

Als eigenaar van een cinema-abonnement moet ik bekennen dat ik er minder gebruik van maak dan ik zou willen. Er komt altijd wel iets tussen en voor ik het weet is er weer een maand voorbij. Maar in april besloot ik daar verandering in te brengen en dus trok ik naar de bioscoop voor Sinners — een bovennatuurlijke horrorfilm van regisseur Ryan Coogler, bekend van de Black Panther-franchise — die even absurd klinkt als ze meeslepend is. Wat deze film bijzonder maakt, is niet enkel het verhaal, maar hoe het verhaal in beeld wordt gebracht.
Alles moet weg, Tom Lanoyes zinderende romandebuut uit 1988, heeft zijn kracht nog niet verloren. Met ironische flair en stilistisch meesterschap fileert Lanoye een samenleving waarin alles verhandelbaar is – zelfs de mens. In het universum van Tony Hanssen, een vroegtijdig afgehaakte rechtenstudent die zich een geboren handelsreiziger waant, bestaan geen grijstinten: je verkoopt of je wordt verkocht, je wint of je verliest.
De Groene Waterman in de Wolstraat is voor mij als taal- en letterkunde student geen mysterieuze plek meer. Desondanks ontdekte ik op 25 april een nieuwe verdieping en begaf ik me voor het eerst in zijn kelder voor de gezellige boekvoorstelling van Sprokkelaars, de debuutroman van UAntwerpenalumna Mira Aluç. Ze studeerde in 2020 af van de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte en keerde vijf jaar later terug naar de voor haar ook zeer gekende boekenwinkel. Deze keer niet op zoek naar nieuw leesvoer, maar om trots haar eigen roman voor te stellen.
Moderniteit wordt al eens gekenmerkt door haar 'voorbijgaande aard'. Er is niet echt een plan, alles kan alle richtingen uit en die vrijheid is zonder meer fascinerend. Maar ook vluchtig en soms op het randje van waardeloos. Daarbij komt dat we na een lange periode waarin de Verlichting de toon aangeeft langzaam collectief tot de conclusie lijken te komen dat deze visie toch tekortschiet. Een soeverein optreden tegenover het leven louter aan de hand van analyse, wetenschap en berekening, blijkt vooral de kortste weg naar vervreemding van alles wat echt belangrijk is. En wat is nu ook alweer echt belangrijk voor ons?
Korfvakken: iedere bachelorstudent krijgt ermee te maken. De één houdt ervan, de ander haat het. Toch is het belangrijk om je gekozen korfvak goed te volgen. Uiteraard voor je diploma, maar ook voor de ontwikkeling van een kritische houding, althans zo klinkt het vanuit het korfkamp. dwars sprak met de verantwoordelijken achter de korfvakken: François Levrau en Leni Franken. Samen met hen neemt dwars de korfvakken onder de loep: waar komen ze vandaan, wat is het belang en welke uitdagingen gaan ermee gepaard?
In het centrum van Antwerpen, te midden van de drukbevolkte AmandusAtheneumbuurt, ligt de hoofdbibliotheek van de stad Antwerpen. In april vierde bibliotheek Permeke haar twintigste verjaardag op het De Coninckplein en dat verdient een groot feest, want deze bibliotheek in het hart van Antwerpen is zoveel meer dan gewoon een uitleendienst; het is een verzamelplaats voor haar gemeenschap.
's Ochtends collectief afzien in een examenlokaal is niet langer van deze tijd. De universiteit heeft de toekomst omarmd en kondigt aan dat vanaf 2026 alle examens afgelegd worden door artificiële intelligentie. “Studenten maken al massaal hun schrijfopdrachten met behulp van AI; waarom zouden de examens dan achterblijven?”
Je zal het maar voorhebben: het ligt op het puntje van je tong en toch kan je er niet opkomen. Dat ene woord ontglipt je keer op keer. Ook dit jaar schiet dwars alle schlemielen in zulke navrante situaties onverdroten te hulp. Maandelijks laten we ons licht schijnen op een woord waar de meest vreemde betekenis, de meest rocamboleske herkomst of de grappigste verhalen achter schuilgaan. Met deze laatste dwarseditie van het jaar voelen we de nostalgie opkomen.
Mijn laatste editoriaal. Dit jaar is voorbij gevlogen en er zijn zoveel zaken gebeurd waarover ik nog zou kunnen schrijven, zoveel problemen, zowel op de universiteit als in de wereld, waartegen ik met een scherpe pen ten strijde zou kunnen trekken. En toch kies ik er nu voor om te eindigen met een positieve noot en te doen wat ik zo vaak doe: even durven wegdromen.
Op een zonnige maandagnamiddag wandelen we het Stadhuis van Antwerpen binnen. We hebben een afspraak met waarnemend burgemeester Els van Doesburg en worden al snel naar boven gelaten, richting Schoon Verdiep. Indrukwekkend is zeker het juiste woord om het te beschrijven: we nemen plaats in een ruime zaal met hoge houten plafonds, marmeren deurlijsten en portretten van oud-burgemeesters. Gewapend met een studentenperspectief en een hele hoop vragen worden we binnengelaten in het bureau van de burgemeester, waar ze ons opwacht. Ook hier keert de statelijke renaissance-inrichting terug in de ruime kamer; een mooie werkplek heeft ze zeker. We zijn hier niet om het te hebben over de economie of pensioenen, maar over zaken die studenten aangaan en waar zij als burgemeester van onze studentenstad dus veel over te zeggen heeft. Wat heeft ze ons te vertellen?