief is. Om dit gerucht uit de wereld te helpen, benaderde Studenten Troef onze redactie. In dit opiniestuk leggen Jonas Craeynest en Saena Chakkar uit hoe Studenten Troef ontstaan is. Ze duiden op de huidige relevantie van de organisatie en doen uit de doeken wat er ondertussen verwezenlijkt is.

Bourgeois, Crevits, van ons krijg je niets!

Agora café, augustus 2014. Een groep studenten verzamelt om te zien hoe ze een protestactie op poten kunnen zetten. De directe aanleiding was de aankondiging van Minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) om streng te besparen en het inschrijvingsgeld te verhogen. Zo zou er op hoger en middelbaar onderwijs samen zo’n 850 miljoen euro bespaard worden en zou het inschrijvingsgeld aanzienlijk stijgen.

 

Na deze eerste zomerse vergadering kwam er aan het begin van het academiejaar een protestbeweging op gang van studenten die zich zorgen maakten over de toegankelijkheid en de kwaliteit van hun onderwijs. Meteen bij de officiële opening van het academiejaar lieten studenten van zich horen in Brussel en de Vlaamse Universiteitssteden. Hier in Antwerpen werd er een vliegend spandoek gelanceerd bij de aankomst van minister Crevits. En zo werd de aftrap gegeven voor een hele reeks van protesten met als baseline: “Bourgeois, Crevits, van ons krijg je niets!”

 

besparingen in het onderwijs, een oud spook

Het is niet de eerste keer dat de buikriem wordt aangehaald in het onderwijs; de laatste jaren is duchtig bespaard. Sinds 2008 moeten de hogescholen volgens de Vlhora (Vlaamse Hogenscholenraad) met 22 procent minder middelen per student werken. Dat is buiten de besparingen gerekend die de huidige Vlaamse regering plant. Dit vertaalt zich in steeds groter wordende klassen, richtingen die worden geschrapt, gebouwen die in slechte staat verkeren en kwaliteit van de opleidingen die vermindert. Maar ook het personeel heeft het steeds zwaarder te verduren. Zo loopt volgens een intern onderzoek zo’n derde van het zelfstandig academisch personeel aan Universiteit Antwerpen risico op een burn-out door de verhoogde werkdruk. Voor Studenten Troef is de eis voor een verlaging van de werkdruk bij het personeel dan ook een belangrijk punt dat naar voor geschoven wordt.

 

protest in verschillende kleuren en vormen

Een volgende stap in het protest was de nationale betoging in Brussel van 2 oktober, waar zo’n 3.000 man aanwezig was. Op de betoging werd strijdbare taal gesproken. Later in het academiejaar zijn er nog verschillende acties ondernomen, debatten gevoerd en lezingen gegeven over hoe ons onderwijs er in de toekomst zou moeten uitzien. In Antwerpen hebben we als volgende actie een pleinbezetting gepland. Er werden referenda gehouden waaruit bleek dat zo’n 90 procent van de studenten aan de verschillende faculteiten van Universiteit Antwerpen tegen de verhoging van het inschrijvingsgeld waren. Er werden ook sit-ins en flash-mobs gehouden en enzovoorts.

 

De verhoging van het inschrijvingsgeld is nefast voor de toegankelijkheid van ons onderwijs, dat ondanks de massificatie ervan weinig of geen democratisering kent in de sociale achtergrond van de studenten. Studenten Troef Antwerpen komt op voor democratisch onderwijs dat toegankelijk is voor iedereen en waarbij er een oproep wordt gedaan om 7 procent van het Belgisch BNP in onderwijs te investeren, net zoals dat in de jaren '70 was.

 

al dat protest, waar leidt dat toe?

Naast het feit dat onderwijs een cruciale maatschappelijke functie heeft en dus zeker aandacht verdient, levert protesteren ook echt iets op. In het begin van het academiejaar was er nog sprake van ongeveer een verdubbeling van het inschrijvingsgeld. Na overleg met de voorzitter van de VVS (Vlaamse Vereniging voor Studenten) liet de minister duidelijk weten niet van dat bedrag af te willen wijken. Na meer betogingen, petities en aanhoudende protesten is de verhoging ‘beperkt’ gebleven tot 890 euro. Er staat een organisatie op poten waarin alle studenten op basis van een gemeenschappelijk standpunt kunnen samenwerken, los van hun politieke voorkeur en actie voeren. En tenslotte is het juist belangrijk dat zeker wij, als studenten, de discussie over de toekomst van ons onderwijs blijven voeren.

 

samen tegen besparingen!

Studenten Troef heeft in Antwerpen een actieve werking. Op 6 mei organiseren wij een bezetting van het Mechelseplein, waarbij we optredens van lokale artiesten willen afwisselen met sprekers en workshops, om een duidelijk signaal te geven dat het besparen op de kap van het onderwijs een verkeerde keuze is en wij niet akkoord zijn met de genomen maatregelen. Langskomen is de boodschap!

 

 

Wilt u reageren op dit artikel of zelf een gastartikel schrijven? Stuur een mail naar contact@dwars.be



de dwarsligger
18/04/2015
🖋: 

De homo sapiens studentus, of dwarsligger in de volksmond, is een bijzondere soort. Naast de kenmerkende activiteit van studeren, staan de exemplaren van dit ras vooral bekend als genieters van het (nacht)leven. Hebben zij ook andere geheimen prijs te geven? dwars zoekt het uit in hun natuurlijke habitat: het kot. Deze maand speelt Emily Janssens (Engels - TFL) vanuit de orkestbak contrapunt.

ad capellum

Hoor daar die vertrouwde tonen opborrelen uit de kelen van onze studenten! Hoe ze zacht kwaken in het bleke licht van de maan. Onze dwarsligster, Emily, houdt voet bij stuk: zij drinkt niet mee. Geen bier of wijn voor haar, schenk liever iets dat haar wél smaakt. Het vergt wilskracht om niet met de stroom mee te gaan, om “neen” te zeggen. Waar anderen bakken leeggoed verzamelen, zie ik bij Emily enkel hopen karakter.

 

’s Anderendaags is Emily dan ook het orakel van haar vriendenkring. Zij heeft een klare kijk op het verleden, meer bepaald afgelopen nacht. Zij weet elke faux pas van haar vrienden op te roepen uit haar nuchtere geest en brengt elk gênant detail opnieuw aan het licht.

 

rozensmeur en manenkwijl

Dat je jaren als student de mooiste van je leven zijn, betekent niet dat het ook de makkelijkste zijn. Emily werkt hard voor haar studie en onderhoud. Naast fulltime student (overdag), is ze ook babysitter (’s avonds) én bakkersmeisje (’s weekends). Ze krijgt van de bevoegde instanties een volledige studiebeurs om haar te helpen, ook haar moeder steekt, waar mogelijk, een handje toe. Vanaf juli zal ze ook ‘zelfstandig student’ zijn. Dat houdt in dat ze op haar kotadres gedomicilieerd zal zijn, ze haar eigen kindergeld zal ontvangen en beheren, enzovoort.

 

Tegenover dit harde werken staat natuurlijk wel de beloning en het besef dat al wat ze bereikt, ook haar eigen verdiensten zijn. Hoe velen onder ons kunnen in eer en geweten zeggen dat hun luxe en studie niet grotendeels cadeau gegeven is?

 

verTell me meer

Het had me niet mogen verbazen dat haar scherpe, doordringende blik een opmerkelijk talent verborg. Zij is heer en meester over de vlucht van pijlen en kogels. Waar zij wil, daar zullen haar projectielen treffen. Al oefent Diana bij gebrek aan tijd voorlopig niet, toch scoorde ze telkens erg hoog wanneer ze in een schietclub oefende. Let wel: als we het hebben over wapens, hebben we het over wapens. Geweren schieten met échte kogels en een boog heeft geen hypermoderne katrollen en dergelijk. Zulke prullen zijn een disgrace voor de sport.

 

Als quaestor van De Flamingo’s houdt zij ervan jaarlijks een schacht te kopen. Hierin licht Emily de sluier van de ijsberg op: “Het is superleuk om schachten te intimideren.” Zag ik haar ogen even fonkelen?

 

Bovenop dit alles schrijft ze ook nog poëzie en proza, waarmee ze in het verleden al voorrondes van de Kunstbende heeft gewonnen. Tot slot dus deze raad: onthoud haar naam, zodat je niet uit de lucht komt gevallen wanneer ze over enkele jaren opnieuw in de pers komt als winnares van literatuurprijzen.