aanbevelingen voor studieontwijkend gedrag #1
02/01/2015
🖋: 

De examenperiode is weer aangebroken en dat maakt ons studenten weer de meest productieve wezens ter wereld! Als we niet zwetend boven de boeken hangen, breken we records op bestofte spelletjes, beginnen we verwoed op te ruimen of hangen we nostalgisch voor de buis wanneer er jeugdseries uitgezonden worden. Redactrice Anouk begon te prullen met een cursusblad en eindigde met een pinguĂŻn!

Voor diehards is het maken van een Origami pinguĂŻn een lachertje, voor beginners is dit het perfecte figuurtje om indruk te maken op je boeken! Bovendien is het verkregen vouwwerkje uitstekend gezelschap om je de examenperiode door te slepen. Laten we dus maar snel beginnen voor je pauze afgelopen is!

 

Om te beginnen neem je het saaiste, meest moeilijke blad uit een willekeurige cursus die je toch niet van plan bent deftig te bezien. Van dat intimiderend A4 blad maak je een perfect vierkant. (Een snelle opfrissing voor de niet-wiskundige student: een vierkant is een driehoek met een chromosoompje meer.) 

 

Plooi je mooi gescheurd (perfectionisten knippen) diagonaal in twee. Nu heb je een driehoek. Zie tekening 1.

 

In de volgende stap schiep God vleugeltjes door het bovenste bladje te nemen en om te plooien. Aldus creĂ«ren we nog een driehoekje. Zie tekening 2. Draai je kunstwerkje om en doe hetzelfde aan de andere kant.

 

Neem nu het bovenste hoekje vast met beide handen. (Onhandige, faalangstige studenten die nu al trillen van de stress en niet meer helder kunnen nadenken, we verduidelijken dit graag! Elk hand wordt gewoon verondersteld een andere kantje vast te hebben.) Draai de kantjes naar buiten. Zie tekening 3.

 

 

Tijd om de toekomstige pinguïn alvast van een staartje te voorzien! Neem nu het onderste hoekje weer met twee handen vast. (Als je niet meer weet hoe dit moet, kun je misschien beter eerst een dutje doen en opnieuw beginnen
) Voor de lieve mensjes die nog mee zijn: deze keer draaien we het hoekje naar binnen in plaats van naar buiten. Als deze verwoording te ingewikkeld is voor de vermoeide geest, moet je maar even tekening 4 bekijken.

 

De pinguĂŻn moet nu enkel nog maar een lief snoetje krijgen! Hiervoor plooien we het hoofdje open, zodat we een mooi plat oppervlak krijgen zoals te zien is op tekening 5. Plooi het spitse kantje naar binnen. Dat mag je nu nog een keertje doen. Je plooit dus als het ware het puntje terug naar de ander kant, zodat het iets over de rand uitsteekt. Zie tekening 6.

 

 

Het enige wat ons nu nog te doen staat is dit deeltje terug in twee plooien zodat we terug de vorm zoals in tekening 4 krijgen. Zie tekening 7.

 

 

Je hebt nu een nieuw vriendje! Is het geen schatje? Mwah!



in da club
31/12/2014
🖋: 

De student kent een druk bestaan. Nog niet volledig bekomen van de avond voordien, ontwaakt hij op het onmenselijke middaguur. Terwijl hij zijn ontbijtgranen doorspoelt met een halve liter Cara Pils, leert hij de laatste strofe van het Io vivat uit zijn hoofd. Het volgen van zijn lessen staat vandaag niet op het programma, zijn vertrouwde clubje wel. dwars neemt een kijkje bij de verscheidene studentenverenigingen in Antwerpen en volgt regelateurs, lintjesmensen en zwerkbalspelers. Redactrices Elise en Maxene nemen ons eindelijk mee naar een zwerkbaltraining. Niet naar onze geliefde Griffoendorploeg, maar naar een van de dolle Dodo's.

Een koude, donkere dinsdagavond op sportpark Ruggeveld in het Rivierenhof te Deurne. Een elftal dertigers met bierbuiken proberen hun midlifecrisis te ontkennen tijdens een recreatieve amateurvoetbalmatch. Maar op een veldje helemaal achteraan zien we een iets minder alledaags fenomeen aan de gang. Het is namelijk de locatie waar de Deurne Dodo's iedere week intensief trainen met als motto “extinction can't stop us”. De sport die ze beoefenen zal u allen wel bekend zijn van de Harry Potter boeken en films: zwerkbal. Na het bijwonen van hun oefenmatch zijn twee dingen zeker: de dodo's zijn nog niet uitgestorven, en zwerkbal is geen sport voor mietjes.

 

 

De Deurne Dodo's zijn zonder twijfel toppers in het Belgische zwerkbalwereldje. Op een discrete manier wordt er gesuggereerd dat ze eigenlijk beter zijn dan de nationale ploeg die in augustus ons landje vertegenwoordigden op de Global Games in Canada. Daar strandden de Belgian Qwaffles dan ook op de laatste plaats. Om naar Canada te reizen is de geldbuidel van de Dodo's nog te klein, maar tripjes op het Europese continent kunnen er nog wel van af; onlangs hebben ze de Paris Frogs nog ingemaakt met 230-120.

 

Ook buiten Antwerpen zijn er sportieve dreuzels die graag met pvc-buizen tussen hun benen rondrennen. Alliteraties zijn magisch modieus: Hasselt Horntails, Ghent Gargoyles, Leuven Leprachauns... Maar ook de naam van onze nationale ploeg weet taalfetisjisten wereldwijd te bekoren met een woordspeling op de Engelse benaming van de slurk en de bekendste Belgische zoetigheid: de Belgian Qwaffles. Laurens van de Ghent Gargoyles legt uit dat de meeste zwerkbalploegen in België community teams zijn, wat inhoudt dat iedereen lid mag worden. De Deurne Dodo's zijn momenteel ook nog een community team, maar Louis Lermytte, de kapitein van de Deurnese ploeg, heeft laten weten dat er plannen zijn voor een samenwerking met Universiteit Antwerpen! Universiteitsteams zijn al populair in Amerika en Groot-Brittannië.

 

 

Wegens gebrek aan magie gaat dreuzelzwerkbal er iets anders aan toe dan de sport die we kennen vanuit de Harry Potter boeken en films. Vliegen komt er niet aan te pas, maar Fobe Knockaert hoopt op vliegende bezems in de toekomst. Als alternatief voor de klassieke bezemstelen zoals de Nimbus 2000 of Vuurflits, gebruiken de Deurnese spelers pvc buizen. Die zijn veel sterker en ook goedkoper, waardoor de bezemstelen enkel voor belangrijke wedstrijden worden bovengehaald. Bovendien vindt u deze in vrijwel iedere doe-het-zelfzaak, als u al zin krijgt om zelf een potje zwerkbal te gaan spelen (al zou een gewone keerborstel waarschijnlijk ook kunnen dienen).

 

Misschien nog creatiever zijn de schamele hoepels op een stokje die de meters hoge ringen vervangen waarin gescoord moet worden. De bal kan deze constructie beter niet raken, want dan moet het spel even stopgezet worden om het weer in elkaar te knutselen.

 

 

De Gouden Snaai is dan weer een in het goud gehulde neutrale speler die – in de aard van het vanouds bekende spel tikkertje – de twee zoekers moet ontwijken. Aan de achterkant van de broek hangt een kous met een tennisbal in. De snaai mag in principe gaan en staan waar die wil, al liet de kapitein van de Leuven Leprachauns weten dat in bomen klimmen niet meer is toegestaan.

 

Er waren geen valpartijen vanop stratosferische hoogte, noch werden er pvc-buizen versplinterd of snaaien ingeslikt. Desondanks gaat het er hard aan toe: tackelen en het gezicht van de tegenstander bekogelen met volleyballen, is toegestaan.

 

 

Voor de popelende Potterfans, trek uw gewaad aan en aanschouw de dolle Dodo’s training op een dinsdagavondje om 20.00u.

De harten van deze dwarsers kloppen alvast vol verwachting voor de zwerkbaltoekomst op onze eigen Universiteit Antwerpen.



wat wij kunnen leren van Afrikaans leiderschap
29/12/2014
🖋: 
Auteur extern
Astrid Buysse

Afgelopen zomer reisde ik af voor mijn werk bij Healthy Entrepreneurs naar Rwanda en Burundi. Ik vloog op Kigali in Rwanda. Het was niet de eerste keer dat ik naar Afrika zou gaan en op basis van mijn vorige ervaringen verwachtte ik opnieuw een achtergesteld ontwikkelingsland aan te treffen. Niets was minder waar: ik kwam in een bruisende en moderne metropool terecht. Hoe hebben ze het voor elkaar gekregen om dit land 20 jaar na de genocide weer op te bouwen?

 

Rwanda en de genocide

Het is zaterdag 26 juli 2014, mijn eerste dag in Rwanda. Ik sta om half 7 op en doe mee aan Umuganda: het moment van de week dat iedereen zich inzet voor hun buurt. Ik help mee met het schoffelen van perkjes. Daarna volgt een groepsdiscussie over o.a. de zorgverzekering en de organisatie van het buurtfeest. Het is prachtig om te zien dat iedereen zo betrokken is bij hun gemeenschap. Amper 20 jaar geleden was dit nog ondenkbaar.

Om me te verdiepen in de geschiedenis van het land heb ik die avond meteen de film ‘Hotel Rwanda’ gekeken. Na een slechte nacht met de nare beelden van de film nog in mijn hoofd, ging ik de volgende dag naar het memorial center in Kigali om meer te weten te komen over de genocide van 1994. De Belgische koloniale macht bepaalde of iemand Hutu of Tutsi was op basis van het aantal koeien en de vorm van de neus. De Tutsi’s, die in de minderheid waren, kregen allerlei privileges toebedeeld om de Belgische belangen te dienen. Vlak voor de dekolonisatie werd de macht aan de Hutu's overgedragen, die al lang haat koesterden voor de Tutsi’s. Een radicale Hutu-overheid leidde vervolgens een decennialange campagne tegen de Tutsi-minderheid. Dit ontaardde uiteindelijk in de genocide van 1994.  In drie maanden tijd werden meer dan één miljoen mensen afgeslacht, gemiddeld 10.000 doden per dag (op een totale bevolking van 8 miljoen).

Wanneer ik het memorial center verlaat, besef ik dat vrijwel iedereen op straat schuldig aan of slachtoffer van deze vreselijke periode is. Hoe kan het dat men nu zo vreedzaam naast elkaar leeft en op zaterdagochtend gemoedelijk met elkaar het onkruid staat te wieden?

 

 

Opbouw na de genocide


..the spirit of reconciliation is absolutely critical in uniting a country and in focusing the attention on those positive aspects of society where good men and women will have the maximum contribution to make towards the development of the country. But without reconciliation, if you react in response to your emotions, you can never lead a country. 
. Quote van Nelson Mandela, uit ‘Madiba’s Speech, June 2002

 

 

Rwanda heeft een stormachtige ontwikkeling doorgemaakt. Onder heerschappij van president Kagame is het piepkleine Rwanda getransformeerd van ‘drama’ tot ‘wonder van Afrika’. In een interview met de Volkskrant zegt Kagame het volgende: "De genocide heeft ons veel geleerd over intolerantie. Omdat hier zulke inhumane dingen gebeurd zijn, hebben we een verbetenheid om te veranderen", verklaart hij de vooruitgang in Rwanda. 'We'. Net zoals de meeste Rwandezen, vermijdt Kagame de woorden Hutu en Tutsi. Divisionisme is in Rwanda verboden.

 

Sinds 1994 heeft Kagame ingezet op ontwikkeling en verzoening. EĂ©n van de maatregelen was het oprichten van ‘Gacaca-courts’.  De gevangenissen puilden uit na de genocide en de gewone rechtbanken konden alle zaken niet aan. Het zou tientallen jaren duren voor iedereen zou zijn berecht. De Gacaca rechtbanken zijn geĂŻnspireerd op de traditionele manier van conflictresolutie. Gacaca vertrekt vanuit een systeem van participatie van de gehele Rwandese bevolking: het vindt plaats in de eigen omgeving van de verdachte en de rechter is ook iemand uit de regio. Voor de meer dan 12.500 Gacaca-rechtbanken in Rwanda zijn bijna twee miljoen mensen verschenen. Hoewel er ook kritiek was op de procedures van de rechtbanken en de behandeling van verdachten, hebben de Gacaca-tribunalen veel bijgedragen aan de etnische verzoening en een beter begrip van wat er in 1994 is gebeurd. Hoe dit heeft geleid tot een transformatie van het land is dan ook indrukwekkend.

Het land dat toen op alle vlakken in puin lag, is nu een van de veiligste van het continent. Hoeveel klinieken en ziekenhuizen in 1994 ook waren verwoest, in 2008 woonde de meerderheid van alle Rwandezen niet verder dan vijf kilometer van een gezondheidspost. De economie groeit jaarlijks met gemiddeld zeven procent, bijna iedereen heeft een zorgverzekering en nagenoeg alle kinderen gaan gratis naar school. De meerderheid van de parlementariërs (65 procent) is vrouw - uniek in de wereld - en anders dan in de meeste Afrikaanse landen is homoseksualiteit niet strafbaar.

 

 

Verbindend leiderschap: Ubuntu

Afrika heeft de wereld iets te geven, iets waar de hele wereld met smart op zit te wachten – een herinnering aan het feit dat we meer zijn dan de som der delen. We zijn geschapen om samen te zijn, om relaties te hebben. Desmond Tutu in God heeft een droom.

 

Wat typeert de leiderschapsstijl van Kagame? En wat zijn overeenkomsten met andere grote leiders die hun roots hebben in Afrika? Charismatische mensen als Nelson Mandela, Kofi Annan, Desmond Tutu, Paul Kagame en Barack Obama worden geroemd om hun vermogen tot verbinden en hun doortastendheid. Het zijn leiders die beschikken over visie, lef, passie en compassie. Bouwers, vredestichters en vechters voor gelijke rechten.

 

De Afrikaanse filosofie Ubuntu, ‘Ik ben omdat wij zijn’, is wezenlijk onderdeel van hun leiderschapsstijl. Rwandezen passen deze humanistische filosofie toe in alle sectoren; van politiek, rechtspraak en religie tot gezondheidszorg, onderwijs en economie.

 

Ubuntu is het diepgewortelde mensbesef, dat wij allen onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. De essentie van ‘Ubuntu’ is de fundamenteel andere zienswijze op de waarde van het individu. Ligt bij ons in de Westerse wereld de nadruk op het optimaliseren van het individu, van het ego, bij â€˜Ubuntu’ geldt: mijn waarde wordt bepaald door mijn betekenis voor anderen. In de literatuur over deze Afrikaanse filosofie staat de mens in het middelpunt van het denken. De mens wordt echter niet primair als individu beschouwd, maar als individu in de gemeenschap. ‘Ik ben omdat wij zijn’, in plaats van onze westerse Descartes-overtuiging ‘ik denk dus ik ben’.

 

De onderliggende waarden van het Ubuntu-principe zijn menselijkheid, mededogen, gelijkheid, tolerantie en respect. In tegenstelling tot individualistische culturen, worden doelen in Afrikaanse culturen bereikt door broederlijke zorg, vrijgevigheid en aandacht voor behoeften van anderen. Belangrijk is het begrip voor dilemma’s van anderen en hen te helpen ook al moet je daarvoor je eigen belang opzij zetten. Toen ik de film ‘Invictus’ zag, werd mij echt duidelijk wat hiermee bedoeld wordt. Deze film laat zien hoe Mandela zijn eigen emoties opzij zet om een hoger doel te bereiken, namelijk dat van een verenigd Zuid-Afrika waar blanke en zwarte mensen vredig naast elkaar leven.

 

 

Ubuntu en de gezondheidszorg

Ik heb veel inspiratie gehaald uit mijn verblijf in Afrika en de beginselen van Ubuntu en denk dat wij hier veel van kunnen leren. In de zorgsector staat veel te gebeuren. Om de kosten te beheersen wordt er een steeds groter beroep gedaan op de burgers en cliĂ«nten zelf. Ondertussen is de gezondheidszorg een complex speelveld waarin machtspelletjes niet onbekend zijn. Alleen samen kunnen we het hogere doel van een goede en betaalbare zorg voor iedereen bereiken. Daarvoor zijn leiders nodig die voor verbinding tussen groepen zorgen. Leiders die niet hun persoonlijke succes, maar het welbevinden van de gemeenschap centraal stellen. Leiders die in staat zijn ook anderen vanuit dit gedachtegoed te laten denken, met andere woorden: ik geniet goede zorg omdat ik er voor zorg dat anderen goede zorg genieten.



de dwarsdoorsnede
28/12/2014
🖋: 

dwars slijpt het virtuele fileermes en gaat langs de graat van boeken, films, series, games, muziek, theater, haarproducten en rubberen eendjes. Redactrice Maxene aanschouwde het fameuze rapduo Method Man en Redman.

Als je nog nooit naar een hiphop optreden bent geweest, schaam je. Schaam je diep want dit zijn de meest sfeervolle shows van ze allemaal. Zeiknat van het zweet, schor van het schreeuwen en meurend naar marihuana: heerlijk.

 

Te laat zoals het hoort, maakten de twee rappers hun entree op het podium. Ieder vergezeld door zijn eigen DJ. En als ik DJ zeg moet je niet denken aan DJ Jos op het jubileumfeest van je oma en opa. Al draaiend rond hun eigen as draaiden ze strakke oldschool beats. Deze mannen zijn ware kunstenaars met vinyl.

 

Voor wie Methodman en Redman niet kent: het is absoluut geen kleuter hiphop zoals bijvoorbeeld 2 Chainz. Clifford Smith (Methodman) komt van de heilige Wu-Tang Clan en Reginald Noble (Redman) is van Def Squad. Ze werken al twintig jaar samen en dit druipt er dan ook van af: het was een geweldig gesynchroniseerde performance. Terwijl Method Man moeiteloos op de beat zit, is Redman aan het C-walken. Elk nummer zijn de handjes in de lucht en de W van Wu-Tang wordt constant gevormd door de toeschouwers.

 

 

Hits zoals Y.O.U., How High  en Da Rockwilder zweepten het publiek immens op. De Roma zat tot aan de nok vol en geen enkele toeschouwer kon stilzitten. Het zou ook serieus stompzinnig zijn om niet mee te swingen: als je 30 euro neertelt om anderhalf uur twee rapartiesten te zien, moet je wel alles uit de kast halen. Op aanvraag van de twee werd er een gigantische moshpit gevormd helemaal vooraan in de zaal, high en zat kon het publiek toch nog voor de nodige opschudding zorgen. Aan het eind van het optreden werden T-shirts de lucht in gekatapulteerd en jawel, de rappers zelf ook. Crowdsurfen is niet meer toegestaan op Belgische festivals, maar rebellerend reikten de handen van het publiek naar hun idolen.

 

In de zaal zelf werd er ook entertainment voorzien. Om de vijf minuten trachtte een security medewerker van middelbare leeftijd sigaretten en jointjes te doven, maar dit was water naar de zee dragen. Een aantal man werd buitengesmeten, mijn gok is omdat ze een zestal Duvels op hadden bij een temperatuur van dertig graden. De stemming onder het publiek zelf was wel erg chill, er was veel liefde present voor de muziek en voor elkaar.

 

Even die avond voelde ik me als klein, blank meisje deel van een gigantische groep gangsters in De Roma. Zeer voldaan wandel ik naar mijn crib in de regen over de Turnhoutsebaan. Peace out.

 



Leo Bormans op Vrijdag van Sant'Egidio
23/12/2014
🖋: 
Auteur

dwars woonde de afgelopen Vrijdag van Sant'Egidio bij: een opiniereeks voor jongeren. Deze vrijdag sprak Geluksambassadeur en -wetenschapper Leo Bormans in de Carolos Borromeuskerk voor de vrijwilligers van Sant'Egidio die zich inzetten voor daklozen en wij mochten er bij zijn.

 

Hij sprak ons toe over hoe we ons eigen geluk en dat van andere kunnen vergroten. Fotografe Elise maakte een fotoverslag. Ga voor meer foto's naar onze facebookpagina.

 

 

Meer over de wetenschap van het geluk met Leo Bormans in dwars 92. In februari interviewen we de wetenschapper en de interessante lezing belooft dat het een inspirerend gesprek mag worden.

 



een studie van het team Vlaams Bouwmeester
10/12/2014
🖋: 
Auteur

In juli 2014 verscheen het opmerkelijke bericht in de media dat de nieuwe regering zonder de Vlaamse Bouwmeester (VB) door wil gaan. Niet alleen om de huidige situatie te relativeren, maar ook met de simpele vraag wat de maatschappelijke rol van de VB is, ging dwars op onderzoek uit. De voorbereiding tot het schrijven van dit stuk bestaat uit het bestuderen van het boek Een publieke opdracht, een gesprek met Anne Malliet, wie sinds 2001 werkzaam is voor de VB, en de recent vernieuwde website. In dit artikel zullen de evolutie, de middelen en het uiteindelijk belang van de VB aan bod komen.

de drie mandaten

Het team Vlaams Bouwmeester staat voornamelijk bekend om haar leiders. Bob van Reeth, Marcel Smets en Peter Swinnen hebben elk hun visie toegevoegd aan het huidige beleid van de VB. Voorafgaand aan de oprichting van de VB werd in 1985 kritiek geuit op de bouw van diverse overheidsgebouwen. De vraag rees of de belastingcenten wel goed werden besteed aan met name kantoorgebouwen, die als banale architectuur werden bestempeld. Naar voorbeeld van de Nederlandse Rijksbouwmeester werd de onafhankelijke organisatie genaamd 'team Vlaams Bouwmeester' opgezet. Vanaf 1999 werden de fundamenten gelegd onder leiding van Bob van Reeth (1999-2005). De achtergrond van de bouwmeester blijkt kenmerkend te zijn voor het werk van het team. Bob van Reeth als architect legde met behulp van de Open Oproep de nadruk op de kwaliteit van de architectuur, terwijl Marcel Smets (2005-2010) als stedenbouwkundige meer focuste op infrastructuur. Rekening houden met de voorganger en juist iets nieuws toevoegen aan het bestaande is kenmerkend voor de evolutie. Zo bracht Peter Swinnen (2010-2015) als architect een meer beleidsmatige aanpak en kwam er aandacht voor innovatietrajecten zoals de pilootprojecten.

 

instrumenten

Het team Vlaams Bouwmeester is organisch gegroeid en heeft in haar vijftienjarig bestaan diverse instrumenten ontwikkeld. Met dit instrumentarium proberen ze de diversiteit op het gebied van kunst, architectuur en ruimtelijke ordening te vergroten. Twee van deze instrumenten zijn de Open Oproep en het ontwerpend onderzoek, kenmerkend voor de VB.

 

De Open Oproep kan worden gezien als een prijsvraag waar vijf architectenbureaus worden geselecteerd om een ontwerp te maken voor een bepaalde plek. De VB beheert een portfolio 'register van architectenbureaus' waaruit tien anonieme kandidaten worden gekozen. In samenspraak met de opdrachtgever worden vijf portfolio’s uitgekozen die tegen een vergoeding een ontwerp mogen opstellen. Dit is anders dan bij de gebruikelijke prijsvragen, waar de architecten op eigen kosten een ontwerp maken. De tijd en energie die hiermee verloren gaat, kan ervoor zorgen dat jonge en buitenlandse bureaus minder gemotiveerd zijn om deel te nemen. Een geslaagd voorbeeld van de Open Oproep is het Theaterplein in Antwerpen, waar het architectenduo Secchi en Vigano het beste ontwerp indiende. De Italiaanse architecten realiseerden een indrukwekkende overkapping waarmee zij het kale plein weer tot leven brachten.

 

 

Het ontwerpend onderzoek kan onderverdeeld worden in twee categorieĂ«n: de Pilootprojecten en het Labo Ruimte. Beiden hebben hun eigen invalshoek, maar de integrale samenwerking blijft altijd centraal staan. De Pilootprojecten gaan uitdagingen aan zonder zich te laten beperken door de regelgeving van vandaag. De inzichten die worden opgedaan kunnen leiden tot het aanpassen van de regels die vandaag juist tegenwerken. Een studie naar wooncoöperaties werd aangehaald door Anne Malliet, waar op zoek werd gegaan naar een alternatief voor de overheersende lintbebouwing in Vlaanderen. Dit bracht haar onder andere bij de ZĂŒrichse woningbouwcoöperaties waar wonen en mobiliteit op een efficiĂ«nte wijze worden verweven. Het woonblok in Kalkbreite is namelijk boven op een tramdepot gebouwd, wat niet alleen een goede vorm van verdichten is, maar ook resulteerde in goedkopere woningen voor de nieuwe bewoners.

 

Het Labo Ruimte is een meer wetenschappelijk onderzoek waar de ambitie op de zijlijn meekijkt. De samenwerking tussen de VB en Ruimte Vlaanderen is cruciaal voor dit instrument. Het onderzoek houdt zich voornamelijk bezig met projecten op landelijke schaal. Het gebruiken van hernieuwbare bronnen om onze dagelijkse behoeftes te kunnen uitvoeren staat centraal in het onderzoek Energielandschappen. Dit onderzoek benadrukt de groei van architectuur naar een meer allesomvattende discipline.

 

de toekomst

De VB heeft haar perspectief verbreed van het stimuleren van ontwerpers tot het maken van CO2-reducerende plannen. Met de Open Oproep en haar ontwerpend onderzoek levert ze een nuttige bijdrage aan de samenleving. Het stopzetten van de VB wil niet zeggen dat haar taken zullen verdwijnen. Over de transitie waarmee de VB in juli werd geconfronteerd, werd nog maar weinig gesproken. Voorlopig zijn er nog geen concrete voorstellen voor de herinrichting van de dienst. Volgens Anne Malliet zijn er twee mogelijke scenario’s: de VB zal terugplooien naar het architectuurbeleid van voorheen of er zal een commissie van deskundigen worden samengesteld waar ook Ruimte Vlaanderen toe behoort. In het laatste geval komt waarschijnlijk de onafhankelijkheid van de VB in het geding komen en de vraag is in hoeverre de werkmethode op meerdere beleidsdomeinen kan worden voortgezet. Aan het begin van volgend jaar zal hier meer duidelijkheid over komen. 

 



de dwarsdoorsnede
08/12/2014
🖋: 

dwars slijpt het virtuele fileermes en gaat langs de graat van boeken, films, series, games, muziek, theater, haarproducten en rubberen eendjes. Redactrice Anouk mijmerde niet alleen weg bij Milow, maar zag ook hoe film en fysica de handen ineensloegen in Interstellar.

Niets beter dan een avondje film met vrienden. Ons oorspronkelijke plan was om het verstand op nul te zetten met een nieuwe The Notebook, totdat iemand plots doorhad naar welke film hij meegesleept ging worden. Na een smekende ‘alstublieft’ van de vriend in kwestie hebben we dan maar kaartjes voor Interstellar gekocht.

 

de mensheid

Interstellar begint met een knap beeld van een bestofte en erg eenvoudig uitziende aarde. Schokje wanneer je opeens een laptop ziet liggen en er hypermoderne tractors over de velden rijden. Het is wel degelijk de aftakelende natuur die ons het primitieve beeld brengt.

 

We maken kennis met weduwnaar Cooper (Matthew McConaughey), een astronaut die ooit is neergestort door een computerfout en zich dan maar uit noodzaak overgeschakeld is op een carriĂšre in de landbouw. Dit laatste niet met volle goesting, maar lichtjes gedwongen door de enorme perspectiefwijziging van de bevolking: alles zetten op het binnenhalen van genoeg voedsel. Een monstertaak op de verstofte aarde. Alles dat zich hier niet op focust, moet verdwijnen. Zo ook lesjes over de ontdekkings- en ruimtereizen op school. Pijnlijk voor een astronaut, dat zie je al aankomen.

 

Gelukkig heeft zijn tienjarige dochter Murphy (Mackenzie Foy) zijn interesse in de wetenschap geërfd. Wanneer er op mysterieuze wijze boeken uit haar boekenkast vallen en er een streepjescode in stof op haar vloer valt, slaan vader en dochter de handen in elkaar. Ze kraken de vloercode en springen in de auto richting de ontdekte coördinaten. Blijkt dat ze zowaar een geheime vestigingsplaats van NASA binnenrijden. Door nog een extra onwaarschijnlijk toeval heeft diezelfde organisatie ook nog eens een astronaut nodig om mee op ruimtemissie te gaan, op zoek naar een leefbare nieuwe aarde. Na tegenwerking van Murphy, laat Cooper zijn gezin mét zijn nog steeds boze dochter achter om zich voor onbepaalde duur de ruimte in te laten schieten.

 

en de ruimte

Samen met Amelia Brand (Anne Hathaway), Doyle (Wes Bentley) en Romilly (David Gyasi) gaat Cooper doorheen een wormhole op zoek naar de planeten waarheen eerder al astronauten individueel de omgeving zijn gaan keuren en die daar – hopelijk nog levend – vastzitten. Na een catastrofale wending op de eerste waterplaneet, die werd veroorzaakt door een ietwat overbodige hysterie, krijgen we de relativiteitstheorie op een wel erg visuele manier uitgelegd. De astronaut die achter gebleven was op het ruimteschip, was plots twintig jaar ouder nadat de drie anderen twee uur doorheen een waterplaneet hadden gesparteld. Eyeopener. Hierna kijken we samen met Cooper naar de videoboodschappen van zijn zoon van de laatste twintig jaar. Zijn dochter laat zich niet meer zien tot op het moment dat ze even oud geworden is als hij wanneer hij vertrok.

 

Hier krijgen we nog eens menselijke gevoelens in beeld en wint de drang om terug naar huis te keren het bijna van de wetenschap. De reis gaat verder, met het idee dat er uiteindelijk een allesbepalende beslissing genomen moet worden door een leeglopende brandstoftank. Huiswaarts keren? Geluk hebben en op die laatst mogelijke planeet het nageslacht redden door het uitkweken van het meegebrachte DNA?

 

het verstand

Ploffend in de rode zetel verwachtte ik me aan een Star Trek-verhaal, inclusief de zoevende ruimteschepen. Niets van dat alles, integendeel. Op vlak van fysica is deze film een eyeopener. Een team van natuurkundigen is voor deze film bijeengekomen om een voorstelling te maken van een zwart gat. De uren die gespendeerd zijn aan berekeningen en opstellen van formules om de film te doen kloppen, is ronduit hallucinant. Hoewel deze redacteur nooit fan van het vakgebied is geweest, heeft Interstellar mij zin doen krijgen om me wat meer te verdiepen in dit onderwerp. Zonder het gevoel te hebben dat ik in één groot fysicalesje zat, zijn de begrippen relativiteit en wormhole mij duidelijk geworden. Met andere woorden: ik ben fan van deze samensmelting van fysica en film.

 

Ik zet wel graag nog wat vraagtekens bij het einde. Waarom zet je een groep knappe koppen bijeen om dan met een mooi fantasietje alles te doen eindigen met een happy ending? De producers hadden van deze prachtgelegenheid beter gebruik gemaakt om nog eens extra duidelijk te maken dat we beter alles hier proberen op te lossen in plaats van de oplossing elders te zoeken. Ik had graag een realistisch apocalyptisch verhaal gezien, zonder de ergerlijke overdreven geacteerde scĂšnes die in dit genre helaas regelmaat lijken te zijn.

 

en de belichaming

Af en toe mochten we wel een stukje proeven van zo’n scĂšnes, het personage dat Anne Hathaway vertolkte had bij mij volledig afgedaan na de hysterische reactie op de waterplaneet. Jessica Chastain, die de oudere versie van Murphy vertolkt, zag ik sinds the three of life enorm graag zag spelen. Maar hier oogt ze eerder zwakjes tegenover de hevige Mackenzie Foy. Die laatste zagen we eerder mooi wezen in de laatste twee verfilmingen van twilight! Ze bewijst hier dat ze ook een aardig stukje kan acteren.

De grootste complimenten gaan echter volledig naar Matthew McConaughey die hier een erg geloofwaardig personage neerzet en zo op eigen houtje de film overeind houdt. Ondanks dat het dilemma “ik verouder aan een veel trager tempo dan mijn kinderen” een wel erg ver-van-mijn-bedshow is, leefde ik helemaal mee met zijn personage.

 

Laat Matthew McConaughey dus de volgende keer maar weer meespelen in een science fiction film en ik zit weer in de zaal. Hopelijk dan nog steeds zonder zoevende ruimteschepen Ă©n zonder ingevuld zwart gat.



de dwarsdoorsnede
08/12/2014
🖋: 

dwars slijpt het virtuele fileermes en gaat langs de graat van boeken, films, series, games, muziek, theater, haarproducten en rubberen eendjes. Redactrice Anouk keek niet alleen naar Interstellar, maar voegde zich ook bij het concertpubliek van Milow.

April 2014. In een zeldzame zappende bui blijf ik hangen bij CafĂ© Corsari. Net wanneer ik de tv maar weer wil afzetten, wordt Milow aangekondigd, en blijf ik toch geboeid luisteren. De nieuwe cd Silver Linings van deze down to earth singer-songwriter die ik al in mijn jongere jaren draaide, wordt voorgesteld en ongeduldige redacteur van dienst kijkt meteen of ze deze niet live kan beluisteren. Check: zondag 23 november in Ancienne Belgique. Aftellen maar!

 

Zeven maanden later is diezelfde redacteur alweer bijna vergeten dat ze dit concert nog op de agenda heeft staan. Op weg naar de Brusselse concertzaal dommel ik bijna in bij het zien van de voorbijzoevende lichtjes. Gelukkig was ik niet de chauffeur van dienst. Eenmaal in Brussel ontwaak ik uit mijn ingedutte toestand en valt me voor het eerst de charme van de stad op. Mijn mood krijgt weer een boost wanneer blijkt dat het voorprogramma van Stephen Kellogg mij helemaal ligt.

 

Stephen Kellogg is een Amerikaanse versie van onze Jonathan Vandenbroeck, wie als voorprogramma met de Amerikaan meetoerde. Nu doen ze het net andersom. We mogen een anekdote over hun tĂȘte-Ă -tĂȘte aanhoren (over een hitsige kat die voor een slapeloze nacht zorgde) en wanneer deze Amerikaanse meneer ook nog mondharmonica blijkt te spelen, ben ik verkocht. Helaas wordt er dan een onesie for the little ones bovengehaald. Zelfs bij de meest gezellige en sympathieke concerten ontkom je niet aan sluikreclame.

 

Met een vijfkoppige begeleidende band stapt Milow dan het podium op. En hij stelt niet teleur. Het is de eerste keer dat echt alles beter klinkt dan op mijn kapotgedraaide cd’s. Oudere en nieuwe nummers worden gracieus afgewisseld, net als de posities op het podium. De kameraadschap spat van de bĂŒhne. De zaal wordt verdeeld in een ‘team Milow’ (jeeeeuj!) en een ‘team Tom’ (JEEEEUUUUJ!) en na de “hallo mama!” van de singer-songwriter en zijn uitzonderlijk goede bassist, lijkt het wel alsof we gewoon een steengoede repetitie bijwonen. Jammer genoeg wordt die indruk ook hier even onderbroken door weliswaar fijn verpakte reclame voor het merchandisestandje. Gelukkig zijn dat weer snel vergeten door de fijne bindteksten van onze zanger. Het gaat om verhalen over ingebeelde honden en andere dagdromen die misschien niet echt ter zake doen, maar wel het enthousiasme van het publiek extra aanwakkeren.

 

Naarmate de avond vordert, flitsen de jeugdherinneringen voorbij. Bij The ride waan ik me weer in een knusse zetel met de boekenreeks ‘Gone’. Voor even lijk ik nog eens een hele middag op het tapijt te liggen met een vriendin, terwijl Ayo Technology speelt. (Een nummer waarvan de tekst nu pas tot me doordringt. Mijn naïeve ik vond de videoclip toch maar iets vreemd. Dat mysterie is ook weer ontrafeld!) De nieuwe nummers kunnen me bekoren en vooral Mistaken en Against the tide worden pareltjes dankzij deze muzikanten. De afwisseling tussen de verschillende nummers maakt het boeiend en de overgangen van rustig akoestisch naar steviger gitaarwerk zijn erg geslaagd. Nogmaals: wat een sterke groep muzikanten staat er op dat podium!

 

Tijdens de stevige bisronde mogen we genieten van het duo Milow-Stephen (en de mondharmonica!) en van een humoristisch onderonsje tussen Tom en Milow waarin deze laatste zichzelf lekker relativeert. Milow maakt van de laatste nummers gebruik om zijn begeleidende muzikanten extra in de schijnwerpers te zetten. Dan sluit achtergrondzangeres Nina de avond af met een mooie laatste solo. Wanneer het dan echt, echt gedaan is en het licht in de zaal weer aanspringt, wordt er ook nog een dansje gedemonstreerd. Zagen we daar de moonwalk, Milow? Van een krachtig thuisconcert gesproken.



het virus dat zich als een lopend vuur door West-Afrika verspreidt

02/12/2014
🖋: 

Enkele maanden geleden brak de hel los in Afrika. Sindsdien verspreidt ze zich als een bosbrand door Sierra Leone, Guinee en Liberia. Duizenden mensen zijn al gestorven en dagelijks komen er honderden nieuwe zieken binnen in de behandelingscentra en ziekenhuizen. Hulpverleners en organisaties doen er alles aan om het onder controle te krijgen, maar de situatie is kritiek en ebola ligt aan de basis van de onrust in zowel Afrika als in Europa. dwars sprak met dr. Erika Vlieghe, nationaal ebolacoördinator van België en Sophie Gryseels en Benny Borremans, doctoraatsstudenten aan Universiteit Antwerpen die onlangs terugkeerden uit Guinee, waar ze in het European Mobile Lab stalen onderzochten van potentiële ebolapatiënten.

een Sahara voor je lichaam

Ebola is een virus dat je kan oplopen door rechtstreeks contact met de lichaamsvloeistoffen van een symptomatisch besmet persoon. Het volstaat om in aanraking te komen met een zieke om kans te lopen op besmetting. Na 2 dagen vertoont een ebolapatiĂ«nt de eerste tekenen van het virus op het lichaam. Die tekenen manifesteren zich initieel als griepachtige symptomen zoals koorts, hoofdpijn, keelpijn, spier- en gewrichtspijn en misselijkheid. Na enkele dagen verslechtert de toestand met braken, diarree en nier- en leverproblemen tot gevolg. Onbehandeld kan dit leiden tot interne en externe bloedingen en zelfs de dood door dehydratatie. Dat gebeurt in 70 tot 90 procent van de gevallen. “Het virus verspreidt zich door heel het lichaam, inclusief de delen van het immuunsysteem en leidt ertoe dat organen zoals nieren, hersenen, de lever, maar ook de bloedstolling niet meer goed werken. Dat kan in mindere mate zijn of juist heel uitgesproken, dat hangt van de bouw van je lichaam af. Sommige mensen geraken er doorheen, maar bij anderen is het the point of no return”, zegt dr. Vlieghe.

 

de vonk die is overgeslagen

Het eerste ebolageval van deze uitbraak zou vermoedelijk ontstaan zijn door het eten van bushmeat; een jongen had het vlees van een vleermuis opgegeten. Enkele maanden later heerst er een epidemie. Ebola is gelukkig niet aerosol, maar voorzichtigheid is vereist. Het aanraken van een zieke volstaat soms al om het virus zelf op te lopen. Niet alle wondjes of schrammen zijn namelijk met het blote oog zichtbaar en dat maakt de kans op besmetting juist zo hoog, zeker als de zieke al in een vergevorderd stadium verkeert. Daarom is het dragen van beschermende kledij en alle voorzorgsmaatregelen daaromtrent van cruciaal belang. Dit is echter niet zo evident op een continent met weinig middelen. “Zorgverleners en artsen moeten opgeleid worden om hygiĂ«nisch met de zieken om te gaan, want de regels van de basishygiĂ«ne ontbreken vaak volledig. Handontsmetting of het gebruik van handschoenen bijvoorbeeld zijn bij ons vanzelfsprekend. Dat zijn dingen waar je in eerste instantie niet aan denkt, maar die een groot verschil kunnen maken”, vertelt Benny. “Daarnaast is er in sommige afgelegen dorpen zelfs geen dokter of verpleger. Er worden dan met de auto mensen naartoe gestuurd die soms 2 uur onderweg zijn over heel moeilijke wegen om contact te leggen en de situatie op te volgen. Dat is een helse opdracht die je elke dag moet uitvoeren”, vervolgt Sophie.

 

de broeihaard van West-Afrika

Het is belangrijk de symptomen van ebola goed te herkennen, om de patienten zo snel mogelijk te kunnen isoleren en te behandelen. Zo kan een verdere verspreiding voorkomen worden. Het probleem is dat de mensen die in de afgelegen dorpen wonen vaak in een hechte gemeenschap leven. “Er zijn veel verschillende culturen daar en die hebben elk hun traditionele gewoontes. Je kan dus je kan niet zomaar eender wie naar zo’n dorp sturen om de mensen daar te vertellen wat ze moeten doen. Dat moet voorzichtig aangepakt worden: op een positieve manier en met begrip voor de lokale gebruiken. En dat is natuurlijk een uitdaging. Zelfs in Guinee zelf weten inwoners uit het westen niet altijd wat de gebruiken in Oost-Guinee zijn. Het is daarom moeilijk om hulpverleners met de juiste kennis te vinden”, weet Sophie.

 

“Eenmaal de symptomen herkend zijn, moet je die persoon nog kunnen overtuigen om mee te komen naar het ziekenhuis. De familie blijft dan achter en soms moet je de volgende dag al terug om een ziek familielid op te halen. Dat moet snel gebeuren, want anders is het dweilen met de kraan open. Dat is ook de frustratie van de hulpverleners op dit moment. Mensen komen vaak pas aan in de behandelingscentra als ze doodziek zijn of zelfs al dood”, vertelt dr. Vlieghe. “De mensen die naar de dorpen reizen en de contacten opvolgen zijn daarom van cruciaal belang. Zodra ze iemand verdenken van besmetting worden alle mensen waar die persoon mee in contact is geweest tijdens de incubatieperiode, minimum 2 dagen tot 21 dagen na de initiĂ«le besmetting, ook opgevolgd. Zo kan de diagnose snel gebeuren en kan er sneller een behandeling gestart worden”, vertelt Sophie.

 

olie op het vuur

Maar niet alles is te wijten aan de bevolking, ook de overheid helpt de situatie niet. “Het grote probleem is dat de overheden in het begin te traag gereageerd hebben en zelfs geprobeerd hebben om die uitbraak stil te houden. Ook de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft zich initieel afwachtend opgesteld. Zij hebben het recht om buiten de lokale overheid om te gaan en hulp te bieden en als ze dat eerder hadden gedaan, had de ziekte zich misschien niet zo verspreid. Ook de plaatselijke overheid wordt terecht gewantrouwd door de bevolking. Zo mocht in Sierra Leone een container vol het land niet binnen. Die stond er al 2 maanden vast. Het ging om een donatie aan het land, maar de overheid wil liever contant geld en dus hebben bepaalde overheidsambtenaren ervoor gezorgd dat het transport niet langs de douane raakte. Het zou dus kunnen dat die container er nog steeds staat”, zegt Benny.

 

lopend vuur

Aangekomen in het behandelingscentrum worden de personen die verdacht zijn van ebola in een geĂŻsoleerde ruimte geplaatst en worden er stalen genomen van hun bloed, speeksel en urine om te testen op het virus. “De dokters moeten die stalen in beschermingskledij afnemen. Die worden dan op een veilige manier verpakt en naar ons gebracht door de verplegers zelf of door een speciale taxi. Benny en ik maakten deel uit van het European Mobile Lab, een project gecoördineerd door een virologisch labo in Hamburg. We zijn eind september voor 3 weken naar Guinee getrokken in opdracht van Universiteit Antwerpen om te helpen in het mobiele laboratorium”, zegt Sophie. “Een mobiel labo verwijst naar het feit dat het volledig ingepakt kan worden in harde dozen van 30 kilogram en dus op eender welke vlucht gezet kan worden. Lokaal moet er dan nog transport geregeld worden, maar alles kan op een ruimte van 2 bij 10 vierkante meter worden opgesteld. Het labo wordt dan met plastieken doeken afgeschermd en het materiaal kan eender waar gezet worden, zolang er elektriciteit is”, vertelt Benny. (Sinds kort is er een Russisch labo dat zich in een truck bevindt en dus ook letterlijk mobiel is, nvdr.)

 

“Het ebolavirus heeft bioveiligheidsniveau 4. Dat wil zeggen dat het levend materiaal is dat pathogeen en dus in dit geval makkelijk infectieus is voor de mens. Daar komt nog eens bij dat er geen geneesmiddel is. Ons mini-labo staat daarom in onderdruk zodat er geen lucht of water naar buiten kan. Binnen 3 Ă  4 uur na het ontvangen van de stalen hebben wij de resultaten: wie negatief en wie positief getest is. De positieve gevallen worden zo snel mogelijk naar een aparte unit gebracht waar ze verzorgd kunnen worden. De mensen met negatieve tests worden gehouden. Een dag later worden de negatieven opnieuw getest om uitsluitsel te geven. Dat uitsluitsel is echter niet definitief, want ondertussen hebben die mensen al een tijd in één ruimte met de positieven gezeten en kan het dus zijn dat de ene de andere al besmet heeft. Of de besmetting is zo recent", zegt Sophie, “dat er te weinig virus in het bloed aanwezig is om te detecteren." “Dat is een risico en ook een reden waarom de gezondheidszorg helemaal plat ligt. Niemand durft zich nog in een ziekenhuis aan te melden, zelfs als ze weten dat ze bijvoorbeeld malaria hebben, omdat er een risico is om echt besmet te geraken. Van zodra mensen symptomen vertonen die een beetje op die van ebola lijken, wordt dat als een verdacht geval behandeld. De schrik die mensen hebben van die centra is dus reĂ«el”, zegt Benny.

 

water voor de dorst

Er bestaat geen geneesmiddel voor ebola. Eenmaal besmet, komt het allemaal aan op de snelheid waarmee de diagnose gesteld is en de behandeling kan beginnen. “Als je de bloedwaarde goed kan opvolgen, kan je tijdig bijsturen met wat kalium, zout, een infuus met fysiologische oplossing of door meer vocht te geven. Je kan de patiĂ«nt ook tegen bijkomende besmettingen behandelen, maar als je in een regio zit waar weinig middelen zijn en waar je je met moeite kunt beschermen, is dat niet evident. De beste zorg die je daar soms kan verlenen is een kopje water en een pilletje tegen de pijn. Dat zal vaak ook niet genoeg zijn voor de mensen die echt ziek zijn, dus je dan intensieve zorgen nodig op plaatsen waar dat eigenlijk niet beschikbaar is”, zegt dr. Vlieghe.

 

Ondertussen hebben onderzoekers van het Instituut voor Tropische Geneeskunde misschien wel de oplossing gevonden. “Een paar collega's en Engelse, Franse en Afrikaanse onderzoekers zijn nu in Guinee om – met steun van de Europese Unie – samen te werken aan een vergelijkende studie. Die studie zal bepalen of binnenkort bloedtransfusies worden uitgevoerd als behandeling. Dat gaat terug op een observatie die andere collega’s van het ITG jaren geleden gemaakt hebben bij een ebola-uitbraak in Congo, waarbij men zag dat mensen die antistoffen kregen van reeds genezen patiĂ«nten het beter leken te doen. Dat was echter geen ruim opgezette studie en moet dus eerst in een goed studieverband uitgewerkt worden. Daar is nu de gelegenheid voor en als dat blijkt te werken, zal het in de praktijk omgezet worden. Hier gelden de regels van trials van geneesmiddelenstudies: als uit een tussentijdse analyse binnen een bepaalde periode blijkt dat er een enorm overlevingsverschil is, dan is het ethisch niet verantwoord om die studie verder te zetten, maar moet je overgaan tot actie. Dit wordt onze standaardzorg, maar we blijven observeren om te zien of dit wel veilig is”, vertelt dr. Vlieghe.

 

van brand tot as

Helaas kan niet iedereen op tijd gediagnosticeerd, geholpen en gered worden en omdat de lichamen ook besmettelijk zijn, moet er voorzichtig en vooral veilig mee omgegaan worden. “Er worden mensen specifiek opgeleid om de zogenaamde safe burials, het veilig begraven van dode lichamen in volledige beschermingskledij, uit te voeren”, zegt dr. Vlieghe. “Vanuit de overheid is er echter een nieuwe regel die zegt dat alle ebolagerelateerde sterfgevallen gecremeerd moeten worden. Voordien konden nog begrafenissen georganiseerd worden als er niet teveel doden tegelijk waren, maar dat is niet meer haalbaar. Je moet beseffen dat begrafenissen heel belangrijk zijn voor die mensen, dus het kan goed zijn dat de familie daardoor nu doden thuis houdt in de hoop die zelf te begraven, wat meer besmettingsrisico’s met zich meebrengt”, vertelt Benny.

 

gebluste brand?

Mensen die genezen van ebola zijn zelf immuun voor het virus en het is dus ideaal om in te zetten bij het verzorgen van de zieken. “Die herstelde mensen zijn zelf door een diep dal gegaan, zowel fysiek, mentaal alsook op sociaal vaak. Zij willen vaak ook helpen en worden vrijwillig ingeschakeld bij het begraven van overledenen of het begeleiden van weeskinderen”, zegt dr. Vlieghe. “De verspreiding van het ebolavirus en het aantal geĂŻnfecteerden verschilt wel sterk in de drie getroffen gebieden. Zo is het in Sierra Leone nog altijd exponentieel aan het stijgen. Het loopt daar echt waanzinnig fout, terwijl het in Guinee redelijk stabiel is en het in Liberia sinds een paar weken zelfs sterk gedaald is”, weet Benny. “We hebben wel de indruk dat er een voorzichtige stabilisatie is, maar of dat effectief waar is en ook zo zal blijven, dat weten we niet. Als er tegen begin december 70 procent van de doden een safe burial heeft ondergaan en we 70 procent van de besmette ebolapatiĂ«nten hebben kunnen isoleren, gaan we ergens in het voorjaar hopelijk een zucht van verluchting kunnen slaan”, zegt dr. Vlieghe.



terug naar de oorsprong, terug naar Strand
02/12/2014
🖋: 

Het sprookjesachtige panorama vanuit cafĂ© ZeeZicht is alvast een goede reden om naar Zurenborg af te zakken. Nog een meerwaarde: hier zit Bert Dockx. De frontman van Flying Horseman en gitarist bij het live trio Dans Dans is sinds kort ook aanspreekbaar als Strand. Onder dit pseudoniem bracht hij op 29 september een door critici unaniem geprezen Nederlandstalig debuut uit. De muziek van Strand werd omschreven als melancholisch en poĂ«tisch, maar is vooral ondefinieerbaar en eigenzinnig – zoals de maker zelf. Ondanks dat Strand in onze fragiele moedertaal zingt en zijn muzikale entourage niet meer of minder is dan zijn gitaar, zouden we zijn muziek tenietdoen door het als kleinkunst te bestempelen.

“Iedereen denkt in hokjes, maar als kunstenaar probeer je die hokjes te overstijgen.” Zowel in zijn songteksten als in het gesprek, rijgt Dockx de oneliners aaneen: “Iedereen is kunstenaar, alleen is een kunstenaar ermee bezig." Zijn fascinatie voor kunst en bij uitbreiding voor het leven is eindeloos zoals de zandkorrels op een strand. Hij absorbeert talloze inspiratiebronnen om ze opnieuw vorm te geven in zijn kunst, de muziek. Dit gesprek gaat dan ook over wat hem bezighoudt: over leven, over dood, Ă©n over Strand.

 

Als iedereen kunstenaar is, is dan alles wat een mens doet kunst?

Er is wel de link met ambacht, maar daar heeft de conceptuele kunst radicaal mee gebroken. Sindsdien kan een idee ook kunst zijn, door eender wie uitgevoerd. Maar goed, ik ben geen kunsthistoricus. Voor mij is vooral de intentie van waaruit men iets maakt belangrijk.

 

Is kunst maken ook lef hebben?

(grijnst) Ik bezit een bepaalde lef niet. Ik functioneer niet op de paden die de maatschappij voor ons heeft uitgestippeld. Kunst valt tegenwoordig onder economische termen, maar ik ben geen ondernemer. Ik moet mezelf omringen met mensen die zich daarmee bezighouden. Ik ben ook niet geĂŻnteresseerd in geld. Wat ik nu zeg, vind ik niet heldhaftig. Als ik deze muziek zou maken om geld te verdienen, zou ik heel dom zijn (lacht). Geld is nooit het doel op zich. Het doel is om de wereld vorm te geven, te presenteren en hopen dat mensen er dingen in herkennen en in vraag beginnen stellen.

 

Ben jij naast vormgever en antikapitalist ook de kunstenaar die de wereld probeert te veranderen?

Iedereen verandert de wereld. Ik worstel zelf wat met kunst die een revolutie wil ontketenen. Nu heb ik onlangs Leviathan van de Russische regisseur Zvyagintsev gezien en ben er wel helemaal in de ban van. Er zit een enorme woede in. Terwijl Zvyagintsev’s vorige films heel ambigu waren, wil hij nu tonen waar hij echt niet mee akkoord is. Tegelijkertijd schuilt er toch een fatalisme in: wat kunnen we er aan doen? Mensen worden toch verpletterd als insecten. Deze simplistische gedachte is zelden zo krachtig overgebracht.

 

Is kunst er om frustraties te uiten?

Ook positievere dingen. Hoeveel negatieve gevoelens er ook gekanaliseerd worden via kunst, de daad van het creëren is positief. Al maak je het meest pessimistische kunstwerk, dat je er je tijd, hart en ziel hebt ingestoken, maakt dat je iets optimistisch hebt gecreëerd.

 

Dus een toewijding?

Ik ben wel geobsedeerd door wat ik doe. Ook omdat ik niet goed functioneerde voor ik zo met muziek bezig was. Ik heb bijvoorbeeld veel in de horeca gewerkt, maar ik verveelde mij. Je moet aanvoelen waar je goed in bent. Ik doe dit omdat ik geloof dat ik dit goed kan.

 

Dat obsessief bezig zijn met je muziek vertaalt zich in een productieve werkijver. Je Nederlandstalig debuut is er heel snel gekomen. In twee maanden tijd had je het album gecomponeerd en vervolgens op twee dagen opgenomen. Het moest er allemaal uit?

Ja, misschien omdat ik het Nederlands te lang heb genegeerd. Bij het allereerste nummer dat ik ooit schreef, dacht ik al: waarom niet in het Nederlands? De aanleiding van Strand kwam spontaan toen ik aan een theaterstuk aan het werken was. Een stukje Nederlands paste gewoon in die voorstelling. Vervolgens kwam City Same City van Flying Horseman uit. Wanneer een plaat uitkomt is dat altijd een heel creatieve periode voor mij. Alsof er iets van me afvalt. Het werk is voltooid en een ander begint: de plaat live spelen.

 

Hoe kijk jij terug op dit Stranddebuut en om die songs terug te beluisteren of live te spelen?

Ernaar luisteren doe ik amper, dat is clichĂ©. Maar je hoort onvermijdelijk wat je liever anders had gedaan. Een plaat maken en promoten is nu eenmaal hoe de industrie in elkaar zit. Ik houd van albums maken en werk bundelen, maar dat is voor mij ondergeschikt aan het optreden. Bij optreden gaat het om de communicatie in het moment. Die is anders dan een gesprek voeren, of chatten. Performen is verslavend als een drug, zeker bij Dans Dans omdat we veel improviseren. De bevestiging van mensen geeft een kick, maar is ook gevaarlijk.

 

Over naar schijnbaar minder gevaarlijke oorden dan: je Nederlandstalige teksten.

In het Nederlands is het voor mij gemakkelijker om tot de essentie te komen omdat ik de taal veel beter beheers. Voor de eerste keer ben ik heel tevreden over mijn teksten. Ik ben nu weer in het Engels aan het schrijven en dat ging moeizaam in het begin. Terwijl bij Strand schreef ik in een rush, ook al wist ik niet wat ik aan het zeggen was. Interpretaties doe ik altijd pas achteraf.

 

Het lijkt nochtans alsof jij trouw volgens bepaalde thema’s schrijft. Ik zie bijvoorbeeld drie patronen terugkomen: de dood, vrouwen en de afkeer van de kapitalistische samenleving.

Die zijn er zeker
 In de periode dat ik het nummer Dood heb geschreven, is mijn grootmoeder gestorven. Mijn bezoek aan haar in het ziekenhuis destijds was de basis van die tekst. Het is niet omdat het getriggerd was door dat feit, dat Dood alleen maar daarover gaat. Een andere tekst, Koop, bijvoorbeeld is heel expliciet maatschappijkritisch, maar toch ook geĂŻnspireerd door dat moment: ‘En toen ging het licht plots uit/ op de autostrade/ terug thuis in mijn eigen land/ dacht ik aan je stervend gelaat’. Die passage past achteraf bij het maatschappijkritische, het koude gelaat van het neoliberalisme, maar eigenlijk gaat het over dat bezoek aan mijn grootmoeder.

 

Ik dacht dat ‘het koude gelaat’ een ex-vriendin van je was?

Nee, maar goed, ik vind mijn interpretatie niet waardevoller dan een andere. Ik ben een rare tekstschrijver. Ik heb bewondering voor narratieve songschrijvers zoals Johnny Cash, maar mijn ideaal in kunst zijn vage dingen op een duidelijke manier vormgegeven. Al wat minimalistisch is, maar tegelijk een lading dekt die eindeloos interpreteerbaar is, vind ik mooi.

 

Je zit duidelijk niet verlegen om inspiratie. Was je al zo productief als tiener?

Ik was te onzeker om iets naar buiten te brengen. Ik blijf mij afvragen waarom ik toen zo onzeker was. Misschien door de schoolomgeving. Objectief gezien is dat onterecht. Ons schoolsysteem is niet ideaal, maar ik ben nooit mishandeld geweest en had goede punten. Toch was school een constante bron van stress. Ook op sociaal vlak. Ik had één goede vriend en als die bijvoorbeeld ziek was, was ik in paniek
 Ik ben nu bezig aan een nummer waarin ik probeer te communiceren met de mens die ik toen was.

 

Ben je bang voor eenzaamheid?

Ja, iedereen toch? Iets in mij probeert die eenzaamheid te ontvluchten. Ook al is het nutteloos de illusie achterna te jagen dat het mogelijk is om niet eenzaam te zijn.

 

Doe je dat door vrienden op te zoeken of in de muziek?

Meer in de muziek en door de appreciatie van mensen, dat het hen ook gezelschap houdt in hun eenzaamheid. Tegelijkertijd vind ik het moeilijk om nieuwe vrienden te maken. Misschien als ik socialer zou zijn, zou ik minder de neiging hebben om mij terug te trekken en muziek te maken. Dat is mijn manier van communicatie.

 

Dat heeft misschien ook te maken met de dood, de geruststelling dat als je sterft er nog iets concreet van je achterblijft, naast vrienden die jou herinneren?

Nee, mijn muziek overleeft mij wel, maar voor hoe lang? In het licht van de eeuwigheid is 500 jaar niets. Mensen zijn gevoelig voor zo’n overweldigend mysterie en dus zoeken ze naar een doctrine om er mee om te gaan. Een mens is een sociaal wezen, dus heb ik de noodzaak om muziek te delen.

 

Als bezigheidstherapie?

Ik weet het niet. Ik ben wel met de dood bezig. Ik ben er bang van, maar kan niet doen alsof ze er niet is. Het één kan niet bestaan zonder het ander. Het leven kan niet bestaan zonder de dood. Door die begrenzing spreek je van leven. Daarom is slapen een persoonlijke obsessie van mij. Voor hetzelfde geld ben ik dan dood.

 

Mensen zeggen ook altijd dat ze het liefste willen gaan in hun slaap.

Ja, dat wil iedereen.. Live speel ik Dood en Haat na elkaar, en dan schrikken mensen altijd (lacht). Bizar hoe onze maatschappij de dood wegmoffelt. Dat is een duidelijke indicatie van een zieke maatschappij. Onze omgang met oude mensen zit ook behoorlijk scheef, om hen ‘de vergrijzing’ te noemen, als een probleem van cijfers.. Mensen praten ook amper over angsten.

 

Of je moet naar een psycholoog?

(knikt) De hoofdreden waarom ik mij zo slecht voelde op school was omdat ik met zulke dingen bezig was en het gevoel had dat mijn leeftijdsgenoten die dingen negeerden. Ik wilde er wel bij horen, want dat gevoel overheerst van nature, maar uiteindelijk als het uiterlijk van de groep me niet aanstaat, sta ik er liever buiten, met mijn muziek.

 

"3", het nieuwe album van Dans Dans kwam uit op 17 november jl.